Het schot in de roos van de stok achter de deur
opinie
Zo beleefde Sam van Rooy (studiecentrum Vlaams Belang) de nieuwjaarsreceptie van het Vlaams Belang. Net iets anders toch dan politiek journalist Jan De Meulemeester.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe nieuwjaarsreceptie van het Vlaams Belang te Antwerpen was een schot in de roos. Niet alleen wat kwantiteit betreft – meer dan 1500 mensen schreven in, waardoor aan het Antwerpse Kattendijkdok een extra boot moest aanmeren -, maar ook inzake kwaliteit: de sfeer was bijzonder goed, men was uitgelaten, er werd gedanst en gefeest. De balans tussen politiek – het inleidend woord van Filip De Man en de toespraken van Filip Dewinter en Gerolf Annemans – en ‘gezellig samen zijn’ was perfect. En wat een rijkdom dat het Vlaams Belang twee begenadigde sprekers heeft die elk op zijn kenmerkende manier weet te bekoren.
Filip Dewinter
Eerst Filip Dewinter, die in zijn typische eerder volkse stijl op opzwepende wijze ‘zijn’ thema’s, immigratie en islam, alle eer aandeed en schakelde tussen een kwinkslag of grap enerzijds en bloedserieuze strofen anderzijds. Zo herinnerde Dewinter aan zijn belofte om in de Schelde te springen wanneer het Vlaams Belang 10 procent zou halen en De Wever burgemeester zou worden. Daar maakte hij zich echter al glimlachend vanaf door als bijkomende voorwaarde te stellen dat de overgebleven leden van Sharia4Belgium die nog niet in Syrië gesneuveld zijn, mee de Schelde in moeten. Met het geval Farid ‘Le Fou’ Bamouhammad, gevaarlijk moordzuchtig tuig van Algerijnse oorsprong dat nu 11.000 euro schadevergoeding zal ontvangen wegens ‘slechte behandeling’ in onze gevangenis, illustreerde Dewinter de malaise als gevolg van zowel de immigratie en de islam enerzijds als de laksheid, de softheid en de totaal doorgeslagen humaniteit of ‘zelfmoordhumanisme’ anderzijds. Dewinter noemde het Vlaams Belang – net als Gerolf Annemans – ‘de stok achter de deur van het politieke establishment’. Naar aanleiding van het vieren in 2014 van 50 jaar immigratie in België, bracht Dewinter de essentie: “50 jaar immigratie is geen feest maar een ramp. Rampen worden niet gevierd maar herdacht.”
Ik kijk overigens nu al uit naar hoe de N-VA zal omgaan met die viering van 50 jaar immigratie, maar ik zou nu reeds een voorspelling willen wagen. Áls De Wever of eerder een N-VA-partijpion al een reactie geeft zal die, helemaal in lijn met de ziel van zijn N-VA, braaf-genuanceerd zijn, in de trant van: ‘Immigratie heeft ons sterk vooruitgeholpen en is verrijkend geweest, maar heeft ons ook voor een aantal uitdagingen gesteld. Dat verhaal is nooit af en er is dus nog werk aan de winkel.’ Joachim Pohlmann mag dit wat mij betreft rechtstreeks copy-pasten. Overigens heeft GVA-journalist Lex Molenaar in december van vorig jaar al gewezen op de spreidstand van de N-VA inzake de viering van 50 jaar immigratie.
Gerolf Annemans
Vervolgens sprak Gerolf Annemans, die met zijn gekende eloquentie vooral de Vlaamse zelfbeschikking en de vrijheid van de Vlaming centraal stelde, en dit ten overstaan van zowel België – ‘de pest’ – als België nummer 2 – ‘cholera’ -, oftewel de Europese Unie, een ‘België in het groot’. Annemans deed, zoals hij bij zijn aantreden als voorzitter had beloofd, het ‘minder grimmig, meer grappig’-principe van het Vlaams Belang alle eer aan, door tot groot jolijt het gekende K3-nummer ‘Wie heb ik aan de lijn?’ (‘Tele-Romeo’) te persifleren. In dat verband maakte hij indruk met een ellenlange lijst aan voorbeelden van de N-VA als onduidelijke, ideologisch vertroebelde partij vol dubbelzinnigheden, die hier A zegt en daar B; die eerst A zegt en daarna B; die A zegt maar B doet; en die A doet maar B zegt. Wie Annemans’ fundamentele opsomming tot zich neemt, kan niet anders dan besluiten dat de N-VA België en de EU – België in het groot – sterker maakt en dus Vlaanderen zwakker; wie Annemans’ opsomming tot zich neemt, zou zich grondig moeten bezinnen over de vraag: is de N-VA wel die zogenaamd ‘(centrum-)rechtse’, ‘Vlaams-nationalistische’ partij die ze beweert te zijn en waarvoor ze wordt aangezien?
