Hendrik VIII wordt op zijn paard gezet in de Munt
Titel | Henri VIII |
---|---|
Regisseur | Olivier Py |
Gezelschap | Koninklijke Munt |
Locatie | De Munt, Brussel |
Speeldata | Nog tot 27/5 |
Meer info |
Beelden die met verstomming slaan, dat is de grote verdienste van regisseur Olivier Py die een Grand Opera van Camille Saint-Saëns geeft wat hij verdient.
Regisseur Olivier Py en orkestleider Alan Altinoglu wilden al in 2021 ‘Henri VIII’ opvoeren, als eerbetoon aan de honderste verjaardag van de dood van Camille Saint-Saëns. Volgens Py en Altinoglu zakte ‘Henri VIII’ onterecht weg in de vergetelheid. Maar door corona kon het werk pas twee jaar later opgevoerd worden en daarom staat er na het uiterst succesrijke ‘Bastarda’ twee keer in één seizoen een opera over de beruchte Hendrik VIII op de affiche in de Munt.
Grand Opéra
De Fransman Camille Saint-Saëns (1835-1921) was een bijzonder briljant pianist en componist. Hij schreef enkele Grand Opera’s, geheel in de stijl van de tijd. Die waren vooral in het eerste deel van de negentiende eeuw populair. Ze kenmerkten zich door hun duur, tot vijf uur in evenveel bedrijven, lange scènes in megalomane mise-en-scènes waar heel veel tegelijk gebeurde, met balletten, speciale effecten, en een overvloed aan figuranten en koorzangers. Het genre was echter op zijn terugweg, door de concurrentie van de als moderner beschouwde Richard Wagner, waarvan de vierdelige Ring in première was gegaan in 1876. Wagners grote vernieuwing en ambitie was het scheppen van een Gesamtkunstwerk van mythische proporties, dat zich kenmerkte door een grote eenheid van stijl en vorm.
De Grand Opera streefde net het tegenovergestelde na: een vrolijk eclecticisme, divers en contrasterend, een onbeperkte vermenging van muziek tot ieders vermaak. Waar Wagner koos voor een tijdloos kader werden hier historische thema’s gekozen met eigen geschiedenis en streek als achtergrond.
Vrouwenverleider
Saint-Saëns probeerde met ‘Henri VIII’ in 1882 het stilaan verouderde genre nieuw leven in te blazen. Dat zou vergeefs blijken, want het werk werd snel vergeten en kan misschien beschouwd worden als een laatste voorbeeld van de ‘Grand Opera’. De geschiedenis van de bekendste en beruchtste koning van Engeland mag zich dan wel in de zestiende eeuw afspelen, maar de opera moet eerder gezien worden als een verfijnde allegorie op de spanningen tussen kerk en staat in het Frankrijk van het einde van de negentiende eeuw.
De eerste vrouw van Hendrik, Catherine van Aragon, staat zo symbool voor de katholieke kerk. Saint-Saëns schildert zijn koning Hendrik VIII niet af als een monster of een ‘serial-vrouwenverleider’, maar als een strijder tegen de almacht van het Vaticaan. Met zijn scheiding van Catherina, onaanvaardbaar voor Rome, zal Hendrik zichzelf aan het hoofd van zijn nieuwe Anglicaanse kerk plaatsen. De scheiding was echter ook onderwerp van een scherp Frans maatschappelijk debat in de jaren 1880. En zo gaat ‘Henri VIII’ over veel meer dan over Hendrik…
Olivier Py zette vorig jaar in de Munt ‘Les Huegenots’ in scène, een werk van Meyerbeer, de grootmeester van de Grand Opera. Het is de grote verdienste van de Munt om opnieuw een vergeten grote opera op te delven. Dat is allerminst een evidentie, alleen al door de lengte van het werk. Componist Saint-Saëns nam zijn tijd om zijn verhaal te vertellen. Dat is ook aan de mise-en-scene van Py te merken. Het lijkt wel of hij een heel lange aanloop nodig had om tot de essentie te komen. Maar eens op dat punt gekomen, barst het creatief feest los.
Zanger op paard
Het is vooral na de pauze, in het laatste anderhalf uur dat de beelden van Py met verstomming slaan: Hendrik VIII gezeten op een echt paard, die de pauselijke nuntius achteruit drijft. Symbolischer kan men de strijd tussen kerk en staat niet uitbeelden. De Belgische bariton Lionel Lhote, zingend vanop zijn prachtig paard, zet hier een lyrische prestatie neer van een olympisch niveau waarmee hij zich een plaats verzekerd aan het Muntfirmament.
Maar Py had nadien nog andere hoogtepunten in petto zoals de scène waarin de bisschoppen, die een oordeel moeten vellen over de scheiding van Hendrik, hun gekleurde gewaden afwerpen om zich te metamorfoseren in het volk dat de nieuwe kerk van de koning steunt.
Was het mijn verbeelding of hoorde ik Saint-Saëns luid bravo roepen omdat hij 102 jaar na zijn dood eindelijk een regisseur had gezien die zijn werk naar ongekende hoogtes durfde te tillen? En dan stoomt er even later nog een locomotief de scène op, waarmee Py de verblufte toeschouwers een zaligmakende mokerslag toediende. Dat publiek kon dan ook niet anders dan de volledige cast onder applaus te bedelven waarbij naast de mannelijke hoofdrol Lionel Lhote de Franse sopraan Marie-Adeline Henry als Catherina Van Aragon en de Franse mezzosoprane Nora Gubisch het luidst toegejuicht werden.
Luckas Vander Taelen (1958) werkte als tv-regisseur, en was voor Groen schepen, Vlaams en Europees Parlementslid en senator.
Walter Grootaers kijkt terug op leven en carrière met De Kreuners, die het Nederlands introduceerden in de rock-‘n-roll in Vlaanderen.