Katholieker dan de paus?
KVHV-uitval tegen bisschop Johan Bonny vertoont fundamentalistische trekjes
De Antwerpse bisschop Johan Bonny pleitte voor een kerkelijke erkenning van holebirelaties. Hij kreeg prompt reactie van het KVHV.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnement‘We moeten binnen de kerk zoeken naar een formele erkenning van de relationaliteit die ook bij veel holebikoppels aanwezig is. Zoals er ook in de samenleving een diversiteit aan legale kaders bestaat voor partners, moet er in de kerk een diversiteit aan erkenningsvormen komen’, aldus Bonny, die in Rome bekend staat als een progressieve prelaat en naar verluidt goed kan opschieten met de eveneens hervormingsgezinde paus Franciscus.
Voor niet-gelovigen is dit een wat abstract ver-van-ons-bed onderwerp, een louter binnenkerkelijke aangelegenheid. Hoeveel homo’s en lesbiennes zouden vandaag eigenlijk wakker liggen van de vraag of ze volgens de katholieke leer seks mogen hebben? Zelfs binnen die geloofsgemeenschap was er opmerkelijk weinig commotie rond de uitspraak van Bonny,- het leek bijna een consensusverklaring. Maar dat was zonder het Katholiek Vlaams HoogstudentenVerbond gerekend. Volgens deze studentenvereniging overschreed de bisschop daarmee een grens. Ze presenteren hun bezwaar als een syllogisme.
Bij wijze van premis stellen ze dat ‘elke mens geroepen is door God om lid te worden van de Katholieke Kerk’. Dat is een straffe uitspraak die vele christelijke theologen zelfs niet meer in de mond durven nemen. Alsof God per definitie naar wierook ruikt en met wijwater kwispelt. Maar de toon is gezet.
Vervolgens luidt het dat diezelfde God (in wiens naam zonder problemen verder wordt gesproken) seksualiteit uitsluitend ziet als middel tot voortplanting, en wel binnen het hetero-huwelijk. Geringd mannetje erop, vrouwtje moet maar de ogen dichtdoen en aan Vlaanderen denken, op hoop van kinderzegen.
Bij wijze van orgelpunt gaan de gelegenheidstheologen tenslotte voluit door elke seksuele handeling buiten dat huwelijk als ‘zondig’ te betitelen. Ook daarin overtreffen ze de gemiddelde fatsoensnorm anno 2014, en klinkt een en ander als een imam-uitspraak. Niet zonder ondertoon van hypocrisie echter. Ik zou ze de kost niet willen geven, al die katholieke hoogstudenten die na een hitsige cantusnacht wakker worden naast een hoogstudentin, zonder de zegen van de Heilige Kerk.
Vader en zoon
De KVHV-uitval tegen bisschop Bonny gaat dus wellicht niet over Gods visie op de menselijke seksualiteit, maar moet als een politieke uitspraak gelezen worden, waarbij men niet naast de figuur van de Antwerpse praeses kan kijken, in casu Wouter Jambon, zoon van.
Het is uiteraard niet de bedoeling om het traject van vaders en zonen op één hoopje te gooien. Maar hier zitten we toch wel in een specifieke context van een politiek familiebedrijf en het klaarstomen van een erfgenaam die gegarandeerd carrière zal maken binnen de Nieuw-Vlaamse Alliantie. Praeses Wouter verkondigt standpunten die perfect sporen met die van vader Jan, zie zijn recent pleidooi voor de verhoging van het universitaire inschrijvingsgeld en het nut van ‘een zekere elitevorming’.
De verwevenheid van het KVHV met de N-VA is een historisch gegeven (zowat heel de huidige partijtop, van Theo Francken, over Steven Vandeput, Jan Jambon, Bart De Wever, tot Liesbeth Homans, was lid), maar wordt dus ook weerspiegeld in het huidige bestuur. De vervanger van Wouter Jambon, Michaël Hoffman, is N-VA bestuurslid van Brasschaat waar vader Jambon ook nog burgemeester is. Teveel om toeval te zijn: het KVHV is de kweekvijver van de nieuwe partij-elite. In feite is deze studentenorganisatie een essentiële leverancier voor de volgende generatie van N-VA- gezinde politici, kaderleden, topfuncties in de overheid, tot en met de onderwijs- en cultuursector. Daarmee stelt de partij haar macht op de verschillende bestuursniveaus maar ook in het maatschappelijke middenveld op langere termijn veilig.
Jan Jambon, N-VA-coryfee en ondertussen Belgisch minister van binnenlandse zaken, staat bekend als dé bezieler van het economisch-rechtse verhaal dat zijn partij nu op Vlaams en federaal niveau doorduwt. Via dit proces evolueerde de republikeinse partij tot een neoliberale hardliner die de Open-VLD ei-zo-na van de kaart speelt, en die tegelijk steeds meer inzet op het behoud van de Belgische constructie, uiteraard gesaneerd op maat van het bedrijfsleven en de gekende VOKA-recepten.
Dat leidt tot spanningen aan de basis maar voorlopig niet tot schisma’s: een strenge partijdiscipline, de belofte op een latere staatshervorming, en het mandateren van een paar excuusflaminganten zoals Peter de Roover, houdt de rangen gesloten.
Terug naar de grondstroom
Blijft dan de vraag waarom het KVHV katholieker dan de paus wilde zijn en zo nodig een progressieve bisschop moest afbranden. Het antwoord is simpel: een partij die 33% haalt blijft niet overeind met een verhaal van besparingen alleen.
