Filosofieles, of de bom onder het fundamentalisme
Johan Sanctorum gelooft in een algemeen vormend en pluralistisch onderwijsproject. Een pleidooi voor LEF.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementAls gelukkige bezitter van een diploma filosofie werd me één ding snel duidelijk: dit papier is volstrekt waardeloos, althans als middel om me op de arbeidsmarkt te doen gelden. Het ‘beroep’ van filosoof heb ik dan ook nooit uitgeoefend, het was altijd bochtenwerk om ondanks dat getuigschrift toch nog enige bestaanszekerheid te verwerven.
Toch zie ik filosofie studeren nog altijd als een van de betere beslissingen in mijn bestaan: het heeft me vrij gemaakt. Vrij van familiale invloeden, het mainstreamdenken, de consensus, de kritiekloze middelmatigheid. Met het enfant terrible Leopold Flam als mentor, een seculiere Jood, ex-communist en Buchenwald-overlevende die het met iedereen aan de stok had, kreeg ik eindelijk in de gaten waar het echt om gaat: in een maatschappij van kritische, weerbare individuen, gewapend met voldoende kennis en culturele background, worden alle machts- en repressiestructuren brokkelig.
De scepsis, bron van alle wijsheid, hét ultieme sluitstuk van het antieke Griekse denken, maakt dat alle zekerheden onzeker worden en toetsbaar aan het eigen oordeelsvermogen. Immanuel Kant heeft die scepsis in het moderne denken geïntroduceerd: de twijfel als attitude, de empirie als toetssteen. Het vraagteken steeds weer na het uitroepteken.
Kritisch burgerschap
Met de opkomst van het moslimfundamentalisme –waar, niet toevallig, ook bepaalde christelijk-fundamentalistische stromingen op inspelen-, is die discussie rond de Europese Verlichtingsidealen weer meer dan ooit actueel. Waarom hechten wij zo sterk aan de vrijemeningsuiting, ook als het de goede smaak voorbij is? Waarom aanvaarden wij dat tegenover elke overtuiging er ook een andere, tegengestelde opinie staat en dat dit zelfs goed is? Hoe kunnen wij de Charlie-cartoons verdedigen, als we nauwelijks weten wat die idealen betekenen en waar ze vandaan komen? Waar waren Voltaire en Rousseau die dag in Parijs?
Ik sta dan ook helemaal achter het voorstel van Patrick Loobuyck om filosofie tot verplicht vak te maken in het lager en middelbaar onderwijs. Opvoeding tot kritisch burgerschap is minstens even belangrijk als leren cijferen of spellen. Heel het intellectueel erfgoed, van de Grieks-Romeinse oudheid, het christendom, de renaissance, de verlichting, de moderniteit – het is een sluimerend patrimonium dat we terug moeten activeren en toe-eigenen.
En neen, dit is geen poging om de ‘vrijzinnigheid’ tot unieke doctrine te verheffen. Ik ben absoluut tegen de macht van de loges en tegen de vrijzinnige kerk (die bestaat dus wel degelijk) of de ambities van het Humanistisch Vrijzinnige Vereniging om via het officiële onderwijs haar macht en invloed te vergroten.
Waar het mij om gaat, is het confronteren van kinderen en jongeren met de denkbeelden waarin ze opgroeiden, en het aanmoedigen van kritisch en zelfkritisch bewustzijn. Ik weet het, dat raakt aan de wortels van het religieuze denken, zeker in zijn fundamentalistische vorm van niet-denken. Als de grote meerderheid van de moslimjeugd op school de aanslagen vergoelijkt omdat in hun geloof spotten met de profeet nu eenmaal verboden is, dan moet de les filosofie het moment zijn waarop de islam een studie-object wordt in plaats van een dogmatisch systeem. Leren twijfelen dus, ook aan zichzelf.
Dat is een bom onder het fundamentalisme: wie dat voor elkaar krijgt, namelijk het doen klikken van puberse rebellie met de scepsis-gedachte en het principe van de redelijke twijfel, maakt onze scholen tot haarden van deradicalisering.
