JavaScript is required for this website to work.

Kinderen van de Zee: eerbetoon aan een vergeten Vlaamse opera

Luckas Vander Taelen19/10/2021Leestijd 4 minuten
TitelDe kinderen der Zee
SubtitelDe Munt geeft Lodewijk Mortelmans enige opera na een eeuw een tweede kanst
RegisseurAlain Altinoglu
GezelschapKoninklijke Vlaamse Opera
LocatieDe Munt, Brussel
Speeldata20/10/2021
Meer info

Lodewijk Mortelmans’ ‘De Kinderen Der Zee’ werd in een eeuw niet meer opgevoerd. Nu is hij in concertante versie te zien in de Brusselse Munt.

De Brusselse Koninklijke Muntschouwburg die een Vlaamse opera programmeert : dat is om vele redenen een memorabel moment. Was het niet na een opera-opvoering een hele tijd geleden dat daar een revolutionair oproer uitbrak en de Nederlandse bezetter het land werd gedreven? De Franse Gemeenschap heeft van die gebeurtenis zelfs zijn feestdag gemaakt. Iets zoals onze Gulden Sporen, maar dat is een heel ander verhaal.

Na de eerste opvoering in Brussel van ‘De Kinderen Der Zee’ werden geen woelige optochten met Vlaamse leeuwenvlaggen gesignaleerd. Alvast niet rond het operagebouw, want de Munt was voor deze voorstelling uitgeweken naar Bozar, waar in de prachtige Le Boeufzaal een concertante opvoering van het werk van de Vlaamse componist Lodewijk Mortelmans werd gebracht.

Vlaamse opera

Dat er niet vaak Vlaamse opera’s te zien zijn in de Munt, ligt natuurlijk in de eerste plaats aan het beperkte aanbod. Niet heel veel componisten hebben zich gewaagd aan die meest ambitieuze muziekvorm, en als ze dat al deden bleef hun operarepertoire vaak beperkt. Antwerpenaar Lodewijk Mortelmans (1886-1952) bouwde zich een behoorlijke reputatie op als ‘Prins van het Vlaamse Lied’ (hij zette gedichten van Guido Gezelle op muziek), hij was winnaar van de prestigieuze Prix de Rome, met de cantate Lady Macbeth en is nog steeds bekend als auteur van zowel pianostukken als symfonisch werk. Hij was één van de oprichters van wat later de Koningin Elisabethwedstrijd zou worden.

Zijn belang in de Vlaamse muziekgeschiedenis kan moeilijk overschat worden : hij werd directeur van het Antwerpse Conservatorium, toen dat eindelijk de titel van ‘Koninklijke’ kreeg. Als dirigent van de toepasselijk genoemde ‘Maatschappij der Nieuwe Concerten’ haalde hij de grootste namen van de Europese muziek naar zijn stad : Richard Strauss, Gustav Mahler, Pablo Casals.

De vis wordt duur betaald.

Mortelmans ambieerde van in de jaren 1893 om een opera te schrijven, maar het duurde lang voor hij een geschikt libretto had. Dat vond hij in begin van de twintigste eeuw, bij Rafaël Verhulst, met een tekst voor ‘een dramatisch zangspel in drie bedrijven’ dat door de stad Antwerpen in een wedstrijd bekroond was om een repertoire van de jonge Vlaamse opera uit te bouwen. ‘De Kinderen der Zee’ speelt zich af in de zeventiende eeuw en vertelt het verhaal van de vissersfamilie Mariën die een dodelijke doem met zich meedraagt : als een pasgetrouwde man op zee gaat, dan komt die om en zal hij nooit zijn kind zien. De mannen van de familie weten dat ze alleen aan hun noodlot kunnen ontsnappen door aan land te blijven, maar de zee blijft hen als een even onweerstaanbare als dodelijke minnares aantrekken. Dat thema werd vaak behandeld in theater en literatuur, zoals door Herman Heyermans in ‘Hoop van Zegen’ waar de menselijke tol aan de zee leidde tot de bekende uitdrukking : ‘De vis wordt duur betaald’.

Dat dramatisch thema met de zee als decor trok Mortelmans bijzonder aan omdat hij de muzikale mogelijkheden zag in de evocatie van de oerkracht van de zee. Hij wou weg van de opera zoals zijn leermeester Peter Benoit die schreef, die niet verder ging dan een orkestbegeleiding van de zangers. Hij voelde meer voor de ‘gesamt’-stijl van Wagner, waarbij het orkest een leidende rol heeft, met leidmotieven. Mortelmans gebruikte die laatste stijlfiguur verbonden aan personages zoals bij Wagner, maar voor emoties zoals hoop, angst en wanhoop. Op sommige momenten klinken korte passages als citaten van de Duitse grootmeester.

