JavaScript is required for this website to work.

De’verscheurende wolven’ van het Noorden

Karl Drabbe6/11/2020Leestijd 4 minuten

‘De Vikingen’ biedt een magistraal inzicht in de wereld van wat wij Vikingen noemen.

793-1066. Dat is zowat de periode die we het Vikingtijdperk noemen. Arbitraire data natuurlijk, maar ons schoolse brein heeft cesuren nodig. Begin- en einddata, een kader om processen en samenlevingen te begrijpen. Al staan die soms mijlen- of liever járen ver van de historische werkelijkheid. Zoals in het geval van de ‘Vikingen’.

De plundering van het klooster op het getijdeneiland Lindisfarne voor de kust van Northumberland geldt voor ons als het begin van het era. De landing van Willem de Veroveraar in Engeland en de veldslagen bij Stamford Bridge en Hastings zijn dan symbool voor het einde van de Vikingen. Het pas vertaalde boek De Vikingen toont hoe anders het was. En ‘het’, dat waren die mannen en vrouwen uit het Noorden van Europa. Door de christelijke monniken in Engeland ‘wœlwulfas’ genoemd, ‘verscheurende wolven’. Al kenden ze hen tevoren als regelmatig aanscherpende handelaren die weinig kwaad voor ogen hadden…

Schoolboeken

Vikingen associëren we vaak met kaartjes in schoolboeken. Vanuit Noorwegen, Denemarken en Zweden zie je dan pijlen van plundertochten naar het zuidoosten (via de grote rivieren naar de Zwarte Zee), het west-zuidwesten (naar de Britse eilanden) en het zuid-zuidwesten (het Frankrische rijk met onze Nederlanden, en rond het Iberische schiereiland tot Sicilië). Of pijlen door de Noord-Atlantische ruimte, naar de Shetlands, IJsland, Groenland en uiteindelijk eindigend in Noord-Amerika, waar archeologische resten in Lanse-aux-Meadows ons leren dat ze er al 500 jaar vóór Colombus waren…

Ook dat is natuurlijk een te eenvoudig verhaal. Wie al eens wat las over Vikingen weet dat er alvast in stijl en optreden een verschil is in de drie bewegingen. Naar het oosten, zo leerden we op de unief, traden ze op als handelaars. Naar het zuiden als onverschrokken plunderaars, meedogenloze mannen ‘op Viking’ (op plundertocht, letterlijk). En naar het noordwesten als ontdekkingsreizigers. Dat was al een veel genuanceerder beeld, dat stilaan ook doordrong in de leerboeken van het seundair. Maar, opnieuw, te simpel.

Fabeltjes

In De Vikingen: Een nieuwe geschiedenis toon historisch-archeoloog Neil Price aan dat de mannen en vrouwen uit het noorden sinds het einde van de volksverhuizingen tot de algemene christianisering van het noorden, een veel complexer cultuur vormden dan algemeen aangenomen.

Het was een slaveneconomie met een gigantische textielproductie waarvoor honderdduizenden schapen werden gehoed. Want om de drie bewegingen hierboven beschreven af te leggen, was er miljoenen vierkante centimeter zeil nodig voor de duizenden oorlogs- en handelsschepen (niet of/of maar en/en). Door polygenie was het een samenleving met een gebrek aan vrouwen voor de jonge, strijdbare mannen op zoek naar seks en zonen. Een cultuur waarin militair geweld, kleine koninkrijkjes, warlords en een heel aparte, meervoudige kijk op het leven centraal stond. Inclusief diverse hiernamaalsen; het verhaal van het Walhalla uit strips en de tv-serie Vikings verhuist daarmee naar het rijk der fabelen. Letterlijk.

Vernieuwend

De Vikingen is géén meeslepend boek. Het leest niét als een trein. Het omvat ontzettend veel details, samengebracht op basis van decennialang historisch, archeologisch en archeogenetisch onderzoek. Primaire bronnen zijn haast onbestaande, en zijn vaak secundair, uit de late middeleeuwen en gemythologiseerd, van de hand van christelijke auteurs. En christenen waren die mannen en vrouwen uit het noorden absoluut niet. (Vandaar dat de algemene introductie van het christendom en de daarmee gepaard gaande proto-natiestaat vanaf ca. 1000 een duidelijker cesuur is voor het einde van de noordse cultuur dan twee veldslagen op Britse bodem. Uiteraard legt Price ook dat omstandig uit.)

