JavaScript is required for this website to work.
post

Op zoek naar het groot verhaal

Niemand let ondertussen op het kappersmes van Francesco Vanderjeugd

ColumnJohan Sanctorum5/8/2019Leestijd 4 minuten

foto © Reporters

Veel interessanter dan het partijdiscours (geeuw) is de Shakespeariaanse dimensie van intrige, interne afrekening en ‘verraad’

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het zit er bovenarms op bij de Vlaamse socialisten. Nu heeft jachtbezitter Bruno Tobback partijgeschiedenis geschreven in De Morgen, met quotes als ‘De sp.a heeft van zichzelf een klucht gemaakt’. Klik niet op de link, Tobbacks groot inzicht zit achter een betaalmuur, maar het feit dat dit nu allemaal naar boven komt, betekent puur genieten voor de cynici onder ons. Bovendien vraagt het woord klucht om een verdere reflectie. Politiek is inderdaad theater, maar meestal slecht theater. Hoe partijen zich naar buiten uit profileren is van een onvergetelijke saaiheid en voorspelbaarheid, mede dankzij de spindoctors en communicatiespecialisten. De partijdiscipline verhindert zoveel mogelijk perslekken, dissidentie, vuile was die naar buiten komt.

De opvolger zonder vacature

Hitler en Stauffenberg (uiterst links) in de Wolfsschanze, 1944, enkele dagen voor de aanslag

Des te meer leveren opstootjes en geruzie binnen de gelederen een boeiend verhaal op, dan valt er echt wat te beleven. Meestal breekt zo’n puistzweer open bij problemen, een nederlaag, een malaise, want een winnende formatie is altijd solidair. Ook bij de andere verliezers, de Vlaamse liberalen en de tsjeven, wordt er gemord. Francesco Vanderjeugd, de kapper van Staden (spreek uit Stoan) die het tot burgemeester bracht, is de aanvoerder van een paleisrevolutie binnen de Open-Vld. Kop van Jut: de politiek-correcte überseut Gwendolyn Rutten. Hou die Francesco in ’t oog. Deze Figaro heeft zijn kandidatuur van partijvoorzitter gesteld nog voor er een vacature was, in gewoon Nederlands heet dat een staatsgreep. Hij wil daarbij ‘de politiek dichter bij de mensen brengen’ en het liberalisme weer naar de essentie voeren, wat dat ook moge zijn.

Maar achter de clichés en het jeunisme van de rebel schuilt een diep onbehagen over de toekomst van de partij, en, jawel, eigenlijk van alle partijen. Sterker nog: mettertijd is er een ideologisch vacuüm ontstaan dat door geen enkele herbronningsactie nog in te vullen valt. Herbronning, dat is dan weer het codewoord bij de CD&V, waar de jongeren zich roeren tegen de partij zonder verhaal. Maar kent u nog een partij mét een verhaal? In Vlaanderen hebben alleen het Vlaams Belang en de PVDA nog een verhaal, daarom ook zijn ze streng uitgesloten van machtsdeelname.

Dit gaat met andere woorden over de malaise van de particratie en, meer nog, over de obsolescentie (zoek dat mooie woord even op) van de politieke doctrines, die fameuze grote verhalen dus. Bestaan ze? Natuurlijk niet. Crisissen bewijzen het: daar tellen alleen de persoonlijke ambities nog, de hormonen, de reine wil tot macht, de dolksteek-in-de-rug, ook al is die vermomd als altruïstische reddingsactie.

We zijn nu goed twee maanden na de verkiezingen, de nacht van de lange messen breekt aan, het derde bedrijf van de verradersintrige. Iemand moet de partij en meteen de natie redden, maar de zittende tiran heeft overal zijn/haar voelhorens. Wie wordt het, Hitler of Stauffenberg? Laatstgenoemde verzetsheld was, in tegenstelling tot Francesco Vanderjeugd, van hoge Duitse adel en al een zwaar gedecoreerde ijzervreter alvorens hij op het idee kwam om een aktentas met springtuig onder de tafel van de Führer te verstoppen. Helaas, Hitler raakte slechts licht gewond en ging over tot een weergaloze zuivering van het militair apparaat. Graf von Stauffenberg had een hekel aan het nazisme, waarvan hij wel de nationalistische ideeën kon pruimen, maar niet het fascisme pur sang met alles erop en eraan, tot en met Auschwitz. Hij was met andere woorden voor een ‘proper’ nazisme, maar bestaat dat? Natuurlijk niet. Toen al had de particratie, in haar overtreffende vorm van éénpartijstaat, een deukje gekregen.