De toespraak van Annemans was minder een aanval op de N-VA dan een boodschap aan de Vlaamse kiezer die eventueel (opnieuw) overweegt N-VA te stemmen: ‘Bezint eer ge nog eens begint.’ Annemans’ essentie: ‘Voor het Vlaams Belang (…) gaan die verkiezingen over de vraag of de Vlamingen hun eigen toekomst zullen mogen of kunnen bepalen; over de vraag of de toekomst van de Vlamingen zal worden beslist in de megalomane gebouwen van de Europese Unie, of in de Franstalige cenakels van de Wetstraat 16; (…) dan wel over de vraag of de Vlamingen zichzelf zullen besturen en áls ze ooit zichzelf besturen, of ze dan door een Vlaamse regering van de stilstand gaan bestuurd worden. (…) Over vrijheid, daarover gaat het op 25 mei’, waarna Annemans met trots afsloot: ‘Hij komt, de man van en voor de vrijheid: Geert Wilders’ (naar de stadsfeestzaal in Antwerpen op 23 maart).
De media
Iets dat achteraf bijdroeg tot mijn vreugde was de verslaggeving in de traditionele media. Mensen die mij al eerder lazen op dit medium weten dat ik uitermate afkerig sta ten opzichte van hoe de pensée unique die heerst bij journalisten en redacties, de berichtgeving en duiding van traditionele, mainstream, gezaghebbende media beïnvloedt. Dat is immers vals en onrechtvaardig. Maar als het goed is mag (en moet) het natuurlijk ook gezegd worden: ik was positief verrast door de redelijk uitgebreide en eerlijke verslaggeving inzake de politiek-inhoudelijke boodschap die het Vlaams Belang op haar nieuwjaarsreceptie heeft gebracht.
Jan De Meulemeester
Het was dan ook enigszins jammer om het verslag van politiek journalist bij VTM Jan De Meulemeester te lezen. De Meulemeester is er, in tegenstelling tot de immer grappige Tim F. Van der Mensbrugghe van De Morgen, op uit om voor Knack een realistisch beeld te schetsen van de nieuwjaarsrecepties van Vlaamse partijen. De Meulemeester, daar zouden vriend en vijand het over eens moeten zijn, is een talent. Hij kan spreken, hij kan schrijven en hij heeft politiek inzicht. Daarom ook dat ik enigszins schrok toen ik zijn stuk las: de teneur die het uitademt is niet wat ik en velen met mij hebben ervaren. Bij de lezer die niet aanwezig was op de VB-nieuwjaarsreceptie – die eigenlijk meer weg had van een nieuwjaarsfeest – blijft allicht het foute beeld hangen van een ‘xenofobe’ en ‘intolerante’ partij vol met bejaarden.
‘Bejaard’
Dat foute beeld wordt geschapen in een paragraaf die getiteld is ‘bejaard’: ‘Een medewerker wijst me op de diversiteit die de partij herbergt, “inzake klassen en standing.” Maar het aandeel bejaarden op de boot is toch bijzonder groot. Geen dresscode hier. Wel enkele nette heren in maatpak, zonder das, met een dubbele pin: het Vlaams leeuwtje en de vlag van de regionale afdeling.’ Aldus De Meulemeester.
