Frontbrieven honderd jaar later
Vandaag vindt er een boekvoorstelling plaats in het Vlaams Parlement. Dat moet dan toch wel iets bijzonders zijn. Wel, na honderd jaar is er – eindelijk – een tekstkritische uitgave van de ‘Open Frontbrieven’. Documenten van de Frontbeweging, zeg maar de Vlaamse Beweging aan het IJzerfront tijdens WOI. Dat is geen voetnoot in de geschiedenis van de Vlaamse Beweging. Zeker niet in de geschiedenis zoals de Vlaamse Beweging die zelf ziet. Daarin hebben een aantal van deze brieven een mythisch karakter.
Vandaag vindt er een boekvoorstelling plaats in het Vlaams Parlement. Dat moet dan toch wel iets bijzonders zijn. Wel, na honderd jaar is er – eindelijk – een tekstkritische uitgave van de ‘Open Frontbrieven’. Documenten van de Frontbeweging, zeg maar de Vlaamse Beweging aan het IJzerfront tijdens WOI. Dat is geen voetnoot in de geschiedenis van de Vlaamse Beweging. Zeker niet in de geschiedenis zoals de Vlaamse Beweging die zelf ziet. Daarin hebben een aantal van deze brieven een mythisch karakter. Daarbij komt dat uit de Frontbeweging de Frontpartij groeide na WOI en daarmee een traditie startte van parlementaire Vlaamse Beweging. En u weet dat die tot op vandaag doorloopt.
Mythe
Maar wat is geschiedenis en wat is mythe? Wat staat er in die teksten? In welke context zijn die geschreven? Door wie zijn die geschreven? Hoe zijn die teksten ontvangen? Wie kan die gelezen hebben? Welke tekst is origineel? Na honderd jaar zijn er nog veel vragen. Zoveel dat men zich terecht moet afvragen waarom dit boek en dit onderzoek honderd jaar op zich hebben laten wachten.
Want inderdaad het ligt er nu: ‘Alleen in u -o koning- geloven wij nog’; Open brieven van de Vlaamse Frontbeweging tijdens de Eerste Wereldoorlog. Een hele mond vol voor een lijvig boek met veel artikels en vooral ook met de teksten.
En in die teksten verrast het boek nog. Er zijn natuurlijk de gekende brieven, twee aan de koning, een aan Kardinaal Mercier, een aan de Paus, aan ‘de Verbonden Grootmachten’. De officiële canon van de Frontbeweging is gekend. Vele van die brieven zijn in een of andere vorm en versie al gepubliceerd op initiatief van de Vlaamse Beweging. Maar er is ook nog een niet-canonieke traditie. Die termen komen trouwens van de onderzoekers in het boek. Er zijn nog ‘open’ publicaties van de Frontbeweging of van binnen de Frontbeweging. Publicaties die al dan niet traceerbaar zijn, maar wel wetenschappelijk verifieerbaar. Het zijn vooral historische documenten die iets zeggen over de evolutie in het denken over ‘de Vlaemsche questie’ vooral tijdens de jaren 1917-1918.
Radicalisering
Die jaren zijn cruciaal in de radicalisering van een deel van die Frontbeweging, gegangmaakt door studenten, intellectuelen, en clerici die onder de wapens waren geroepen of zich vrijwillig hadden gemeld. De oorlog leek in 1917 eindeloos lang te duren en tot na de zomer van 1918 was er geen perspectief op een snel einde. De ongemakken aan het front bleven, de kloof tussen de soldaten en hun thuis, het saaie en dan weer gevaarlijke frontleven, de militaire cultuur en daarboven nog de taalkwestie.