Autosalon
Er bestaat een schrik in de seculiere samenleving dat beïnvloedbare personen in fundamentalistisch vaarwater komen (de zogenaamde radicalisering), maar de schrik is nog veel groter bij religieuze groepen dat iemand afvallig wordt en het geloof verliest. Zo’n mensen worden immers nadien de grootste tegenstanders van het religieuze waandenken, zie bijvoorbeeld Etienne Vermeersch.
De les filosofie zou zo’n reflexieve ontmoetingsruimte én een laboratorium inzake out-of-the-box-denken kunnen worden. Dat laatste deden de oude Grieken ook, anders waren ze nooit tot het meetkundig stelsel gekomen dat wij nog altijd gebruiken, of het atoommodel dat pas in de 20ste eeuw empirisch juist zou bevonden worden. Het gaat niet eens over geloof versus atheïsme, het gaat over verwondering en verbeelding.
En dat betreft zoveel méér dan religie. Zelfs 1+1 is niet altijd gelijk aan 2. Het gaat over de redelijke twijfel, als reflex, ook tegen wetenschappelijke evidenties, de politieke autoriteit, de waarheid van de media, de opdringerigheid van de vrije markt en de consumptiemaatschappij. Naadloos gaat de filosofische of wetenschappelijke scepsis over in een gezond wantrouwen tegen de waan van de dag en de onzin die ons wordt verkocht. Het Autosalon is zo dom als de menigte die zich rond de Kaaba in Mekka verdringt. Andere religie, andere rituelen, zelfde kuddegeest.
Leren kijken van op afstand, als enkeling, buitenstaander en vreemdeling. Vooral ook tegenover je eigen denksysteem en normen. En jawel, met humor en ironie als zout en peper. Veel meer dan paracommando’s op elke hoek van de straat vormen opvoeding en onderwijs de sleutel. Terreur maakt geen schijn van kans in een maatschappij zonder oogkleppen.
Het einde van het zuilenonderwijs en de ‘netten’?
In Vlaanderen is deze geuzentaal verre van gemeengoed. De Vlaamse Beweging is traditioneel rooms, zelfs ultramontaans geïnspireerd, en hecht sterk aan het katholieke onderwijsnet. Die traditie hangt dan weer sociologisch samen met de attitude van de conservatieve burgerij die het katholieke onderwijs (de colleges vooral) zag als een middel om haar elitaire status te bevestigen en door te geven via een zogenaamd betere educatie. Het officieel onderwijs was voor de onderklasse of de goddeloze linksen. Gramsciaans zouden we kunnen spreken van cultuurhegemonie, met het bijbehorende dedain voor ‘het neutrale staatsonderwijs’.
De republikeinse opvolger van de Vlaamse Beweging zou met dat (spilzuchtig en middelen versnipperend) sektarisme korte metten kunnen maken. Onderwijs is een gemeenschapsproject, waarin intellectuele vrijheid en pluralisme dé basiswaarden zijn. Die maken deel uit van een ethisch charter dat op zijn beurt in een republikeinse grondwet wordt weerspiegeld. Ik weet het wel: wij hebben vandaag noch een ethisch charter, noch een republiek, noch een republikeinse grondwet. Maar ze horen wel tot wat ik me voorstel bij een 21ste-eeuwse Vlaamse natie.
Godsdienstlessen op school zijn relicten van het ancien régime, en in de Belgische context uiteraard een voortvloeisel van het Schoolpact, dat zelf een emanatie is van onze rotte compromissencultuur. Religieus onderricht en praxis horen thuis in de vrijetijdssfeer, de zondagsschool, en maken het voorwerp uit van een private keuze, naar het motto van Frederik II van Pruisen: ‘Jeder soll nach seiner Façon selig werden’.
Finaal kan heel het pedagogische zuilensysteem, met de bijbehorende zieltjeswinnerij, opgerold worden. Wij hebben geen katholiek en een officieel en een Joods en straks nog een islamitisch onderwijsnet nodig. Laat de school de plek zijn waarin wij de kracht van ons Europees beschavingsmodel demonstreren. Voor allen, door allen.
Foto © Reporters
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Het tumult na de lokale verkiezingen legt een aanslepend democratisch deficit in Vlaanderen bloot. Het cordon blijft het grote pijnpunt.
Waterramp in Spanje gebeurde in gebied waar meer dan 50 dammen gesloopt zijn.