Het ‘voortschrijdend inzicht’ van De Standaard
Voor haar eeuwfeest pakt deze krant uit met radioreclame die aantoont dat kranten lezen een nutteloze bezigheid is.
foto ©
Heuglijk feit in de wereld van de Vlaamse papierjournalistiek: de krant De Standaard viert volgende week haar eeuwfeest. Op 4 december 1918 rolde het allereerste nummer van de persen, onder de leiding van de katholieke gematigde flamingant Frans Van Cauwelaert die het later tot minister zou brengen en zich tot een hevige pleitbezorger van het Belgische unitarisme zou ontpoppen. Een …
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHeuglijk feit in de wereld van de Vlaamse papierjournalistiek: de krant De Standaard viert volgende week haar eeuwfeest. Op 4 december 1918 rolde het allereerste nummer van de persen, onder de leiding van de katholieke gematigde flamingant Frans Van Cauwelaert die het later tot minister zou brengen en zich tot een hevige pleitbezorger van het Belgische unitarisme zou ontpoppen. Een man ook met verre tentakels tot diep in het financiële hart van de katholieke zuil. Dat establishmentgehalte is altijd aan de krant blijven kleven. Ondanks, of net door het embleem AVV/VVK.
Politiek-correcte krijtlijnen
Na het failliet in 1976 werd met de steun van de Antwerpse industrieel André Leysen de Vlaamse Uitgeversmaatschappij opgericht, in 2006 omgedoopt naar Corelio, dat uiteindelijk met Concentra (Het Belang van Limburg en Gazet Van Antwerpen) versmolt tot de groep Mediahuis die De Standaard vandaag uitgeeft. Sindsdien is de krant steeds meer gaan aanleunen bij een modieus centrumlinks discours, dat zich vooral als ‘hip’ wil profileren, zoals ook de tegenhanger De Morgen: de Vlaamse pers is steeds meer eenheidsworst, met journalisten die overigens regelmatig verkassen. Diepgang is een probleem, intellectuele durf niet bevorderlijk voor de carrière. Alles wordt gepolijst, afgevlakt binnen de politiek-correcte krijtlijnen, ook al omdat de ontzuilde krant vooral wil verkopen en weet dat reclamebudgetten zich het liefst uitstorten in probleemloze, gladde media met veel lifestylenieuws.
In een aantal clips op Radio 1 wordt nu verduidelijkt hoe dat in zijn werk gaat. Het sleutelbegrip is voortschrijdend inzicht. Doorheen voorbeelden wordt duidelijk hoe de krant met de actualiteit wil omgaan, en doorheen de tijd wijzer wordt. De eerste spot herinnert er ons aan hoe het opus magnum van Hugo Claus ‘Het Verdriet van Belgie’ door DS-recensenten werd afgebrand als onleesbaar. Berouwvol klopt de spreker in het clipje op de borst: ‘we moesten onze mening herzien’. Dat is dan genoteerd. Was die toenmalige cultuurredactie wel bij de pinken?
Tweede voorbeeld van voortschrijdend inzicht: in 1962 kon de krant het woord neger nog gebruiken, maar nu is dat absoluut taboe, onder het motto: ‘Schrap die taal, en we veranderen de geschiedenis’. Echt waar: journalisten die woorden willen schrappen en de geschiedenis willen veranderen. Clip nummer drie: vijftien jaar geleden berichtte DS nog dat diesel goed was voor het milieu, nu zeggen ze het tegendeel. ‘We werden argwanend en zijn dieper gaan graven’, zo luidt het. Is dat zo? Of beperkt het journalistieke werk zich sowieso tot het bijeenscharrelen aan de oppervlakte van wat iedereen zegt en weet?
Mainstream-inzichten
Drie varianten dus op een boodschap die, naar aanleiding van het eeuwfeest van DS, aangeeft dat deze zogenaamde kwaliteitskrant lijdt aan achterlopend inzicht. Want wat is de onthutsende conclusie na het beluisteren van deze boodschappen? Dat het absoluut de moeite niet loont om DS te lezen want dat ze er toch altijd naast zitten. Dat bijvoorbeeld de boeken, die vandaag door die krant verguisd of genegeerd worden, meesterwerken zullen blijken (Het verdriet).