De economisch-rechtse lijn is via Jambon en C° de dominante partijlijn geworden, zie hoger. Voor een echte machtspartij echter is die neoliberale doctrine een te smalle basis. Ze trekt libertairen aan die voor dissidente stoorzender spelen. Ze creëert onrust door de besparingspolitiek en de sociale afbraak. En, in het geval van de N-VA is er dan nog de flamingante achterban die ongeduldig wordt.
Net om die reden is een uitwijk naar ethisch-rechtse vluchtheuvels onvermijdelijk: een discours van waarden en tradities moet de partij herenigen met de zogenaamde ‘Vlaamse grondstroom’, een volstrekt mythisch concept dat door de media klakkeloos wordt overgenomen en dat de N-VA telkens weer a priori legitimeert als brede volkspartij. Het gaat dan niet meer over centen en procenten, maar over veel minder materiële kwesties als verbondenheid, traditie, trouw, respect, met God als ultieme joker.
Het Bonny-incidentje was dus maar een proefballon voor de partij om via een door haar gecontroleerde studentenclub te zien hoever ze hier kon gaan en op hoeveel tegenstand ze stuit. Haast nihil dus, behalve een oprisping van de Antwerpse jongsocialisten die tactisch dan nog net deden wat ze vooral niet moesten doen: verongelijkt linkserig neuzelen en een klacht indienen bij het Gelijkekansencentrum, in plaats van echt in debat te gaan.
Signaal op groen dus. De verwachting is dat de partij van De Wever zal doorgaan met die morele scherpslijperij en het stigmatiseren van progressieve figuren, om de aandacht van de besparingspolitiek af te leiden. Het katholieke fundamentalisme, als spiegelbeeld van het moslimfundamentalisme, zou dan wel eens veel aanhang kunnen krijgen. Fabiola juicht in de hemel en stuurt fijne charismatische wolkjes naar Vlaanderen. Niet dat alle Vlamingen er ineens een knoop in gaan leggen en ‘zondige’ seks gaan mijden, maar het creëert vastigheid in woelige tijden en het schept een traditionalistisch, oer-Vlaams fatsoenskader dat de kudde samenhoudt.
Het via de KVHV-fatwa gepromote klimaat van homofobie, -want dat is het in feite-, staat haaks op elk Verlichtingsdenken en vertoont fundamentalistische trekjes. Ze crëert nuttige vijandbeelden, moeit zich met het privé-leven van mensen en demoniseert marginaliteit: allemaal hoogst bedenkelijke processen die helemaal niet goed zijn voor de democratie.
Het verdriet van Vlaanderen
Eerlijk gezegd, als ik die Wouter Jambon goed bekijk, eigenlijk nog een broekje, denk ik niet dat er veel kwade, misschien zelfs überhaupt geen gedachten in huizen. Zijn studentennaam is Murk en volgens zijn KVHV-curriculum houdt hij zich vooral bezig met ‘drinken en anderen leren drinken’. Praeses-ad-interim Michaël Hoffmann is gebuisd in Leuven wegens te diep in het glas gekeken, zo leren we, en verkaste naar Antwerpen waar hij een grote aanwinst bleek: ‘Niet niet al te groot maar wel een drinker van formaat’, aldus de KVHV-webstek. Een vrij eentonig verhaal van deze jonge elite. Misschien was die goddelijke buiksprekerij toch gewoon een grap, in de vroege uurtjes neergeschreven op een bierviltje.
Maar de timing blijft merkwaardig: vermoedelijk zijn de N-VA-strategen inderdaad op zoek naar een nieuw verhaal, nu de staatshervorming in de koelkast belandde en de nadelen van het neoliberale beleid zich doen gevoelen, ook bij de middenklasse. Een ethisch réveil zou dan uitkomst kunnen bieden: arm maar vroom zullen wij zijn, verenigd in het rijke Roomse leven.
Afgezien van het studentikoze aspect is de KVHV-oprisping toch wat benauwelijk. Want deze verkwezeling voert ons terug naar de akelige jaren ’50 en de vroege sixties van vorige eeuw. Een periode die we kennen vanuit zwart-wit beelden, de boeken van Hugo Claus en de monsterscores van de CVP. Het pre-’68-tijdvak waarin de economische opgang van Vlaanderen niet gepaard ging met een intellectuele bevrijding, maar integendeel onder de stolp werd geplaatst van kleinburgerlijke kneuterigheid en traditionalisme.
Eens deze ethische bocht naar rechts gemaakt, komt dan de finale aap uit de mouw: een heropleving van het autoritaire gedachtegoed en de hang naar een sterke leidersfiguur die de ‘grondstroom’, de polsslag van het Volksempfinden, heel goed aanvoelt. In zo’n scenario kunnen we dan afglijden naar een regime à la Poetin in Rusland en Erdogan in Turkije. Rechtse populisten die, allicht niet toevallig, zich ethisch zeer conservatief opstellen én over een stevig politie-apparaat beschikken om opposanten willekeurig te arresteren. Ze zijn autoritair, mediageniek, beroepen zich op traditie en soms zelfs op religieuze waarheden, zie de manier hoe Erdogan de moslimfundamentalisten opvrijt en Poetin de Orthodoxe Kerk recupereert.
Het is een doemscenario en hopelijk blijft het bij een scenario. Toch is de reactie tegen de conservatieve grondstroom, als mythe en self-fulfilling prophecy, ondermaats. De intellectuele verkneutering van Vlaanderen, waarin een religieuze politie zich zowaar gaat bemoeien met onze bedgewoontes, vraagt om een krachtig, zelfbewust en vooral niet-krampachtig tegengebaar. Liefst vanuit de Vlaamse beweging zelf.
Foto (c) Reporters
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Ook na een afgekocht proces over omkoperij en valsheid in geschrifte, is er kans op een schepenambt in Vlaanderens grootste stad.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.