JavaScript is required for this website to work.
post

Ooit bejubeld als de ‘nieuwe Hadewijch’

Een ‘Geheimtipp’:  het lyrische werk van Reninca, die op 13 september honderd kaarsjes mag uitblazen.

Dirk Rochtus13/9/2023Leestijd 2 minuten
Reninca, gezien door Luc De Decker

Reninca, gezien door Luc De Decker

foto ©

De dichteres Reninca viert op 13 september haar 100ste verjaardag. Ze is niet meer bekend, maar heeft de poëzieliefhebber nog altijd veel te bieden.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een ‘Geheimtipp’ zou je zoiets kunnen noemen: het lyrische werk van Reninca die vandaag, 13 september, honderd kaarsjes mag uitblazen.

Renée Lauwers zag een eeuw geleden het levenslicht in Puurs. Ze debuteerde in 1945 met de bundel ‘Wassend getij’ onder het pseudoniem Reninca (wat staat voor ‘renata in caritate’, ‘herboren in liefde’).

Vals beschuldigd

Dat was kort na een traumatische ervaring die haar voor de rest van haar leven moet hebben getekend. Haar vader, Pieter Lauwers, was een onderwijzer die valselijk van collaboratie was beschuldigd. Zijn huis werd in de dagen van de Bevrijding door een opgehitste mening bestormd en geplunderd. De leden van het gezin Lauwers werden van elkaar gescheiden en maandenlang geïnterneerd. Pas in 1948 werd Pieter Lauwers in ere hersteld.

Reninca huwde een professor van de universiteit van Rijsel (Lille). Ze woont teruggetrokken en ver van het maatschappelijke gewoel. Ze heeft blijkbaar het volgende aforisme uit ‘Zaad  in den wind’ (1945) verinnerlijkt: ‘Hoe meer je weet, hoe meer je zwijgt.’ Tot 1960 volgden nog een zevental bundels en pas in 1993 verscheen nog de bibliofiele uitgave ‘Openbaar geheim’.

Vernieuwde katholieke poëzie

Reninca werd na het verschijnen van haar eerste bundels de hemel in geprezen als een ‘moderne Hadewijch’ (red. – naar de beroemde Brabantse dichteres-mystica uit de 13de eeuw). Bijvoorbeeld door Urbain Van de Voorde, gewezen literair criticus van De Standaard. Hij noemde haar de ‘verkondigster van Nieuwe Middeleeuwen’ omwille van haar bijdrage tot de ‘vernieuwde katholieke poëzie in Vlaanderen’ (1). Haar thema’s waren schoonheid en kunst, God, de natuur, de liefde, de mensheid. De bekende Nederlandse dichter Anton van Duinkerken waardeerde de boodschap die ze dichterlijk vertolkte: ‘De gemoedsuitstortingen van Reninca zijn zuiver katholieke belijdenissen van het vurige verlangen om waarlijk overeenkomstig het Evangelie te leven.’ (2)

Reninca is in feite de dichteres van een Vlaanderen dat in de gapende mond van de Vooruitgang is verdwenen. Haar gedichten zijn inhoudelijk als het ware ‘unzeitgemäß’ (‘oneigentijds’) om die gekende term van Friedrich Nietzsche te bezigen. Critici loofden haar metaforen en haar rijke beeldentaal, andere verweten haar hoogdravendheid.

Dicteren via de telefoon

Wie zich nog altijd om haar werk bekommert, is de priester Dirk Van der Linden. Hij staat in contact met Reninca en sprokkelt haar teksten die ze via de telefoon dicteert. In 2021 verscheen in zijn woonplaats Oordegem/Lede in eigen beheer de heruitgave van ‘Brandend heden’ (oorspronkelijk uit 1947). De kans dat haar 100ste verjaardag in de Vlaamse pers wordt opgepikt, is zo goed als nihil. Toch willen we hier in Doorbraak heel eventjes de schijnwerpers richten, niet op haar persoon – ze zou het niet willen! -, maar op haar oeuvre dat tot het culturele erfgoed van Vlaanderen behoort. Als voorproefje volgt hier dan ook een fragment uit de bundel ‘Een lied der mensheid’ (Tielt 1949, Lannoo):

‘O Testament van duizenden geslachten,

Ontstoflijkt lichaam, erfgrond van den geest,

Nog adelt u het ploegspoor der gedachten

En viert den godheid haar hoogheilig feest.’

 

(1)(2) Geciteerd naar Paul Servaes in ‘Mededelingen van de Vereniging voor Heemkunde in Klein-Brabant’, Nr. 33, augustus 2022, p. 74

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties