‘Islam en de seculiere staat’: hoe als krant rond de hete brij dansen
Onze hippe journalisten lijken angst te hebben van de werkelijkheid.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementEen week lang ‘verdiepte’ De Morgen zich in een van de grootste vragen van deze tijd: ‘de islam in de seculiere staat’. Op zich een lovenswaardig initiatief. Het fundamentele schisma tussen verdraagzaamheidsadepten en rabiate islamcritici is uiteindelijk terug te brengen tot de vraag of die godsdienst zich kan inpassen in het lang bevochten westerse model van scheiding tussen kerk en staat.
Voor de eerste keer in lange tijd kocht ik zowaar terug De Morgen, iets waar ik al lange tijd mee was gestopt. Telkens opnieuw had ik immers het gevoel dat de krant een wazig scherm plaatste tussen de werkelijkheid en een of ander wensbeeld. Maar goed zo dacht ik, wie weet dat na de beschamende slagen in het water zoals over het brexit-dossier of de presidentsverkiezingen de krant zich weer herinnert dat journalistiek in de eerste plaats draait om het opgraven en onderzoeken van de feiten.
De wijze waarop De Morgen met een van de belangrijkste thema’s van deze tijd omging was echter een teleurstelling en tekenend voor de journalistiek in Vlaanderen. Naast het gebruikelijke standpuntje van Bart Eeckhout bestond het project uit vijf lange interviews met kritische en zeer atypische moslims: actrices zoals Loubna Abidar of de moedige Brusselse acteur Sam Touzani. Die interviews waren boeiend en gingen taboes niet uit de weg: de genadeloze manier waarop de moslimgemeenschap met afvalligen omgaat, het misbruik van het begrip ‘islamofobie’ of het absolute statuut van de koran.
Op journalistiek vlak stak De Morgen helaas op geen enkele manier zijn nek uit. Men verborg zich achter de meningen en persoonlijke ervaringen van enkele boeiende personen uit de culturele of politieke wereld die vaak heel ver van de modale moslim uit de migrantenbuurten staan. Wanneer men zelf geen diepgaand journalistiek werk doet en kiest om alleen met een interviewreeks te werken, laat men deze moedige stemmen in feite in de steek. (trouwens op sp.a-politica Yamila Idrissi na allemaal om Franstalige Brusselaars of buitenlandse gesprekspartners – in de Vlaamse culturele wereld heerst onder de moslims blijkbaar een omerta op islamkritiek.).
Grote onderzoeksvragen voor de journalisten liggen nochtans voor het oprapen. Welk wetenschappelijk onderzoek en cijfermateriaal bestaat er over de houding van Europese moslims over hun visie tussen ‘de waarheden’ in de koran en de principes van de rechtstaat waaronder vrije meningsuiting en godsdienstvrijheid? Hoe worden de onrustbarende cijfers van de Nederlandse socioloog Ruud Koopmans die met enquêtes aantoonde dat het fundamentalisme in de moslimgemeenschap verre van een marginaal verschijnsel is door ander onderzoek al dan niet tegengesproken?
Moeten we echt geloven dat bijna zeventig procent van de Belgische moslims vinden dat de wetten van de koran primeren op de grondwet, zoals Koopmans’ onderzoek aangeeft? Op welke manier gaan imams om met de vele tientallen oorlogszuchtige en gewelddadige teksten in de koran – die bovendien vooral stammen uit de laatste jaren van Mohammed en in dus in principe voorrang krijgen op oudere soera’s? Wat zeggen kritische arabisten daarover?
Bovenstaande vragen raken de essentie van waarover vele mensen die al eens een koran ter hand nemen of gesprekken hebben met islamitische buren of collega’s zich zorgen maken. Ze gaan ook over de essentie van een, al dan niet mogelijke, cohabitatie tussen rechtstaat en islam. Helaas was de aanpak van De Morgen voorspelbaar: hier beginnen we niet aan, we doen enkele interviews met hippe en interessante individuen en daarmee is de kous af. Een interview blijft voor een krant vrijblijvend, in die zin dat men over de meningen van de gesprekspartner geen verantwoordelijkheid hoeft op te nemen in tegenstelling tot bij het presenteren van feiten.
Net zoals bij de brexit en de Amerikaanse presidentsverkiezingen lijken onze hippe journalisten angst te hebben van de werkelijkheid – die moest maar eens anders uitvallen dan de gewenste. Ook nu had ik bij het lezen van de krant een verstikkend luchtbelgevoel. Misschien wil die nog wel een geweten schoppen, maar wat er in de straten, scholen, ziekenhuizen, politiekantoren gebeurt, dat wil men liever niet geweten hebben. Over de kwestie van islam in een seculiere staat ben ik fundamenteel niets wijzer geworden. Behalve dat ik me weer goed herinner waarom ik ooit gestopt ben om dagelijks kranten als De Morgen of De Standaard te kopen.
Categorieën |
---|
Personen |
---|
Chris Ceustermans is een veertiger die ooit van zijn pen leefde als journalist bij onder meer De Morgen. Na andere wegen te hebben verkend, keerde hij terug naar zijn oude liefde: de literatuur. Op Doorbraak pleegt hij af en toe een stuk over dingen die in de eenzijdige media te weinig aan bod komen. 'Ni dieu, ni roi, ni maître', blijft zijn motto, al lijkt dit voor de meeste zelfverklaarde 'links weldenkenden' al lang vergeten.
Hoe de Britse democratie Boris Johnson verteert en de darmen van de auteur door camera’s worden doorploegd. Ons lichaam, dat weet wat.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.