In een originele opbouw behandelt Neil Price zowat alle aspecten van het Vikingleven. Het dagelijkse leven in de landbouwgemeenschappen aan de kusten en de handelsemporia op de Noordzee- en Baltische kusten. De ‘longpoorten’ in Ierland. De langdurige vestiging van Denen en Noren in Groot-Brittannië en de invloed ervan – via de Danelaw – op politiek en cultuur van de samenlevingen daar. De plundertochten, hoe die georganiseerd werden en vooral: waarom? De ‘hydrarchie’ (voor mij het meest verrassende nieuwe concept in dit boek) waarin de Noordse strijdgemeenschappen met hun warlords en gebrek aan vrouwen in de Noordzeeruimte worden vergeleken met het vroegmoderne piratenleven in de Cariben. Seks en sekse.

Globalisering

Hybride vormen van mens-zijn, of althans het geloof daarin. En het geloof in natuurgeesten en -verschijnselen, goden en diverse hiernamaalsen – het metafysische hoofdstuk is wel het moeilijkste van het boek. We kunnen er ons als rationele wezens gebouwd op twee millennia monotheïsme verdomd weinig bij voorstellen. Ook de diverse grafcultussen, de ‘rites de passage’, de geopolitieke strijd met de Frankische vorsten (het beleg van Parijs, de raids tot Leuven en Aken) komen aan bod. Hoezeer de Vikingwereld een handelseconomie was en al inspeelde op (of een schakel was in) de eerste globalisering, via het oosten en Byzantium handeldrijvend met China. En hoe de Zweden aan de basis liggen van het Kiev-Rusland waar vandaag Poetin de plak zwaait… het wordt allemaal omstandig uitgelegd in (amper) 480 blz.

Het knapste aan Price is dat hij begrijpelijk uitlegt waar ‘de Vikingen’ vandaan kwamen, of liever, hoe de middeleeuwse Noordse gemeenschap en cultuur die wij nu ‘Vikingen’ noemen tot stand kwam. Dat verhaal gaat terug tot het einde van het Romeinse rijk, de volksverhuizingen en enkele decennia van milieurampen die voor een heuse klimaatwijziging zorgden. Een klimaatwijziging die ook een belangrijke oorzaak werd, zevenhonderd jaar later, voor het verlaten van het in de middeleeuwen warme en vruchtbare Groenland.

Uitroeptekens

70 pagina’s verklarende bibliografie en een uitgebreide index maken dit boek af, zowel als inleidend werk als als wetenschappelijke uitgave. Het biedt voldoende openingen voor lezers die meer willen weten. En die graag nog meer clichés zien sneuvelen dan al gebeurt in deze ‘nieuwe geschiedenis’.

De Vikingen is geen makkelijke brok lectuur. U moet ervoor gaan zitten, potlood in de aanslag, om streepjes te trekken, uitroeptekens, notities te maken… Het boek levert zo veel nieuwe inzichten op relatief zo weinig pagina’s dat het ronduit indrukwekkend mag worden genoemd. Het levert een ketting van aha-erlebnissen op, zonder dat je het gevoel krijgt dat het een omgevallen weetjeskast is. Daarvoor levert Price veel inzichten in voldoende context, zonder zich te verliezen in een opeenstapeling van feitjes.

Price houdt zijn doelpubliek goed voor ogen: de geïnteresseerde leek. U moet dus niet zelf al een bibliotheek van Noordse cultuur achter de kiezen hebben om hieraan te beginnen. Laat u door Price verrassen op de koude en donkere dagen in het verschiet, en zeil mee met de oorlogsschepen van de Noormannen en hun zeldzame schildvrouwen. De wijde zeeën van het westen en de wilde rivieren van het oosten op, nieuwe culturen, mensen en goederen verkennend. Verruim uw blik, zoals ook de Vikingen dat deden.

Karl Drabbe is uitgever van ERTSBERG. Hij is historicus en wereldreiziger en werkt al sinds 1993 mee aan Doorbraak.

Commentaren en reacties