JavaScript is required for this website to work.
post

Het drama van de meritocratie

Over eigenwaarde, Andrew Yang en gezoem op de yogamat

Roan A. Asselman22/12/2019Leestijd 5 minuten

Het statuut van zelfstandige kan discriminatie op de arbeidsmarkt tegengaan.

Het statuut van zelfstandige kan discriminatie op de arbeidsmarkt tegengaan.

foto © Reporters

Een job gaat over je waardigheid, over je zelfrespect. Een job gaat over je plaats in de samenleving, over wie je bent.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Eerder dit jaar publiceerde ik een artikel op Doorbraak getiteld ‘Wat bent u waard?’. De conclusie was niet mals. Uw diensten zijn in het beste geval nog minder waard dan die van Proximus CEO Dominique Leroy; in het slechtste geval bent u volledig vervangbaar, wordt u binnenkort weg geautomatiseerd of zal u worden gevraagd voor hetzelfde werk met een lager loon genoegen te nemen. Een goed functionerende markteconomie, immer efficiënt, heeft geen tijd voor uw gevoelens en uw opvatting over de ware waarde van een product of dienst. Zo ook de arbeidsmarkt.

Grafiekjes

Wat ik uiteenzette in het bovenvermelde artikel was niet zozeer een overtuiging gegrond in ideologie als wel een vaststelling. De werking van vraag en aanbod is zowat het dichtste dat de sociale wetenschappen komen bij een natuurwet. Een dalende vraagcurve en een stijgende aanbodcurve raken mekaar op een punt dat de evenwichtsprijs aangeeft – op de arbeidsmarkt de verloning van een werknemer. Achter dergelijke grafiekjes gaan in het geval van de arbeidsmarkt evenwel mensen van vlees en bloed schuil. Een ‘mismatch’ tussen wat gevraagd en aangeboden wordt leidt op deze markt niet tot het genoegen moeten nemen met een inferieur consumptiegoed, maar wel, bij gebrek aan verloning en werkplek, tot armoede en sociale isolatie.

Dit is geen aanval op het marktsysteem an sich, maar wel een oprechte bekommernis om diegenen die tussen de mazen van het net vallen. Het worst case scenariovoor een onderneming die met haar voorraden blijft zitten, is een negatieve impact op de nettowinst. Voor een Vlaming is dat het niet kunnen voorzien in de basisbehoeften van zichzelf en zijn familie.

‘Activeringsbeleid’

Legislatuur na legislatuur, beleidsverklaring na beleidsverklaring maken politici gewag van een doordringender ‘activeringsbeleid’. Werkzoekenden moeten aan een job geholpen worden en zij die de arbeidsmarkt verlieten, moeten hun herintrede doen. Het verkleinen van de kloof tussen bruto- en nettoloon, het beperken van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd, het verlagen van de vennootschapsbelasting, fiscale gunstregimes voor de aanname van de eerste werknemer, de maatregelen rond ‘werkbaar werken’… gaan er allemaal vanuit dat er in se een overeenstemming is tussen iemands vaardigheden enerzijds en een niet-ingevulde (actuele of toekomstige) job anderzijds.

Mijn vraag is wat we zullen doen met diegenen voor wie er op de arbeidsmarkt van morgen geen plaats meer is – niet omdat ze werkonwillig zijn of omdat de economie slabakt, maar wel omdat de nieuwe jobs van morgen doorstaan niet geschikt zullen zijn voor de Vlaming met een lager dan gemiddeld IQ.

IQ

Het IQ is de beste voorspeller van professioneel succes. Een algemene misconceptie is dat IQ meet ‘wat mensen weten’. Een IQ test is evenwel geen spelletje trivial pursuit maar test probleemoplossend denken, ruimtelijk inzicht en taalvaardigheid. Door de klemtoon op deze drie aspecten te leggen maakt zo’n test een inschatting van het potentieel van een persoon, en niet zozeer of hij of zij goed zal scoren in een programma als De Slimste Mens ter Wereld.

Wat opvalt is dat een IQ score niet enkel een sterke correlatie vertoont met professioneel succes van ‘white collar’ professionelen – denk aan advocaten, accountants en ingenieurs – maar ook van beroepsgroepen waarvan de noodzakelijke skills eerder beperkt zijn. IQ voorspelt across the board. En dat is verontrustend.

Da Vinci

Want een ongemakkelijk probleem doemt op: wat doen we met de mensen die niets kunnen doen in onze nieuwe economie? Zo is het best oké om lacherig te doen over de bewering van sommige ‘social entrepreneurs’ dat het van kapitaal belang is dat we allemaal leren coderen. Liefst spreken we ook zo snel mogelijk Chinees als tweede taal – want China zal een steeds prominentere rol spelen op politiek en economisch niveau – en hebben we best een basiskennis van bedrijfsfinanciering, het recht en de milieuproblematiek. Iedereen Homo Universalis dus. Ieder die ooit eens gesproken heeft met zijn gemiddelde dorpsgenoot beseft evenwel dat aan de meesten van ons geen nieuwe Da Vinci verloren gegaan is. Daar rekent de auteur van dit stuk zich zeker bij.

