Lluis Gili Pascual: ‘De zogenaamde polarisering binnen de samenleving wordt bewust opgeklopt’
Lluis Gili Pascual ziet de toegenomen polarisering
foto © Doorbraak
De polarisering in Catalonië is wel toegenomen, erkent gewezen restauranthouder Lluis Gili Pascual, maar dat heeft ook te maken door de framing door Madrid.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementQuo vadis Catalonië? Net geen twee jaar geleden haalde de Spaanse autonome regio de wereldpers met een onafhankelijkheidsreferendum en in West-Europa ongezien politiegeweld. Hoe diep blijven de wonden die toen geslagen zijn? Hoe groot is de economische en sociale impact van wat toen gebeurde? En hoe zien de Catalanen nu zelf hun toekomst? Doorbraak trok naar Catalonië, en peilde er de stemming. Vandaag de derde aflevering in onze vijfdelige reeks.
CATALONIË — Hij krijgt er tijdens het interview spontaan de tranen van in de ogen: de dag dat de gewezen Catalaanse regeringsleider Artur Mas het omstreden referendum over de onafhankelijkheid aankondigde, was voor Lluis Gili Pascual (75) het mooiste moment uit zijn rijk gevulde leven. ‘Mochten we dit referendum nu overdoen, dan zouden nog veel meer Catalanen pro stemmen.’
Pascual ontvangt ons op het koele dakterras van zijn geboortehuis, in het centrum van Sant MartíSarocca, een klein dorpje op zowat 50 kilometer van Barcelona. De zeventiger werd hier geboren, vervulde jarenlang een kaderfunctie in de verzekeringssector in Barcelona, maar keerde vervolgens terug naar zijn geboortedorp. Hij opende er een restaurant dat tegelijk ook als dorpscinema fungeerde, en liet de zaak pas anderhalf jaar geleden over aan een jong stel. ‘Mijn ouders hadden hier ook al jarenlang een kruidenierszaak uitgebaat, dit pand is altijd al een beetje het ontmoetingscentrum van het dorp geweest,’ klinkt het. ‘Ikzelf heb hier ook acht jaar in de gemeentepolitiek gezeten – altijd in de oppositie overigens – maar een politiek beest ben ik nooit geweest. En eigenlijk gold dit tot voor kort ook min of meer voor de meeste vrienden en kennissen: we ergerden ons wel aan de wijze waarop Madrid Catalonië behandelde, maar intussen ging het leven zijn dagelijkse gangetje. Dat is voor mezelf en voor heel veel mensen die ik ken radicaal veranderd in 2010, toen het Spaanse hooggerechtshof drastisch de schaar zette in het nieuwe statuut voor Catalonië. Voor heel wat Catalanen was de maat toen echt helemaal vol. Al die mensen die ons nu extremisten en scherpslijpers noemen, hebben doorgaans amper zicht op het verleden. Ik heb mijn volledige schoolcarrière in het Spaans moeten afwerken, hoewel dat niet mijn moedertaal was. Elke ochtend moesten we het Spaanse volkslied zingen, en ik herinner me nog goed hoe ’s avonds twee agenten van de Guardia Civil hun opwachting maakten in het lokale dorpscafé. Ze bleven daar een tijdlang zitten, dronken iets en vertrokken vervolgens weer zonder te betalen. Niemand durfde daar iets op te zeggen, beide heerschappen zaten daar gewoon om te controleren of er geen Catalaans gesproken werd. Pas in de jaren 60 werd het Catalaans geleidelijk ook geduld als onderwijstaal naast het Spaans. Maar laat ons wel wezen: ook na de democratische transitie heb ik hier nooit weet gehad van taalproblemen. Het Catalaans en het Spaans werden en worden nog altijd door elkaar gesproken. Vandaag zijn het vooral de unionistische partijen zoals Ciudadanos die de perceptie aanwakkeren alsof inwoners van Catalonië die geen Catalaans spreken hier gediscrimineerd zouden worden. Dit is echt klinkklare onzin, maar hun politiek geïnspireerde framing voedt wel de polarisatie.’
Angst
Op de vraag of het referendum van 2017 in zijn ogen dan wel een goede zaak was, blijft het even stil. ‘Ik herinner me vooral het moment waarop Artur Mas in 2013 aankondigde dat de Catalaanse regering een volksraadpleging over de onafhankelijkheid zou organiseren. Die beslissing was een rechtstreeks gevolg van de afwijzing van belangrijke onderdelen in het nieuwe statuut door het Spaanse hooggerechtshof, waarna de relaties tussen Madrid en Barcelona in ijltempo verzuurden. Ik kan dit rationeel heel moeilijk omschrijven of verklaren, maar voor mij en heel veel Catalanen was dit een ongelooflijk moment (wordt even emotioneel — FMI). Decennialang hadden we te lijden gehad onder al die kleine Spaanse pesterijen, en voor mij was dit het moment waarop we eindelijk durfden te besluiten om die pagina om te slaan en een nieuwe start te nemen. En toen kwam die bewuste 1 oktober 2017, de dag waarop we ons eindelijk vrij konden uitspreken over onze toekomst. Nooit zal ik vergeten wat er die dag gebeurde.’
Referendum
Zowel over de wettelijkheid als over de representativiteit van dat referendum zijn intussen al vele liters inkt gevloeid. Ruim 90 procent van de stemmers koos die bewuste dag voor onafhankelijkheid, maar niet meer dan 42 procent van de Catalaanse bevolking ging ook daadwerkelijk stemmen. Volstaat dit draagvlak dan wel om zo’n drastische beslissing door te duwen? (Resoluut) ‘De intimidatie en repressie, zowel in de aanloop naar het referendum als op de dag zelf, waren ongezien. Iedereen hier kent tal van mensen die uit angst niet zijn gaan stemmen. Laat me die redenering dan overigens even doortrekken: gaan we dan ook de uitslag van gemeenteraads- of parlementsverkiezingen aanvechten telkens er maar 50 of 60 procent van de kiezers komen opdagen zijn? Dit is nu eenmaal hoe een democratie werkt. En ik ben er rotsvast van overtuigd dat, mochten we het referendum vandaag overdoen, nog veel meer Catalanen voor de onafhankelijkheid zouden kiezen. Is het trouwens niet ongehoord dat wij Catalanen vandaag het verwijt krijgen dat we hierdoor geen rekening zouden houden met de niet-Catalanen die hier wonen? Zeg me eens: wie heeft met ons Catalanen rekening gehouden toen ons decennialang verboden werd om in onze moedertaal school te lopen? Of wie houdt met ons rekening als we zelf niet mogen bepalen waaraan we onze eigen belastinginkomsten besteden? Als wij hier vandaag nog altijd een probleem hebben met Spanje, dan verdient dit enige nuancering: we hebben een probleem met die mensen die in Madrid eigenlijk al sinds de democratisering de lakens uitdelen. Dat is een relatief beperkte maar zeer invloedrijke groep, die qua ideeën en aanpak nog altijd heel nauw verwant is met de machtshebbers uit het Francotijdperk. Veel buitenstaanders miskijken zich op Spanje anno 2019: dit land is nog altijd geen echte democratie. Mocht de mentaliteit van de belangrijkste politici die in Madrid aan de touwtjes trekken grondig veranderen, dan zouden we misschien wel tot een deal kunnen komen, maar daar is vooralsnog geen sprake van. Dit geldt voor het grootste deel van de Partido Popular (de rechts-conservatieve partij — FMI), maar net zo goed voor de socialistische PSOE.’
Polarisering
Lluis ontkent het niet: sinds het referendum is de polarisering binnen de Catalaanse samenleving wel degelijk toegenomen. Maar hij nuanceert ook: tegenstanders van de onafhankelijkheid zetten die polarisatie graag extra in de verf, omdat het hen nu eenmaal ook goed uitkomt als ze de voorstanders kunnen wegzetten als onverdraagzame extremisten. ‘Ik weet perfect wie hier in het dorp pro of contra is. Net zoals ik pakweg tien jaar geleden ook min of meer kon inschatten wie nu eerder links of rechts stemde, zo gaat dat nu eenmaal in een dorp. Een van mijn beste vrienden is totaal tegen de onafhankelijkheid gekant, maar ook na 1 oktober 2017 zijn we gewoon met elkaar blijven praten en we gaan nog altijd samen een glas drinken. Misschien lopen er hier en daar wel enkele fanatici rond, maar die vind je altijd en overal, in beide kampen overigens.’
Hij is het ook niet eens met de perceptie alsof het deels ook een strijd tussen enerzijds grootstad Barcelona en anderzijds het platteland zou zijn. ‘Ik denk dat de opvoeding en familiale achtergrond een veel grotere rol spelen. Wat me daarnaast ook heel erg opvalt, is dat het vooral de wat meer welgestelde ondernemers en bedrijfsleiders zijn die doorgaans tegen zijn. Wat ook niet onlogisch is: zij hebben het meest te verliezen, en verkiezen dus een stabiele status-quo boven een wat onzekere nieuwe toekomst. Ik vind dat onzin: Catalonië is op economisch vlak altijd al een van de beste leerlingen van de Spaanse klas geweest, maar de huidige Spaanse staatsstructuur en de wijze waarop Madrid ons systematisch de wind uit de zeilen tracht te nemen, werkt hoe dan ook remmend. We zouden veel beter af zijn mochten we onze eigen keuzes kunnen maken, meer zelfs: ik denk dat de rest van Spanje daar op termijn ook beter zou bij varen. Maar goed, ik ben ook realistisch: de volledige onafhankelijkheid is op korte termijn wellicht onhaalbaar, ook al door het verzet vanuit Europa, en dus zullen we waarschijnlijk via het tussenstadium van de fiscale autonomie moeten gaan. In Baskenland werkt dat uitstekend, en mogelijk biedt die tussenoplossing een uitweg uit de huidige politieke impasse.’
Dit is het derde interview in een reeks over de Catalaanse crisis.
Tags |
---|
Filip Michiels is zelfstandig journalist/auteur en schrijft voor diverse Belgische kranten, weekbladen en websites. Hij won tweemaal de Citi Persprijs voor economische journalistiek en was eenmaal genomineerd voor de Belfius Persprijs. In 2022 publiceerde hij de biografie van Bessel Kok: "Chaos & Charisma".
Het onderwijsbeleid in ons land moet radicaal anders. Dat blijkt uit een hoogst uitzonderlijke bevraging bij ruim 230 mensen uit het veld.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.