Pasen is een geseling waard
Komt Pasen, komen de sandalenfilms. Zo was het toch in Harry De Paepes jonge jaren
foto © Wikimedia
Pasen betekent chocolade eieren en een hoop sandalen, althans in de beleving van Harry De Paepe.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementMijn jongste dochter heeft voor komende zondag een bijzonder strak plan opgevat: ze gaat paaseieren vangen. Rapen is in haar ogen iets voor de zwakkelingen. Nee, zij gaat de paasklokken als bij hinderlaag verrassen en hun chocoladen worp met de gezwindheid van een Oost-Europese turnkampioene opvangen in haar zelf gefabriceerde paasmandje.
Kortstondig geloof
Ik herinner me hoe ik zelf vragend naar omhoog keek in de lucht. Onze woning was een rijhuisje in de stad en onze tuin was een eenvoudig koertje. Achter het huis lag een vergeten tak van een rivier. Door mijn slaapkamerraam kon ik de klokkentorens van de abdij zien, maar ook de afgestompte toren van wat we de Grote Kerk noemden. Elke zondag hielden die een beierwedstrijd die steevast met vlag en wimpel werd gewonnen door de paters. Vanop ons koertje tuurde ik naar de hemel en vroeg ik me af of de patersklokken over ons huis zouden vliegen. Ik hoorde ze op donderdagavond in de Goede Week altijd vertrekken, maar ik was net altijd te laat om ze te zien.
Toen het op een paaszondag bakken uit de lucht goot, was ik even in paniek. Vreemd genoeg hadden die grote lompe klokken de paaseieren met grote zorg op onze fietsen onder het afdak gelegd. De paashaas, zegt u? Hoe kon een haas nu over de muren van ons koertje springen? En waarom gooiden de klokken die eieren altijd met plastic zak en al — zoals je ze in de winkels zag liggen — op ons koertje? Mijn geloof in de paasklokken heeft, in tegenstelling tot mijn geloof in de goedheilige man, relatief kort geduurd. Dat lag misschien ook wel aan de beperkte moeite die de paasklokken deden om de eieren te verstoppen. Maar ik wil hier niet met verwijten gooien.
Sandalenritueel
Als kind wist ik dat het paaseierentijd was wanneer het aandeel sandalen op het tv-scherm gevoelig toenam. Want Pasen betekende altijd sandalenfilms. Het beeld van een zweterige Richard Burton die quasi agressief anderen aanklampte en hen ‘Were you there?’ toeschreeuwde was voor mij een even vertrouwd ritueel als het ietwat naast het lijntje uitknippen van een paashaas in de klas. Ja, ik heb de filmklassieker The Robe een tikkeltje vaker gezien dan wat gezond geacht wordt voor de gemiddelde mens. Richard Burton speelt Marcellus, een Romeinse tribuun, die aan de voet van het kruis op Golgotha dobbelde om mantel van Jezus.
De scene waarin de slaaf van Marcellus, een christen gespeeld door Victor Mature (uitspreken als ‘Matuur’, volgens wat mijn vader mij overgeleverd heeft), tijdens het stormweer dat ontstaat op het uur van de kruisigingsdood niemand minder dan Judas tegen het lijf loopt, vond ik altijd indrukwekkend. Die donder en de gierende wind wanneer de gevallen apostel zichzelf bekendmaakt in dat typische old-school Hollywooddecor waar in de verte al de boom te zien is waaraan Judas zich zal verhangen: allemaal geweldig theatraal. Het gewicht van zijn schuldgevoel deed onze televisie bijna door ons tv-kastje zakken.
Op het einde van de film zie je Marcellus en zijn geliefde Diana, beiden ter dood veroordeeld door niemand minder dan keizer Caligula, letterlijk de hemel binnenwandelen begeleid door hemelse koren. Op dat ogenblik was mijn moeder al ingedommeld, maar ik vond het geweldig. De vredelievende boodschap ontging me toch een beetje want de film resulteerde meestal in een weinig secuur geplande aanval met mijn speelgoedzwaardje op de ontluikende brandnetels in het parkje in de buurt van ons huis. Uiteraard was ik de Romein, de brandnetels waren een of andere vijand. Ik deed voor de zekerheid gesloten schoenen aan, want netels en sandalen vormen geen geweldige combinatie.
Hoogfeest
Een andere klassieker is King of Kings, een film uit vroege jaren 60. Het vertelt het klassieke verhaal van Jezus, met de verwachte Hollywood twist. De blauwogige Jeffrey Hunter speelt de Messias en heel de prent voelt aan alsof je in een illustratie uit een van de boekjes van de Getuigen van Jehova wandelt. De filmmuziek van King of Kings is op zich al de moeite waard, samen met de vertolking van Herodes Antipas. De acteur die hem speelt, heeft gewoon het juiste gezicht om de laffe slechterik te spelen. Toen ik voor de eerste keer Monty Python’s Life of Brian zag herkende ik meteen de scene in het stalletje van Bethlehem. De Pythonfilm bleek een grote parodie op King of Kings.
Er zijn ook nog Quo Vadis en Ben Hur. U ziet het beste lezer, elke jaar na Pasen kamp ik niet alleen met leverproblemen door een overaanbod van chocolade, maar ik moet ook een hoop sandalen verwerken. Zowel de chocolade als de sandalen doe ik vooral mezelf aan, dat besef ik. Maar ik ben nog vergeten te vertellen dat mijn kroost vaak ontiegelijk vroeg wakker is op Pasen wat betekent dat de paasklokken rond een uur of zes hun werk moeten doen. Een hoogfeest is een geseling waard zeker?
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Harry De Paepe bezit een grote passie voor geschiedenis en Engeland. Hij is de auteur van verschillende boeken.
In Engeland en Wales wordt er een recordaantal ‘niet misdadige incidenten’ gemeld. De politie verschijnt nu aan de deur voor de meest onnozele zaken.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.