Activisme

De première van de eerste opera van Mortelmans liep vertraging op door de wereldoorlog. Hij was er mee klaar in 1915, maar het zou tot 1920 duren voor ‘De Kinderen der Zee’ opgevoerd werd. Zijn muziek werd geloofd en geprezen door de kritiek, maar die had het moeilijk met het libretto. Niet alleen omdat dit als oppervlakkig met te weinig diepgang werd bevonden, maar ook door de persoon van de librettist, Rafaël Verhulst, die zich tijdens de oorlogsjaren als activist had gecompromitteerd. Hij was ter dood veroordeeld en naar Duitsland gevlucht.

Mortelmans voelde zich zo tekort gedaan dat hij zelf verbood om zijn opera ooit nog scenisch op te voeren. Hij herwerkte stukken ervan tot suites en van het derde bedrijf maakte hij een orkestrale versie. Het zou nog een eeuw duren voor de opera nog eens in zijn geheel werd opgevoerd…

Vloek op de opera

Dat was dus nu het geval in Bozar. Het is een grote verdienste van directeur Peter de Caluwé om het aan te durven vergeten opera’s een nieuwe kans te geven. Zeker als het om vaderlandse werken van kwaliteit gaat. Want dat ‘De Kinderen der Zee’ van een hoog niveau is, bewees het Muntorkest onder de gedreven leiding van Alain Altinoglu.

Die moest nochtans afrekenen met een tegenvaller van formaat : alsof de opera zelf door een vloek getroffen werd, was het door een covid-uitbraak onmogelijk het koor op te voeren. Altinoglu had geen andere keuze dan de koorpartijen weg te laten. Dat is bijzonder jammer, want Mortelmans gebruikte die als een Grieks koor dat de kijker informeert en de gebeurtenissen becommentarieert.

Bij een scenische opvoering blijft de toeschouwer altijd een beetje gefrustreerd achter, omdat elke vorm van actie en interactie geheel ontbreekt. Door het wegvallen van het theatrale komt de nadruk geheel en al op het muzikale. En dat is allerminst ontgoochelend : ‘De Kinderen der Zee’ bewijst ten volle het compositorische talent van Mortelmans. Modern en baanbrekend was zijn stijl zeker niet : als ‘laat romanticus’ zoals hij omschreven wordt, doet hij eerder denken aan Schumann of Brahms en Russische componisten als Moussorsky of Borodin. Maar de opera is van een dergelijke kwaliteit dat men enkel kan betreuren dat Mortelmans het bij één poging liet en zich in de dertig jaar dat hij nog leefde niet meer waagde aan een nieuwe opera.

Anachronisme

Nochtans had hij ook wel kunnen inzien dat de kritiek op het libretto niet alleen met de persoon van Verhulst te maken had. Het verhaal is inderdaad nogal oppervlakkig; de karakters van de personages zijn psychologisch absoluut niet onderbouwd. Nergens wordt de oorzaak van de doem verklaard. In één van de beste inhoudelijke momenten zingt Ivo, die wel weet welk risico hij loopt als hij op zee gaat, dat hij geen andere keus heeft : hij heeft geen zin om als landbouwer ‘ te gaan zwoegen op het land’. Hij wil ook niet in ‘donkere putten bij de Walen’ gaan werken, wat een Vlaamse realiteit was in de jaren dat de opera geschreven werd, maar niet in de zeventiende eeuw waar de opera gesitueerd is. Een aandoenlijk anachronisme…

Dat is een vermakelijk detail, dat niets afdoet aan de waarde van het initiatief van de Munt. Mortelmans werd postuum geholpen door een uitmuntende cast van zes zangers, waarbij vooral sopraan Tineke Van Ingelgem als de gedoemde weduwe Stella zich naar de sterren zong. Later dit jaar is ze in de Munt nog te zien bij Puccini’s Trittico. Basbariton Werner Van Mechelen kon niet ontbreken, omdat hij al eerder uittreksels van ‘De Kinderen der Zee’ opnam. Hij blinkt uit in de rol van de oude zeerot Petrus. Tenor Yves Saelens zette een uiterst geloofwaardige Ivo neer.

Nog te zien in Bozar op 20 oktober.

Alle details op demunt.be

Op Klara Live te horen op 20 oktober

Luckas Vander Taelen (1958) werkte als tv-regisseur, en was voor Groen schepen, Vlaams en Europees Parlementslid en senator.

Commentaren en reacties