JavaScript is required for this website to work.
post

Federalisme voor Turkije

Dirk Rochtus11/4/2013Leestijd 3 minuten

De komende weken trekken 63 ‘wijze mensen’ door heel Turkije. De Turkse regering wil dat bekende artiesten, journalisten en academici de bevolking inlichten over het vredesproces dat een einde moet maken aan de strijd met de Koerdische nationalisten. Maar de weg naar vrede is geplaveid met struikelstenen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Öcalan, de leider van de Koerdische guerrillabeweging PKK, zit al sinds 1999 in eenzame opsluiting op een Turks eilandje. Voor Turkije was hij als bezieler van de Koerdische opstand de baarlijke duivel. Toch heeft de Turkse regering nooit de gespreksdraad met hem laten afknappen vanuit het besef dat Öcalan nog altijd een ‘held’ was voor vele Koerden binnen en buiten Turkije. Eind 2012 lekte uit dat ze ‘serieuze’ gesprekken met hem voerde. Van beide zijden volgden vertrouwenwekkende daden. De PKK liet Turkse gijzelaars vrij en de Turkse overheid gaf parlementsleden van de pro-Koerdische partij BDP toelating om Öcalan in zijn cel op te zoeken. Dat alles effende voor Öcalan het pad om op 21 maart, de dag van het Koerdische nieuwjaarsfeest Newroz, een vredesplan te verkondigen. In ruil voor de terugtrekking van PKK-strijders van op Turks grondgebied en het einde van de gewapende strijd verlangt hij dat Turkije de Koerden locaal zelfbestuur toekent en het Koerdisch als tweede officiële taal erkent in die gebieden waar veel Turkse Koerden wonen.

Taboebreuk

Echt nieuw zijn die voorstellen van Öcalan niet, maar de Turkse regering heeft er nu pas oren naar omdat de binnen- en buitenlandse politieke randvoorwaarden zijn veranderd. De Turkse premier Erdoğan wil in 2014 president worden, maar dan in een systeem dat hem in die functie veel meer macht geeft dan heden het geval is. Een nieuwe grondwet die een sterk presidentieel systeem mogelijk maakt, vereist een bijzondere parlementaire meerderheid. Die kan de AKP, de heersende partij, enkel behalen mits steun van de BDP. De vraag is of die gok de taboebreuk waard is waaraan Erdoğan zich bezondigt in de ogen van hardleerse Turkse nationalisten. Onderhandelen met de ‘meest gehate man’ van Turkije betekent immers toegeven dat de militaire doctrine mislukt is, de PKK dus niet door het Turkse leger kan worden verslagen. Maar het is ook de internationale context die noopt tot omdenken. In het noorden van Irak hebben de Koerden een sterke staatsentiteit opgebouwd – de Kurdish Regional Government (KRG) – die over rijke gas- en olievoorraden beschikt. Voor Turkije biedt de samenwerking met de KRG heel wat interessante economische en geopolitieke perspectieven. In het noorden van Syrië timmeren Koerden die met de PKK flirten aan de weg naar meer autonomie. Voor Turkije vormt dat dan weer een bedreiging.

Federatie

De Koerden van Turkije, Irak en Syrië onderhouden nauwe banden met elkaar. De Koerdische kwestie heeft dus een drieledige dimensie voor Ankara. De aanpak van alle daarin besloten kansen én uitdagingen zou Turkije wel eens ertoe kunnen nopen om af te stappen van de traditionele staatsdoctrine en de eigen Koerden te erkennen als volk binnen het Turkse staatsverband. In een interview met CNN Turk sprak Erdoğan over een federaal systeem en blikte terug op het multi-etnische Osmaanse Rijk (voorloper van het huidige Turkije) waarin de Koerden autonomie genoten. In Ankara gewagen sommigen zelfs van een federatie van Turkije met het Koerdische noorden van Irak. Turkije heeft trouwens pas in 1926 onder Britse druk zijn aanspraken op Noord-Irak opgegeven.

Islam

Het komt Erdoğan dan ook goed uit dat Öcalan het niet meer heeft over een Koerdische natiestaat. Als beide leiders het eigen nationalisme relativeren ten gunste van een binationale staat van Turken en Koerden als regionale macht, hebben ze een bindmiddel nodig en dat zou wel eens de islam kunnen zijn. Öcalan roemde in zijn nieuwjaarsboodschap ‘de duizendjarige verbondenheid van beide volken onder het banier van de islam’ en de Turkse buitenlandminister Davutoğlu bekritiseerde het Sykes-Picotakkoord waarmee de Britse en Franse ‘imperialisten’ in 1916 de huidige grenzen in het Midden-Oosten trokken en volken met een gemeenschappelijke beschaving verdeelden. Het wordt wel nog hard bikkelen om de nieuwe Turkse grondwet. De AKP wil de zinsnede ‘loyaal aan het nationalisme van Atatürk’ uit artikel 2 schrappen en de Koerden willen het staatsburgerschap niet gedefinieerd zien als ‘Turks’. De Turkse nationalistische oppositiepartijen ruiken verraad aan de Turkse natie en leggen al struikelstenen klaar.

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties