JavaScript is required for this website to work.
Politiek

‘Het cordon bestaat intussen ruim twintig jaar, wat heeft het opgeleverd? Niets, helemaal niets.’

Peter & Dieter Vyncke: succesvolle ondernemers mét een uitgesproken mening

Filip Michiels20/10/2019Leestijd 7 minuten
Peter en Dieter Vyncke

Peter en Dieter Vyncke

foto ©

Vlaamse topondernemers Peter en Dieter Vyncke over hun Vlaams-nationalisme, klimaatactivisten versus ecorealisten, en het politieke bedrijf

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Eco-realistisch maar tegelijk ook groen. Bijzonder internationaal georiënteerd maar net zo goed onbevangen Vlaams-nationalistisch. Peter en Dieter Vyncke — al 17 jaar samen aan het hoofd van Vyncke Clean Energy Technology — zijn niet bepaald voor één gat te vangen. Het West-Vlaamse familiebedrijf groeide de voorbije jaren als kool en werd in 2016 tot Onderneming van het Jaar uitgeroepen.

Technologisch vernuft

Ze omschrijven zichzelf graag als vuurmakers, maar daarmee doen ze het technologische vernuft van hun bedrijf — dat in 1912 het levenslicht zag als een hoefsmederij — eigenlijk oneer aan. Vyncke ontwerpt verbrandingsketels op maat van klanten uit de meest uiteenlopende sectoren, en zet hiermee afvalstromen om in groene energie.

‘Onze technologische kennis zit vooral in onze verbrandingsroosters,’ legt Dieter Vyncke uit, terwijl hij ons door de fabriek loodst. ‘Die zijn het hart van onze technologie, en die produceren we ook nog zelf. Daarnaast zijn we vooral een ingenieursbedrijf dat technologische oplossingen aanreikt op maat van de meest diverse afvalstromen. Dit gaat van houtafval over maïskolven of sojaresten tot allerlei vormen van gerecycleerd afval.’

Vyncke telt vandaag 385 medewerkers, waarvan er nog een honderdtal op het hoofdkantoor in Harelbeke aan de slag zijn. Van Singapore over Brazilië tot Rusland en Thailand: de West-Vlaamse ketelbouwer is in enkele decennia uitgegroeid tot een heuse wereldspeler.

Droomcoalitie?

Doorbraak: Laat ons even in huis vallen met de actualiteit: in theorie zou de coalitie die de volgende jaren in Vlaanderen opnieuw de beleidslijnen mag uitzetten zowat de natte droom van elke ondernemer moeten zijn. Klopt dit ook, afgaande op het regeerakkoord?

Peter Vyncke: ‘Ik zie dat toch enigszins anders. In theorie klopt het natuurlijk: op het Vlaams Belang na zitten in Vlaanderen nu de meest rechtse partijen aan de knoppen, waarbij ze ook niet tegengewerkt worden door een linkse partij. Alleen: moeten we anno 2019 dan echt nog altijd voortbouwen op dat aloude schisma arbeid-kapitaal, of op de zogenaamde tegenstelling werkgever-werknemer?’

‘Wij staan vandaag als bedrijf heel anders in de wereld, maar helaas lopen er zowel bij de vakbonden als bij heel wat werkgevers nog altijd flink wat mensen rond die er alles aan doen om dat oude schisma in leven te houden. Wat betekent kapitaal vandaag nog, nu het min of meer gratis is? En wat praten we nog over arbeid, in tijden waarin almaar meer jobs in ijltempo geautomatiseerd worden? En waarom blijven ook de politieke partijen zich zo hardnekkig vastpinnen op dat schisma?’

‘In mijn ogen moet de politiek zich zo weinig mogelijk bemoeien met de werkvloer, politici moeten vooral zorgen voor een goede infrastructuur en voor een goed kader om te ondernemen. Het punt is natuurlijk dat de meeste politici te weinig kaas gegeten hebben van het reilen en zeilen in het bedrijfsleven, én dat die aloude verdeeldheid tussen werkgevers en werknemers hen ook niet slecht uitkomt.’

Aan lobbyisten nochtans geen gebrek in Brussel: de vakbonden aan de ene kant, de VBO’s, Voka’s en Unizo’s van deze wereld aan de andere kant. De efficiëntie lijkt, zoals wel vaker in dit land, soms ver zoek?

Peter Vyncke: ‘Daar loopt het inderdaad fout: een werkgeversorganisatie zoals Voka is in mijn ogen net zo goed een vakbond, maar dan eentje voor de ondernemers. Bedrijven treden in Brussel altijd in verspreide slagorde naar voor, terwijl we vandaag vooral nood hebben aan een vertegenwoordiger van het bedrijfsleven in het algemeen.’

‘Kijk daarvoor naar de Scandinavische landen: in Zweden hebben de vakbonden zelfs een stekje in de raad van bestuur van de ondernemingen.  Een bedrijf is de plaats waar heel veel mensen de mooiste uren van de dag samen doorbrengen, om zin te geven aan hun leven en tegelijk ook hun boterham te verdienen. Moeten we dan als werkgevers en werknemers niet vooral werk maken van een nieuw model waarin we samen proberen het beleid uit te tekenen? In zo’n innovatief model zou de kleur van de politieke coalitie van het moment eigenlijk weinig mogen uitmaken voor het bedrijfsleven. Politici moeten vooral het bredere kader scheppen waarbinnen ondernemingen kunnen gedijen.

Laat ons het even concreet maken: een thema als mobiliteit maakt deel uit van dat bredere kader, en de dagelijkse verkeersellende kost ons werknemers én werkgevers handenvol tijd en geld. Toch verzet haast iedereen — ook de klassieke ondernemerslobby — zich hardnekkig tegen pakweg rekeningrijden?

Peter Vyncke: ‘Ik ben een absolute voorstander van een systeem van rekeningrijden waarbij je veel meer het gebruik dan het bezit van een wagen gaat belasten. Neem ’s morgens de E40 richting Brussel: negen bestuurders op tien zitten moederziel alleen in de wagen. Te gek voor woorden, en meteen ook een sluitend bewijs dat met de auto rijden vandaag nog te goedkoop is.’

‘Natuurlijk zal de invoering van een systeem zoals rekeningrijden op flink wat weerstand botsen, maar een pas verkozen meerderheid beschikt over een termijn van vier jaar om lastige knopen door te hakken. Laat hen de eerste twee jaar daarvan gebruiken om de moeilijke beslissingen door te duwen, waarna ze nog twee jaar krijgen om het draagvlak daarvoor te vergroten.’

Controverse

Iets anders: jullie zijn bij de weinige ondernemers in Vlaanderen die openlijk uitkomen voor hun Vlaams-nationalistische overtuiging, u pleitte ook al meermaals voor separatisme. Bent u een zeldzame witte raaf, of zijn andere ondernemers gewoon een stuk opportunistischer op dat vlak?

Peter Vyncke: ‘Ach, het kader is de jongste decennia ook ingrijpend veranderd. De tijd dat de Brusselse haute finance  de toon dicteerde in het Belgische bedrijfsleven ligt intussen echt wel achter ons. Ik probeer gewoon ook heel open en authentiek in het leven te staan. De Peter Vyncke die op de werkvloer rondwandelt, verschilt geen spat van de Peter Vyncke zoals die zich met vrienden of familie onderhoudt.’

‘Het ligt in mijn karakter te zeggen wat ik denk — vaak met een kwinkslag — en ik vind inderdaad dat België niet werkt. Waarom die dure constructie dan niet opdoeken? Maar vergis je niet: ik praat zowel met politici van N-VA of Vlaams Belang als met mensen van Groen of met heuse belgicisten zoals Alexander De Croo. En ik kan je verzekeren: wij zijn het over verbazingwekkend veel onderwerpen roerend eens. Ik geloof overigens dat België, naarmate Europa aan belang wint, wel vanzelf zal verdampen.’

Maar hoe verklaart u dat zoveel ondernemers zich toch vooral uitsloven in politieke correctheid, terwijl u daar blijkbaar moeiteloos mee wegkomt?

Peter Vyncke: ‘In eerste instantie omdat niet iedereen zo’n grote mond durft op te zetten als ik, maar wellicht ook omdat vele ondernemers bang zijn van de commerciële impact van bepaalde uitspraken. Ik zou ze niet te eten willen geven, de ondernemers die vinden dat het cordon sanitaire niet meer van deze tijd is en zelfs ronduit perverse gevolgen heeft. Maar de meesten zullen dat nooit openlijk uitspreken. Het cordon bestaat intussen ruim twintig jaar: wat heeft het opgeleverd? Niets, helemaal niets.’

Dieter Vyncke: ‘Wij draaien 99 procent van onze omzet in het buitenland, dan is het natuurlijk ook iets minder riskant om wat meer controversiële standpunten in te nemen.’

Jullie zijn samen CEO van dit bedrijf: bent u het altijd eens met Peter, als hij weer eens een stevige stok in het hoenderhok heeft geworpen?

Dieter Vyncke: ‘Ik deel haast altijd zijn standpunten, maar ben daarin net iets minder uitgesproken dan Peter. Het is eerder on-Vlaams om als ondernemer resoluut voor je standpunt uit te komen, dat klopt, maar ik vind niet dat we ons moeten schamen voor het feit dat we duidelijk Vlaamsgezind zijn. Mensen verbazen er zich soms over dat er hier een Vlaamse leeuw wappert op het bedrijfsterrein. Maar geen haan die ernaar kraait als er in de VS bij haast elk bedrijf een Stars and Stripes  uithangt. Zelfs onze grasmaaier is bekleed met een Vlaamse leeuw (grijnst).’

Ecorealisme vs. activisme

Jullie surfen als technologiebedrijf ook mee op de groene golf: hoe staat u tegenover het debat tussen enerzijds de wat hardere klimaatactivisten en anderzijds de zogenaamde ecorealisten?

