JavaScript is required for this website to work.

Leopold III, krijgsgevangen in zijn eigen gelijk

Karl Drabbe19/11/2017Leestijd 3 minuten

Een beknopte biografie van Leopold III toont een koppige Coburger, overtuigd van zijn eigen gelijk en misprijzen voor de liberale democratie.

In 155 pagina’s een biografie schetsen van de meest omstreden koning die België kende. Professor emeritus geschiedenis Mark Van den Wijngaert kan dat. Als geen ander schildert hij met de hoogst nodige penseeltrekken het portret van de ‘reactionaire Belg’, zoals Hitler hem tijdens de Tweede Wereldoorlog noemde. Zonder franjes, grijpt Van den Wijngaert meteen naar de kern én ook naar de keel van de lezer. Voor wie het nog niet wist: Leopold III getuigde van een immense Coburgse koppigheid en betweterigheid, liep niet hoog op met partijpolitiek en liberale democratie en hoopte op zijn eigen plaatsje onder de nationaalsocialistische zon.

Een ‘politieke’ biografie van 155 blz.? Jan Velaers en Herman Van Goethem hadden eerder 1150 pagina’s nodig om Leopold III in De koning, het land, de oorlog te schetsen. Maar in al zijn beknoptheid slaagt Van den Wijngaert erin biografie, karakterschets en de betekenis van Leopold III voor het land te omschrijven.

Leopold III: koppige Coburger

Kort: zijn karakter werd tijdens de Eerste Wereldoorlog gevormd aan de strenge elitaire privéschool Eton, ongeveer rechttegenover Windsor Castle. Zijn autoritaire ideeëngoed kreeg hij van zijn mentor Jacques Pirenne – zoon van de legendarische ‘liberale’ historicus Henri Pirenne, maar werd aangewakkerd door vader Albert I. Die prentte zijn zoon in dat hij verantwoordelijk is voor Belgiës onafhankelijkheid, hij daarvoor het opperbevel moest voeren over een sterk leger, en vooral niet te veel vertrouwen in de partijpolitici. Leopold III nam dat allemaal ter harte, mengde zich actief in regeringssamenstellingen, en zat zelfs persoonlijk ministerraden voor. We kunnen het ons vandaag niet meer voorstellen; de Macht en middelen van het Belgische vorstenhuis waren toen nog niet aan banden gelegd zoals vandaag, al zullen Hendrik Vuye en Veerle Wouters dat in vraag durven stellen.

Een korte karakterschets noemt Leopold III dominant, beïnvloedbaar, ongedurig, gelijkhebberig, met een drang om expliciet zijn stempel te drukken op de politiek. In democratische tijden, maar ook onder nazi-bezetting. Hij hoopte dat zijn uur toen geslagen was en in een ‘geleide’, autoritaire democratie, onder zijn leiding binnen een Europese federatie onder Duitse hegemonie, een échte koning kon zijn van een ‘onafhankelijk België’. Net dat optreden, en de onwil om de Belgische regering in Londen tijdens de oorlog te erkennen als de enige legitieme, maakte van hem een intransigent figuur die niet van wijken wou weten, noch tot inkeer wou komen na de oorlog. Tel daarbij zijn ‘morganatisch’ (kinderen vallen buiten de troonopvolging) huwelijk met ‘prinses’ Lilian op in 1942, dat hem zijn immense populariteit kostte bij de bevolking – niet het minst in Franstalig België.

Koningskwestie

Van den Wijngaert vat kernachtig de achterliggende redenen én het verloop van de Koningskwestie. Wat ik me niet herinnerde: Leopold III stelde zélf voor een referendum te organiseren over zijn terugkomst. Na veel politiek geruzie, was er een kleine katholiek-liberale meerderheid om het effectief te organiseren. Leopold leek erg zeker van zijn stuk dat het volk hem terug wou, maar premier Gaston Eyskens moest hem nadien duidelijk maken dat, met de gekende resultaten, hij geen verpersoonlijking meer kon zijn van de eenheid en de verbondenheid van het land. En zo kwam ‘koninklijke prins’ Boudewijn op de troon. Al bleek de jonge prins in de eerste jaren slechts een pop te zijn die danste naar de pijpen van zijn aanbeden vader. Dat veranderde met zijn huwelijk met Fabiola di Mora y Aragon in 1960. Volgens Gaston Eyskens is dat het definitieve einde van de Koningskwestie.

In Tegen de stroom in leren we ook meer over de primaire antisemitische opvattingen van Leopold, over zijn stille protesten bij de militaire bezetting in België en via via bij Hitler – die Leopold stilaan liever kwijt dan rijk was, zijn ongeloof in de Duitse Jodenvervolging (‘subversieve propaganda’), de ‘fascistoïde’ grondwet die hij liet ontwerpen in 1941 en zijn diepe wantrouwen in de Geallieerden of zijn Politiek testament waarin hij zichzelf trachtte wit te wassen, wat hem weinig geliefd maakte bij de Amerikanen en Britten (Winston Churchill: ‘It stinks’).

Met de stroom mee

Tot slot blijf ik me verbazen over de titel van dit boek. Tegen de stroom in. Hoezo, ‘tegen de stroom’? Leopold surft mee op de volgen van autoritaire denkbeelden van links en rechts die in de mode waren in de jaren 30. Behalve de liberaal-democratische elite zal daar niet veel aanstoot aan zijn genomen, al peilde Van den Wijngaert (en zijn studenten in het verleden) enkel naar de evolutie van de publieke opinie ten opzichte van Leopold III tijdens Wereldoorlog II, en niet vooraf. Schrijft de professor trouwens niet een aantal keer dat Leopold erg populair was bij het volk, en zeker tot het moment van zijn ‘morganatisch’ huwelijk met Lilian Baels? Een vreemde titelkeuze dus. Al bekt Tegen de regering in natuurlijk niet.

Leopold III, zijn leven, zijn betekenis geeft in sneltreinvaart een boeiende synopsis van de jaren 30 en het koningsloze tijdperk van 1940 tot 1950. Een aanrader.

Karl Drabbe is uitgever van ERTSBERG. Hij is historicus en wereldreiziger en werkt al sinds 1993 mee aan Doorbraak.

Commentaren en reacties