Het lijkt me onvermijdelijk dat naarmate de automatisering van industriële processen voortschrijdt, steeds meer jobs die vandaag ingevuld worden door laaggeschoolden overbodig zullen worden. En de redenering dat ‘herscholing’ soelaas zal brengen overtuigt me allesbehalve. De eindige maakbaarheid van de mens weerhoudt hem ervan om onbeperkt nieuwe informatie op te nemen en nieuwe vaardigheden aan te leren. Het drama van de meritocratie is nu net dat de werking van de markt geen gehoor geeft aan de verzuchtingen van zij die hun job verliezen, niet door de schuld van immigranten, een onvoorzichtige bankier of een op winst beluste bedrijfsleider, maar wel omdat die job niet meer bestaat.

Andrew Yang

De meest tot de verbeelding sprekende ‘oplossing’ is het universeel basisinkomen. Dit basisinkomen is fascinerend in zijn eenvoud: geef iedereen, ongeacht overige inkomsten een maandelijkse cheque. Een van de weinige kandidaten die het laatste presidentieel debat haalde in de Verenigde Staten, Andrew Yang, maakte dit tot het speerpunt van zijn programma. Onder president Yang krijgt iedere Amerikaan een freedom dividend, vrij te besteden en vrij aan te vullen met andere inkomsten uit arbeid of kapitaal.

De kritiek op dergelijk basisinkomen ent zich meestal op economische wetmatigheden: hoe kan het gefinancierd worden door een publieke schatkist die nu al bestaat uit steeds hoger oplopende jaarlijkse tekorten en geherfinancierde schulden? Het echte probleem lijkt mij veel complexer en te maken te hebben met de aard van de mens. Want hoe gaan we er voor zorgen dat tot dan toe professioneel actieven die nog verschillende decennia voor zich hebben niet in een zwart gat vallen? De mens heeft een doel nodig, liefst meer dan één. Verveling is de bron van veel miserie. En een job is meer dan bezigheidstherapie: het is waar men in relatie tot anderen vorm geeft aan het eigen denken en handelen, waar men een gevoel van eigenwaarde opwekt voor een job well done en uitkijkt naar het huiswaarts keren – een plaats die zoveel warmer aanvoelt wanneer men er de rest van de dag van werd weggehouden.

More than a paycheck

Zij die in een meritocratische samenleving door de mazen van het arbeidsnet vallen zullen niet geholpen zijn door een maandelijkse transfer naar hun bankrekening. De stress zal zich enkel verschuiven van het financiële naar het spirituele en existentiële – gekenmerkt door toenemende alcoholconsumptie en druggebruik, straatcriminaliteit en sociale verloedering. Ik hoop dat het niet zover komt, maar daar waar Yang tenminste deze dreiging erkent, lijken de meeste politici, in Amerika en Europa, liever Oost-Indisch doof te spelen.

Het gaat hier eigenlijk om het verschil tussen Yang’s visie op de mens en die van zijn democratische tegenstrever Joe Biden. Die zei ooit het volgende: ‘A job is about a lot more than a paycheck. It’s about your dignity. It’s about your self-respect. It’s about your place in your community. It’s about who you are’. (‘Een job gaat over veel meer dan enkel je salaris. Een job gaat over je waardigheid, over je zelfrespect. Een job gaat over je plaats in de samenleving, over wie je bent.’) Biden mag dan geregeld ongelijk hebben, hier slaat hij wel de nagel op de kop.

Het materialisme van Yang begrijpt niet dat de negatieve gevolgen van jobverlies niet (enkel) van pecuniaire aard zijn. Dit spoort perfect met de ideologie van modern links dat de mens in de eerste plaats als een dom, lomp en behoeftig wezen ziet dat met simpele zaken gelukkig kan worden gehouden – brood en spelen, zeg maar. Het spirituele kan worden gereduceerd tot wat zoemen op de yogamat. Maar een mens toont zijn of haar lelijkste kant wanneer zijn of haar dorst naar eigenwaarde niet gelest wordt – en automatisatie zou deze problematiek wel eens in de volgende versnelling kunnen doen schakelen.

Roan Asselman (°1996) studeerde rechten (KUL), vermogensbeheer (EMS) en vennootschapsbelasting (FHS). Van 2020 tot 2023 was hij werkzaam als zakenadvocaat aan de Brusselse Balie. Roan werkt sinds 2019 mee aan Doorbraak. Vandaag is hij lid van de redactie verantwoordelijk voor de vrije tribunes (het 'Forum'), verzorgt hij de rubriek 'Amerika in Alle Staten' en is hij samen met David Neyskens te horen in de driewekelijke Amerikapodcast. In 2023 verscheen van zijn hand 'Amerika Ontrafeld. Over de cultuurstrijd die een natie verscheurt', uitgegeven door Doorbraak Uitgeverij. Roan is tevens voorzitter van het Custodes Instituut, een conservatieve denktank actief in de Lage Landen.

Commentaren en reacties