Peter Vyncke: ‘Ecorealisme, wat is dat precies, welke lading dekt die vlag? Als bedrijfsleider stel ik me in de eerste plaats zo realistisch mogelijk op, maar wat ik bijzonder betreurenswaardig vind is dat een aantal heel fundamentalistische klimaatactivisten er door hun soms ronduit pathetische gedrag in geslaagd zijn om mensen die min of meer mee waren met het groene gedachtengoed opnieuw te doen afhaken. Ik ben ook bijzonder goed geplaatst om die vaststelling te doen: wij ontwikkelen al decennialang groene technologie.’

‘De groene beweging is de voorbije jaren gekaapt door linkse activisten met vaak ook een heel andere agenda, en dat is bijzonder jammer. Ik denk overigens ook dat je vandaag in West-Europa nog amper mensen vindt die ervoor pleiten om zomaar energie of grondstoffen te blijven verspillen. Er is wel degelijk een stevige mentaliteitsverandering gekomen, en dat juich ik absoluut toe. Maar laat ons ook realistisch zijn: wij kunnen ons die mentaliteitswijziging ook veroorloven. Alle begrip voor een boer in Afrika of in India die daar nog helemaal niet mee bezig is, omdat hij in eerste instantie zijn kinderen te eten wil kunnen geven.’

Er bestaat en stevige wetenschappelijke consensus over het feit bestaat dat we onze economie en levenswijze nog veel sneller zullen moeten vergroenen dan vandaag het geval is. Kan nieuwe technologie daarin volgens u een doorslaggevende rol spelen?

Peter Vyncke: ‘Ik ben daar inderdaad van overtuigd. Vandaag zien we bijvoorbeeld de eerste windmolenparken op zee opduiken die ook zonder subsidies rendabel zijn. Tegelijk ben ik ook niet absoluut gekant tegen nieuwe klimaatmaatregelen, zoals bijvoorbeeld een vliegtaks, maar dan wel op voorwaarde dat dit niet een zoveelste platte belastingverhoging wordt.’

Ik stoor me ook niet aan die klimaatbetogingen — die kunnen de mentaliteitswijzing wellicht wat versnellen — maar we moeten ook niet naïef te werk gaan. De energietransitie is onhaalbaar als we de kerncentrales niet nog enkele decennia openhouden.’

Als dit bedrijf de voorbije jaren zo sterk gegroeid is, ligt dit dan vooral aan het toegenomen milieubewustzijn wereldwijd?

Peter Vyncke: ‘Dat geloof ik niet. Het leuke aan onze technologie is dat ze niet enkel groen is, maar tegelijk ook nog flink wat geld kan opbrengen. Neem nu een rijstfabriek, die al decennialang met een stevige organische afvalstroom kampt. Welnu, onze technologie laat hen toe om hun afval in te zetten om warmte te produceren waarmee ze vervolgens hun rijst kunnen drogen. Zo’n installatie heeft een terugverdientijd die ergens tussen één en vijf jaar schommelt, en onze klant slaat daarmee dus twee vliegen in één klap.’

‘Zo’n model werkt, ook naar consumenten toe: de energievoorziening van de toekomst zal heel gedecentraliseerd zijn, waardoor je ze vanzelf ook veel dichter bij die consument brengt. In Utrecht bouwen we vandaag vandaag bijvoorbeeld een installatie waarmee je de helft van de stad zal kunnen verwarmen op basis van biomassa uit de regio, gaande van resthout tot compostafval.’

Internationale portfolio

Wie zijn vandaag jullie typische klanten?

Dieter Vyncke: ‘Doorgaans zijn dat industriële bedrijven die kampen met een afvalstroom, bestaande uit een of andere biomassa. Dankzij onze technologie kunnen ze die afvalstroom dan omzetten in nieuwe energie voor hun industriële processen. De schaalgrootte van onze installaties is de voorbije jaren stelselmatig toegenomen, en vandaag bouwen we installaties tot 100 Megawatt.’

België stelt amper nog iets voor in ons klantenportfolio: naast de rest van de Europese markt zit de groei de komende jaren vooral in Azië en in Latijns-Amerika. Dat is ook de reden waarom mijn broer volgend jaar met zijn gezin naar Singapore verhuist. Ook in onze business komen de klanten niet vanzelf: je moet hen aanspreken, je moet bereikbaar zijn. Willen we in een groeimarkt als Azië een groter marktaandeel veroveren, dan moeten we daar ook meer aanwezig zijn op het terrein.’

Filip Michiels is zelfstandig journalist/auteur en schrijft voor diverse Belgische kranten, weekbladen en websites. Hij won tweemaal de Citi Persprijs voor economische journalistiek en was eenmaal genomineerd voor de Belfius Persprijs. In 2022 publiceerde hij de biografie van Bessel Kok: "Chaos & Charisma".

Commentaren en reacties