‘Diversiteit inzake klassen en standing’ heeft niets met leeftijd te maken: de aanwezige bejaarden waren, net zoals de gasten van andere generaties, van verschillende klassen en standing. Het kan zijn dat De Meulemeester inschatte dat het aandeel ouderen groot is, maar ik kan me moeilijk voorstellen dat hij ze allemaal heeft geteld. Bovendien: ‘groot’ vergeleken waarmee? Met de nieuwjaarsrecepties van andere partijen? Met het aandeel bejaarden in de samenleving? (Ook bij het Vlaams Belang slaat de vergrijzing toe, net zoals in de rest van de samenleving). Overigens was er inderdaad geen verplichte dresscode, maar op de uitnodiging stond: ‘stadskledij gewenst’. Iedereen die ik heb gezien – en dat zijn de meeste mensen – had daar rekening mee gehouden.
‘On-Vlaamse hapjes’
De Meulemeester schrijft ook: ‘De hapjes zijn “zeer on-Vlaams” merkt iemand op. Cocktailglaasjes, Italiaanse tomaat-mozzarella, mini-loempia’s. “Dat is nu eenmaal het aanbod van de cateraar” betreurt een partijtopper, “blijkbaar moet dat tegenwoordig zo”.’
Het opschrijven van één dergelijke anekdote werkt natuurlijk zeer tendentieus. Het moet het valse beeld bevestigen dat het Vlaams Belang oerconservatief en ‘xenofoob’ is. Echter, hetgeen De Meulemeester heeft opgetekend uit de mond van ‘iemand’ en ‘een partijtopper’, op welke toon werd dat gezegd? Hoe ‘betreurd’ was dat eigenlijk? Ikzelf heb geen enkel probleem met het on-Vlaamse karakter van loempia’s, maar ik zou, net zoals vele andere VB’ers, met de nodige kwinkslag best die woorden uitgesproken kunnen hebben. En wie merkt tijdens zo’n sfeervolle nieuwjaarsreceptie eigenlijk spontaan op dat de hapjes ‘zeer on-Vlaams’ zijn? In hoeverre heeft De Meulemeester aan iemand een stelling inzake de hapjes voorgelegd en op welke manier?
Bovendien waren er meer dan 1500 mensen die – en dat kan cijfermatig worden aangetoond – zonder boe of ba gesmuld hebben van al die ‘on-Vlaamse hapjes’. De Meulemeester had evengoed kunnen verwijzen naar zijn stuk over de nieuwjaarsreceptie van Open VLD, waarin hij schreef: ‘En terwijl bij de Vlaams-nationalisten [van N-VA] werd aangeschoven voor een stoofvlees-met-friet, manoeuvreren hier nette obers met amuse-gueules in cocktailglaasjes: ik kies voor een verfijnde wildpaté met uienconfijt en een risotto met bospaddenstoelen.’ Zó verfijnd was het bij het Vlaams Belang misschien niet, maar stoofvlees met friet was het evenmin (terwijl daar overigens niets mis mee is, integendeel). De Meulemeester had dus evengoed kunnen concluderen dat de ‘diversiteit inzake klassen en standing’ bij het Vlaams Belang werd getypeerd door de hapjes: modern, volks en stijlvol, maar niet elitair; hij had zelfs kunnen concluderen dat het Vlaams Belang zich wat dat betreft kennelijk ergens tussen N-VA en Open VLD bevindt.
‘Arme kerel’
Een paar paragrafen verder zegt De Meulemeester ‘medelijden’ te hebben ‘met de vele “vreemdelingen” die hier blijkbaar opdienen’. Hij sluit dat onderdeel af door te stellen dat een jonge ober van vreemde origine moest ‘laveren doorheen (sic) vaak verbaasde, onderzoekende blikken’. De Meulemeester vindt dat ‘even moedig als aandoenlijk’ en besluit met: ‘Arme kerel’. Dat soort postmoderne emojournalistiek mag dan wel in de mode zijn, de suggesties en de framing die erin vervat zitten raken kant noch wal. Niet alleen waren er ook onder de gasten mensen van vreemde afkomst (ja, ook met een kleurtje); niet alleen heb ik niemand ‘onderzoekende’ of verbaasde blikken’ zien werpen (mensen waren veel te druk met dansen, praten, eten, drinken, feesten); maar vooral doet De Meulemeester eigenlijk waar de ‘progressieve’ linkerzijde al decennia zo goed in is: mensen van vreemde origine afschilderen als weerloze slachtoffers, die te dom zijn om bijvoorbeeld te begrijpen wat Filip Dewinter bedoelt wanneer hij het heeft over de negatieve gevolgen van de massa-immigratie of wanneer hij de historische opengrenzenpolitiek typeert als ‘ramp’. Heeft De Meulemeester met die ‘vreemde obers’ gesproken? Vast niet, anders had hij ze wel geciteerd. Misschien waren ze het wel met het Vlaams Belang eens? Of denkt De Meulemeester dat het zelden gebeurt dat mensen van vreemde origine – ja, ook met een kleurtje (en dan bedoel ik geen ‘gele’ Chinezen) – het Vlaams Belang volmondig gelijk geven en vaak zelfs nóg radicaler zijn? Ik stel hem graag voor aan bijvoorbeeld de vele christelijke Arabieren, Italianen, Perzen of Zuid-Amerikanen die ons land telt.