Na de eerste open brief blijkt hoe in 1917 de gedachte rijpt dat er van de Belgische regering niets te verwachten valt. Integendeel. Als antwoord op de eerste open brief aan koning Albert komt er als beleid een nadrukkelijker naleven van de officiële tweetaligheid, maar ook een hardere repressie naar de verspreiders van het ‘défaitisme’. Waarmee de boodschap van de Vlaamse Beweging bedoeld werd. Hier en daar werd ook hard ingegrepen, met meer ontevredenheid en radicalisering als gevolg. In het boek staat ook een nieuw onderzoek over een inval van de gendarmerie op een veronderstelde vergadering van de Frontbeweging. Opvallend is dat de hogere legerleiding streng wil straffen, maar dat de rechtstreekse oversten van de betrokken militairen dat verhinderen. Een genuanceerd beeld met andere woorden.
Problemen
Het boek plaatst de Frontbeweging in een historisch kader. Het opent met het geromantiseerde en te rooskleurige beeld dat de vooroorlogse Vlaamse Beweging had van koning Albert, steevast ‘Albrecht’ genoemd. De ontgoocheling moest komen, want Albert had wel oor naar een gelijke behandeling van het ‘Vlaams’, maar was toch ook, met Jules Destrée, van mening dat zoiets niet ten koste kon zijn van de positie van het Frans in Vlaanderen. Het was pijnlijk ontwaken toen de koning geen medestander bleek te zijn.
Er was bij de Vlaamsbewuste soldaten ook heel veel ergernis over de pers en het beeld dat de, vooral Franstalige pers, over hel schetste. Ook daar zien we een weerslag van in de gepubliceerde documenten. Ook daar ligt nog een heel veld open voor onderzoek.
Daarnaast was 1917 natuurlijk een bijzonder jaar. Met de revolutie in Rusland, problemen in het Franse leger, de nasleep van de Paasopstand in Ierland,… gebeurtenissen die in de kranten die aan het front gelezen werden wel degelijk besproken werden en die mee een revolutionair klimaat schiepen, waar ook Vlaamse soldaten niet immuun voor waren.
Belangrijk
Beter laat dan nooit is dit boek er. Het is een aanzet voor meer onderzoek, dat geven ook de auteurs aan. Verrassend genoeg is over de Eerste Wereldoorlog nog niet alles geschreven, noch onderzocht. Vooral over het Belgische leger is nog veel onderzoek mogelijk. Dat het al die tijd niet gebeurd is, heeft misschien ook te maken met de aanwezigheid van die Frontbeweging, die elke onderzoeker dwingt daarover positie in te nemen. Die positie is in het verleden al wel vaker meer bepaald door een politieke visie of ideologie en a priori, dan door de feiten. Dat is jammer.
De Vlaamse Beweging en de historici in Vlaanderen mogen 1917 niet zomaar laten voorbijgaan. Naast wat aan het front gebeurde was er ook een radicalisering in het bezette land. Wat is de historische waarde daarvan? In het boek is te lezen dat in 1917 al het woord federalisme viel. In december riepen de activisten een onafhankelijk Vlaanderen uit. Hoe komt het dat Fronters en activisten elkaar na de oorlog zo snel vonden en samenwerkten als een front?
U kan beginnen met ‘Alleen in u -o koning- geloven wij nog’; Open brieven van de Vlaamse Frontbeweging tijdens de Eerste Wereldoorlog. Een vlot leesbaar boek, dat goed het evenwicht vindt tussen wetenschappelijk en verhalend.
En op 8 juli kan u een aantal auteurs van dat boek horen op een studiedag in Alveringem, het dorp, net achter het front waar kapelaan Verschaeve woonde. Wat was zijn invloed, radicaliserend of temperend?
Zo kan 2017 en 2018 de Vlaamse Beweging via een historisch terugblik misschien helpen herbronnen.
Het boek ‘Alleen in u – o koning – geloven wij nog’ kunt u aankopen in de webwinkel van Doorbraak. (€29,95)
Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.
Stel je voor: erkenning vragen voor de wetten op je grondgebied. Taalwetten dan nog, hoe bekrompen! Gelukkig is er de Franstalige flexibiliteit!