Meer nog: we leren nu ook dat De Standaard voluit haar medewerking verleent aan de politiek-correcte codes die ons worden opgelegd (de neger), waardoor vermoedelijk een dezer ook Zwarte Piet wel zijn kleur zal verliezen en we bijvoorbeeld ook niet hoeven te weten dat de man, die een kind dood reed zonder rijbewijs en vluchtmisdrijf pleegde, van allochtone komaf is.
Wie deze spot een paar keer herbeluistert krijgt het kippenvel: voortschrijdend inzicht blijkt te gaan over het schrappen van woorden, het manipuleren van taal en het filteren/achterhouden van informatie om het volk bij de les te houden. In de roman 1984 heette dat newspeak, vandaag detecteren wij de giftige ideologische ondergrond daarvan als cultuurmarxisme: media die bevolkt worden door post-68-intellectuelen, levend in een bubbel van het grote gelijk en het belerend paternalisme, inclusief dus woorden die uit de taal verbannen worden. Voor meer details, zie het gelijknamige werk van Paul Cliteur en ‘De Langste Mars’.
Ten derde, dat De Standaard nooit meer is dan een vergaarbak van mainstream-standpunten en inzichten. Als de overheid en de milieuspecialisten zeggen dat iets gezond is voor ons, dan zegt de krant dat ook (diesel). Blijkt men er na tien jaar faliekant naast te zitten, dan volgt een ‘sorry, volgende keer beter, maar blijf alvast onze krant kopen’. De gele hesjes zullen met deze dieselgrap niet lachen. In feite wordt met dit soort statements zelfs heel de klimaatkwestie op de helling gezet, want dat de opwarming van de aarde het gevolg is van menselijke activiteit, is nu wel de heersende mening maar binnen tien jaar ook weer achterhaald. Waarbij, andermaal, blijkt dat kranten lezen niet goed is voor euh… echt inzicht in de ons omringende wereld.
Het betere reclameblad
Wat rest, is de verkoop van een dagelijkse vracht bedrukt papier die het uitstekend in de kachel doet. Jammer voor de bomen die ervoor moeten sneuvelen. In essentie blijft de opiniërende hoofdredacteur (de term alleen al) de manager van een reclameblad met ‘content’ als vulling. Vooral de weekendbijlagen (wie al die pulp doorneemt op een zaterdag- en zondagmorgen verklaar ik voor gek) tonen ons de echte staat van de Vlaamse journalistiek: alles wat verkoopt is waar, en waarheid is wat de politiek-correcte goegemeente als waarheid verdraagt. Een logica die vooral onder het hoofdredacteurschap van Peter Vandermeersch –in 2007 zowaar tot marketeer van het jaar gekroond- tot bloei kwam.
Zo wordt het honderdjarig bestaan van De Standaard een soort Requiem, ja, zo vallen die reclamespotjes best wel te pruimen. Groteske versprekingen van een voorbijgestreefd medium waarin middelmatigheid en zelfcensuur de dominante toonaard vormen. Het woord is aan de nieuwe media, de blogosfeer, webmagazines zoals Doorbraak en Apache. Eigenzinnige kanalen die een publiek opbouwen, op zoek naar informatie en inzichten die de papieren pers noch de audiovisuele media,- de Vlaamse openbare omroep nog het minst,- kunnen of willen aanbieden.
Al in 2009, toen ik met mijn confrater Frank Thevissen op de Antwerpse Meir wandelde en mijn exemplaar van DS spontaan vuur vatte, wist ik dat het calorisch vermogen van zo’n krant het enige echte criterium is waarop ze te beoordelen valt. En nu de Warmste Week nadert, weet elke Vlaming wat hem/haar te doen staat. Voortschrijdend inzicht, nu eindelijk in ieders bereik.
Deze tekst kadert in een nieuwe Doorbraak-publicatie van Johan Sanctorum, getiteld ‘Na het journaal volgt het weerbericht’, voorzien voor 2019.
Met begeleidende lezingtoernee door Vlaanderen. Organisatoren, kringen, verenigingen: nu reeds boeken op https://sanctorumblog.wordpress.com/lezingen-2019/
Categorieën |
---|
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Bij de docu-film van Jambers over BDW blijft de vraag hangen waar de N-VA als ‘republikeinse partij’ nu eigenlijk nog voor staat.
Jack London was een veelschrijver én avonturier. Zijn omzwervingen overtuigden hem van de noodzaak van een socialistische samenleving, een idee dat hij verwerkte in zijn boeken.