De mol

Beaumarchais: Le barbier de Séville (1775)

Soit, als politiek dan toch een theater is , dan wil ik wel waar voor mijn geld. En die krijgen we ook, dankzij de verraders met een aparte agenda. Het vervelende van dissidenten is bovendien dat ze meestal de waarheid spreken, die als een taboe over de hofhouding hangt. Vanaf dan wordt de lucht gitzwart. De slapeloze nachten van Gwendolyn Rutten, Wouter Beke en John Crombez zijn het gevolg van hun overbodigheid, de verwisselbaarheid van de macht eigen aan de democratie, maar ook van veel persoonlijke ambitie bij hun tegenstrevers die bloed ruiken.

Francesco is tegelijk een goede dames- en herenkapper, een menselijke liberaal én een ambitieuze politicus, vooral dat laatste. Maar wie een kappersmes bedient kan heel snel uitglijden en onverhoeds vitale onderdelen raken, daarom is Beaumarchais’ Le barbier de Séville een uitermate subversief stuk. Pierre-Augustin Caron de Beaumarchais was tussen haakjes ook de uitgever van ene Voltaire. De vadermoord, in Francesco’s geval zelfs een moedermoord, plaatst alle ego’s terug waar ze thuishoren: in de eerste lijn. Neen, dit wordt nog genieten, vergeet het Wetstraatgekakel: de echte grote verhalen spelen zich af binnen de cenakels, de hofhoudingen, de hoofdkwartieren. Het koningsdrama, waar het komische nooit ver weg is, beleeft zijn proloog in een onooglijk West-Vlaams gat, met een burgemeester van tienduizend zielen, die naar de hoofdstad optrekt en onderweg zijn ezel inruilt, eerst voor een paardenkar, nadien voor een vergulde koets.

Dat zijn nog allemaal herkenbare ridderverhalen rond revolutie, tirannenmoord en machtsoverdracht. Maar er lopen ook spionnen rond, zelfs dubbelspionnen, waardoor partijen elkaar wederzijds infiltreren, wat de politieke thriller aanzienlijk meer suspens geeft en de intrige onder de waterlijn duikt. Perslekken zijn dan aan de orde van de dag.

De overtreffende trap van het verraad is echter de vijandelijke overname zonder dat er één druppel bloed valt. Ik verklaar me nader. Om een hinderlijke vereniging te neutraliseren kunnen tegenstanders massaal het lidmaatschap aanvragen en zo de meerderheid gaan vormen, tot ze de ontbindingsprocedure inzetten. Zo’n dingen gebeuren. Dat is het fenomeen van de mol, die incognito binnenkomt en zich opwerkt tot voorzitter, in feite met de bedoeling om de vereniging of partij de wind uit de zeilen te nemen en net het tegendeel te doen van wat zou moeten gedaan worden.

We spreken hier over het welbekende Trojaanse paard, waarvan er vermoedelijk zelfs in ons politiek universum een aantal exemplaren rondlopen zonder dat iemand er erg in heeft. Het betekent dat John Crombez eventueel een VB-er zou kunnen zijn die stiekem binnen de socialistische rangen is geslopen om de partij kapot te maken. Of andermaal: de barbier uit Staden die door de N-VA is gecharterd om uiteindelijk het liberale schip te enteren. In de limiet zou elke Vlaamse partijvoorzitter de mol, gestuurd door een andere partij kunnen zijn, u begrijpt waartoe dit leidt. Absurde complottheorieën, maar zogenaamde vijfde colonnes hebben altijd bestaan. Het Vier-programma De Mol is maar een flauw afkooksel van echte, keiharde Trojaanse strategieën waar bijvoorbeeld de Chinezen heel bedreven in zijn op zakelijk vlak.

Zo worden de zogenaamde grote verhalen geschaduwd door de echte verhalen van verraad en verdringing, altijd opnieuw. Soms komen ze eeuwen later in de literatuur terecht, of helemaal nergens. Moeten we ze nu lezen als koningsdrama’s of als horrorkomedies? Dat hangt helemaal van uw mentaal systeem af, maar een dosis gevoel voor humor helpt om ze te verteren. De politieke satire kan misschien de Trojaanse Paarden niet ontmaskeren, maar toch de stijlfiguur benoemen, roddels in gang zetten en hypotheses formuleren: zoek de mol, gebruik uw fantasie, de realiteit zal altijd nóg straffer zijn.

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties