JavaScript is required for this website to work.
Analyse

Ongeziene Europese Orbán-boycot roept vragen op

NieuwsFilip Michiels18/7/2024Leestijd 3 minuten
De Hongaarse premier Viktor Orbán.

De Hongaarse premier Viktor Orbán.

foto © Belga Image

De EU neemt maatregelen om het Hongaarse EU-voorzitterschap te boycotten. Dat lijkt vanuit democratisch oogpunt behoorlijk problematisch.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De EU lijkt aardig op weg om haar imago van weinig democratische moloch bij een flink deel van de Europese publieke opinie nog wat meer kracht bij te zetten. De Hongaarse premier Viktor Orbán – zelf geen koorknaap maar vooral ook een koele minnaar van het huidige Europese buitenlandbeleid – wordt almaar systematischer als een stout jongetje in de hoek gezet.

Eerder deze week had Orbán, in een brief aan de voorzitter van de Europese Raad Charles Michel, zijn gesprekken van de voorbije twee weken met Trump, Poetin, de Chinese president Xi Jinping en de Oekraïense president Volodomyr Zelensky als een ‘vredesmissie’ omschreven. Enige scepsis daarover is absoluut op zijn plaats. Orbán vaart al veel langer een twijfelachtige koers als het op de oorlog in Oekraïne aankomt, en bij zijn goede relatie met een despoot en oorlogsmisdadiger zoals Poetin mogen zeker de nodige vragen worden gesteld.

Naar de letter van de EU-verdragen heeft Orbán, ook als tijdelijk voorzitter van de EU, niet de bevoegdheid om op eigen houtje een dergelijke vredesmissie te ondernemen in naam van de EU. Dat daarover enige onvrede ontstaat, is dus niet geheel onbegrijpelijk. Tegelijk heeft het er alle schijn van dat de EU nu wel héél enthousiast op zoek is naar een stok om de hond te slaan. De Hongaarse premier toont zich al jarenlang een stevige luis in de pels van het EU-establishment, en elke misstap van Orbán lijkt vandaag dan ook goed om het Hongaarse voorzitterschap van de Europese Raad te boycotten.

Buiten proportie

De reactie van de Europese Commissie om de informele vergaderingen van vakministers tijdens het Hongaarse voorzitterschap niet bij te laten wonen door de bevoegde commissarissen maar door ambtenaren is niet alleen buiten proportie, ze is ook ongezien. Eerder had het Europees Parlement ook al beslist om de Hongaarse premier geen spreektijd te geven tijdens de openingszitting van het nieuwe parlement deze week in Straatsburg. Dit is nochtans traditie, maar ‘een overvolle agenda’ wierp nu blijkbaar roet in het eten.

Op de koop toe raakte nu ook bekend dat de Europese ministers van Buitenlandse Zaken van plan zouden zijn om de top die het EU-voorzitterschap traditioneel organiseert te boycotten. Ze zouden in augustus niet naar Boedapest afreizen maar in plaats daarvan een eigen top organiseren. Alsof dit alles nog niet volstond, achtte Charles Michel – die als voorzitter van de Europese Raad de voorbije jaren zelf nochtans vooral op de lachspieren werkte – het nodig om ook nog eens een ‘boze brief’ aan Orbán te schrijven.

Selectieve verontwaardiging

Het is maar de vraag of de Commissie, de Raad en het Parlement vooral zichzelf niet in de voet schieten met de boycot van het Hongaarse EU-voorzitterschap. Enige bezorgdheid over de toestand van de rechtsstaat in Hongarije is niet overbodig (lees daarover ook de reportage vanuit Hongarije in het nieuwe Doorbraak Magazine), maar tot nader order is Orbán wel democratisch aan de macht gekomen en is hij dus ook een legitieme voorzitter van de Europese Raad. In het Europees Parlement maakt zijn partij bovendien ook deel uit van de derde grootste fractie, na de christendemocraten en socialisten.

Daarnaast lijkt er ook sprake van enige selectieve verontwaardiging. Herinnert u zich nog sofagate, in het voorjaar van 2021? Charles Michel bracht toen – samen met Europees Commissievoorzitter Von der Leyen – een officieel bezoek aan de Turkse president Erdogan. Michel maakte daarbij zichzelf en de hele EU te schande toen hij er blijkbaar geen graten in zag dat er voor Von der Leyen géén stoel voorzien was. Om vervolgens zonder enige gêne zelf plaats te nemen op de enige voorziene stoel. Waarbij hij, als voorzitter van de Europese Raad, bewust meestapte in de framing van Erdogan dat er voor vrouwen op het diplomatieke toneel maar een tweederangsrol is weggelegd. De verontwaardiging was haast even groot als de reputatieschade voor de EU, maar toch kon Michel nog drie jaar ongehinderd zijn gang blijven gaan als ‘Europees president’.

Behoeder van de democratie

Intussen zetten de linkse en centrumfracties in het Europees Parlement ook alle zeilen bij om de politieke bewegingsruimte en invloed van de Europese Patriotten – de radicaal-rechtse fractie die Orbán enkele weken geleden uit de grond stampte – tot het absolute minimum te beperken. Deze fractie telt nochtans 84 leden en is daarmee de derde grootste fractie in het het Europees Parlement. De EVP, de socialistische, de groene en de liberale fractie gooiden het nu op een akkoord om de Europese Patriotten geen enkele van de 14 ondervoorzitters van het Europees Parlement te gunnen. Terwijl zij daar, gezien de omvang van hun fractie, uiteraard wel recht op hebben.

Het gaat bovendien ook niet zomaar om een symbolische functie. Samen met parlementsvoorzitter Metsola en de quaestoren vormen die vicevoorzitters het Bureau van het EP. Dat regelt onder meer de interne organisatie en houdt toezicht op de financiën. De ondervoorzitters krijgen ook taken gedelegeerd door de voorzitter en kunnen die ook vervangen. De huidige EU-aanpak lijkt nogal hypocriet voor een instelling die zich overal ter wereld graag opwerpt als een behoeder van de democratie. Tijdens het Hongaarse voorzitterschap en al zeker na de recente Europese verkiezingen is het blijkbaar een stuk lastiger geworden om een aantal democratische spelregels ook in eigen huis consequent toe te passen.

Filip Michiels is zelfstandig journalist/auteur en schrijft voor diverse Belgische kranten, weekbladen en websites. Hij won tweemaal de Citi Persprijs voor economische journalistiek en was eenmaal genomineerd voor de Belfius Persprijs. In 2022 publiceerde hij de biografie van Bessel Kok: "Chaos & Charisma".

Commentaren en reacties