Geert Wilders
Inzake het door Gerolf Annemans ‘met tromgeroffel’ aangekondigde optreden van Geert Wilders op het Vlaams Belang-verkiezingsevenement eind maart te Antwerpen, is De Meulemeester gemakzuchtig en tendentieus wanneer hij, overigens exact zoals Lex Molenaar deed, slechts refereert aan Wilders’ ‘kopvoddentax’ en ‘tuigdorpen voor criminelen’, en dan nog zonder enige duiding. Die ‘kopvoddentax’ was immers in de eerste plaats een provocatie, als een soort westerse variant van de islamitische jizya (belasting) voor niet-moslims; die zogenaamde ‘tuigdorpen’ bestaan ondertussen, meer bepaald in Amsterdam, en ze werden ingevoerd door… de PvdA. Bovendien en ten overvloede: Wilders is zo veel meer dan een ‘kopvoddentax’ en een ‘tuigdorp’. Hij is bovenal, zoals Annemans hem in zijn toespraak noemde, ‘de man van en voor de vrijheid’; de Nederlandse patriot die vecht tegen vrijheidsberovende systemen, of ze nu ‘islam’ of ‘EU’ heten.
En inderdaad, Wilders is ook de politicus van en voor ‘Henk en Ingrid’, net zoals het Vlaams Belang van en voor de gewone Vlaming is, die je ‘Kenneth en Sara’ zou kunnen noemen, zoals De Meulemeester doet; of ‘Tom en Sofie’; of ‘Mark en Mia’. In ieder geval: wanneer De Meulemeester stelt dat Wilders ‘zonder zijn specifieke Nederlandse context, waaruit hij zijn relevantie tapt, in Antwerpen slechts een komische passage dreigt te betekenen’, dan slaat hij de bal compleet mis. Hij gaat dan immers toch wel erg simplistisch voorbij aan de grote internationale relevantie die juist iemand zoals Wilders heeft, en dit als gevolg van zijn niet-aflatende strijd tegen de islam en de EU. Mocht Open VLD een verkiezingsevenement houden met VVD’er Mark Rutte (of eerder: met D66’er Alexander Pechtold), dan zou De Meulemeester een punt kunnen hebben wanneer hij zich vragen stelt inzake de ‘relevantie’. Maar dat geldt nu juist niet voor iemand als Geert Wilders, een politicus anders dan alle andere die toespraken houdt over vrijwel de hele wereld omdat hij een strijd voert die per definitie ver voorbij de Nederlandse grenzen gaat. Bovendien begrijp ik alleszins niet hoe je, los van de eventuele desinteresse voor Wilders van ‘de Vlaamse Kenneth en Sara’, zoals De Meulemeester suggereert, van ‘een komische passage’ zou kunnen spreken. We hebben het hier immers over een unieke politicus/vrijheidsstrijder die al vele jaren de zwaarste beveiliging moet ondergaan vanwege zijn kritiek op de islam, en die in Nederland op korte tijd de machtsgreep van de EU op de kaart heeft weten te zetten.
De lezer komt het niet te weten
Dat er op het nieuwjaarsfeest van het Vlaams Belang werd gevierd en veel werd gedronken en gedanst; dat er voortdurend daverend werd geapplaudisseerd tijdens de toespraken van Dewinter en Annemans; dat er ook gasten van vreemde afkomst aanwezig waren; dat er ook heel wat jongere generaties waren; dat Vlaams Belang (blijkbaar in tegenstelling tot N-VA) al veel langer werkt met ‘moderne technologische hulpmiddelen’ zoals grote schermen en een zogenaamde teleprompter (autocue) voor toespraken (en zelfs livestreaming en een interactieve ‘Twitter wal’): de lezer komt het allemaal niet te weten. De eenzijdig en anekdotisch door De Meulemeester weergegeven feiten en de daaruit voortvloeiende toonzetting en ‘framing’ inzake de heersende sfeer, contrasteert bovendien toch wel heel erg met het verslag dat hij maakte van de nieuwjaarsreceptie van de N-VA: daar waar De Meulemeester inzake de N-VA vele paragrafen uitweidt over de mooie ‘verpakking’, de goede sfeer benadrukt en amper aan inhoudelijk-politieke analyse doet, doet hij in verband met het Vlaams Belang precies het tegenovergestelde. Als hij daarbij dan de suggestie wekt dat er op de VB-nieuwjaarsreceptie vooral bejaarden rondliepen (overigens is er niets mis met bejaarden, laat dat duidelijk zijn!), klinkt dat wel extra wrang, want veel jongeren die denken zoals het Vlaams Belang – en dat weet ik uit ervaring – zijn niet snel geneigd om de stap te zetten, juist als gevolg van het eenzijdig-valse beeld dat de media blijven hooghouden. Het Vlaams Belang wordt aldus in een vicieuze cirkel gehouden.
Cordon médiatique
Tot slot: de Knack-reeks ‘Cava en kiesbeloftes: verslag van op de politieke nieuwjaarsrecepties’ waarvoor Jan De Meulemeester zijn artikels schrijft, heeft als uithangbord een banner waarop 5 partijvoorzitters staan in plaats van 6: Rutten, De Wever, Tobback, Beke en Van Besien. Wie ontbreekt: juist ja, partijvoorzitter Gerolf Annemans van het Vlaams Belang. Het is echter eenvoudig: Annemans niet, dan Van Besien ook niet; Van Besien wel, dan Annemans ook (en overigens voor mijn part ook Mertens en Dedecker). Een week geleden heb ik van deze inconsequentie melding gemaakt bij Knack.be-hoofdredacteur Eddy Eerdekens en ook Jan De Meulemeester, dat moet gezegd, heeft toen mijn opmerking overgemaakt aan Knack. Tot op vandaag echter, dus zelfs nadat De Meulemeester ook over de VB-nieuwjaarsreceptie een verslag publiceerde, is de banner niet gewijzigd. De wetten van het cordon médiatique blijken onverbiddelijk.
Foto: © Reporters
De auteur, Sam van Rooy, is publicist, medewerker op het Vlaams Belang-studiecentrum, en medesamensteller van en -auteur in ‘De islam. Kritische essays over een politieke religie’ en ‘Europa wankelt. De ontvoering van Europa door de EU‘.
<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>
Sam van Rooy (1985) is Vlaams volksvertegenwoordiger, Antwerps gemeenteraadslid en fractieleider voor het Vlaams Belang. In 2014 was hij 1e opvolger voor het EU-parlement. In 2011 was hij beleidsmedewerker bij de PVV van Geert Wilders. Van 2012 tot en met 2018 werkte hij als studiedienstmedewerker en perswoordvoerder voor het Vlaams Belang. Hij is ingenieur bouwkunde (MSc.), publicist en auteur van enkele boeken over de islam en de Europese Unie ('Voor vrijheid dus tegen islamisering', 'De islam. Kritische essays over een politieke religie', 'Europa wankelt. De ontvoering van Europa door de EU'). Zijn website: www.samvanrooy.be.
Sam van Rooy (VB): ‘Wie gelooft dat Bart De Wever, als burgemeester en/of als premier, deze evolutie van islamisering kan tegengaan met traditionele partijen?’
Jack London was een veelschrijver én avonturier. Zijn omzwervingen overtuigden hem van de noodzaak van een socialistische samenleving, een idee dat hij verwerkte in zijn boeken.