Van kleitablet tot GPS
Titel | Wereldtheater |
---|---|
Subtitel | De geschiedenis van de cartografie |
Auteur | Thomas Reinertsen Berg |
Uitgever | Athenaeum - Polak & Van Gennep |
ISBN | 9789025309046 |
Onze beoordeling | |
Aantal bladzijden | 350 |
Prijs | € 36.99 |
Koop dit boek |
Wereldtheater is een meer dan verdienstelijke geschiedenis van de cartografie. Een geschiedenis van wereldbeelden en wetenschappelijke kennis.
Je zou een wereldgeschiedenis kunnen schrijven aan de hand van historische kaarten. Uitgebreide historische atlassen doen dat al eens. Je leert dan niet het feitelijke wereldbeeld kennen van samenlevingen doorheen de geschiedenis (hoe ver reikte hun perspectief, welke delen van het aardoppervlak waren bekend?). Je kunt daar ook heel veel informatie halen uit de wijze waarop samenlevingen naar de wereld kijken, naar culturen, hoe ze die wereld in het universum plaatsen, en welke goden en fabeldieren daarin een rol speelden. Of spelen. Kaarten worden immers gekleurd door de waarden van de eigen tijd, waarin ze gecreëerd zijn.
Dé historiografie van de cartografie is wel The History of Cartography. Dat is een meerdelig project dat in 1987 aan de universiteit van Chicago is opgestart en misschien nooit voltooid zal worden. Deze publicatie is gratis — als pdf — te raadplegen op het internet. Daartegen steekt elke papieren uitgave over de geschiedenis van kaart- en wereldbeelden schril af. En toch valt er aan de hand van kaarten een mooi verhaal te vertellen. Of verhalen. Meervoud.
Noorse casus
Het is dan kwestie van behalve een chronologische leidraad te volgen, ook een specifieke invalshoek te vinden. In het recente boek van Thomas Reinertsen Berg is dat een Noorse invalshoek. Voor ons Nederlandstaligen is dat weleens met de wenkbrauwen fronsen. Een vertaling van een meer dan verdienstelijk boek over cartografiegeschiedenis had baat gehad bij het schrappen van die strikte Noorse hoofdstukken. In 2017 verscheen Verdensteater bij de Noorse uitgeverij Florlaget Press. De vertaling naar het Nederlands rolde vorig jaar van de persen bij Athenaeum onder de titel Wereldtheater.
Maar los van Noorse hoofdstukken die het verhaal brengen van Noorse wetenschappers die door de eeuwen heen hun stuk van de Scandinavische wereld in kaart brachten (letterlijk), is Wereldtheater dus een meer dan verdienstelijk overzicht van de evolutie van het wereldbeeld vanuit eurocentrisch standpunt. De geschiedenis van de cartografie is daarmee een geschiedenis van de West-Europese cartografie. Het lijkt evident, maar dat is het niet. Al blijkt dat laatste pas als de Noorse auteur het over de ontdekkingstochten van de Vikings heeft, die geen kaarten tekenden, noch geschreven informatie over hun zeereizen bijhielden. Zij vertelden elkaar verhalen, gebaseerd op herkenningspunten in het landschap. Al dan niet verpakt als sagen en mythen, om bij het haardvuur of het voorsteven voort te vertellen. Zo werken ook Australische Aborigines herinner ik me van een reis naar Australië. Landschapskenmerken worden antropomorf in verhalen die de endogene bevolking aan elkaar vertelde. Vind anders maar eens je weg in het platste en desolaatste landschap op Aarde, dat the red heart van Australië is!
Mesopotamië
De oudst teruggevonden kaart tot op vandaag is een 2600 jaar oud kleitablet uit Sippara in Sumer (in het huidige Irak), waaruit blijkt dat de wiskunde op dat moment al de kinderschoenen ontgroeid was. De Sumeriërs gebruikten al lengte- en breedtegraden. In Kirkoek, in het huidige Noord-Irak, werd een kaart teruggevonden met windrichtingen. Die dateert uit dezelfde periode. Waaruit blijkt dat in Mesopotamië, dat zowat beschouwd wordt als de wieg van de geschiedenis, ’twee van de belangrijkste principes voor het vervaardigen van kaarten ‘…) bekend waren.
Aan de basis daarvan ligt de ontdekking van de driehoeksmeting rond 3000 v.C. Die driehoeksmeting zou pas terug in de 17de eeuw volop gebruikt worden, in een wedloop tussen Europese natiestaten-in-ontwikkeling om hun stukje onder de zon in kaart te brengen. Ook op basis van die driehoeksmeting berekende de Nederlander Snel Van Royen in 1616 de omtrek van de aarde. Hij zat er maar vier procent naast.
Driehoeksmeting
De geschiedenis van de cartografie is daarmee ook een geschiedenis van de toegepaste meetkunde én van het onderwijs. In Wereldtheater lees ik dat aan de universiteit van Leuven cartografie in de 16de eeuw een apart vak werd. En in 1810 werd aardrijkskunde een verplicht vak in het Noorse basisonderwijs.
Zo leren we ook dat rond het jaar 150 van onze jaartelling een Geografia uit Alexandrië al een handleiding omvatte hoe je de ronde Aarde op plat papier kon tekenen. Ptolemaeus was daar al mee bezig. Iets waar Mercator later ook mee worstelde; tot vandaag geeft die meest gebruikte Mercatorprojectie een compleet fout beeld van de Aarde. Het zuidelijk halfrond wordt daarin immers schandalig onderbedeeld, wat ook weer iets zegt over het filosofische wereldbeeld van de tijd van Mercator tot vandaag.
Cartografie evolueerde evident met ontdekkingsreizen. Het verhaal van Colombus is daarbij meest bekend. Niet dat hij ‘aantoonde’ dat de wereld rond is. Daar bestond géén misvatting over, in tegenstelling tot wat wij zelf uitgeroepen postmodernen weleens menen. Het idee van de platte wereld past in ons superieure denken over ons voorafgaande tijden en samenlevingen. Thales van Milete of Pythagoras toonden immers al aan dat de Aarde rond is. En Aristoteles wou al — 1800 jaar vóór Columbus — via het westen naar Indië varen…
Militaire vooruitgang
Wat we vaak zien bij de evolutie van wetenschappen, wetenschappelijke ontdekkingen en de vertaling daarvan in het dagelijkse leven, zien we ook in de cartografie. Zeker vanaf de vroegmoderne tijd ontstaan er steeds meer kaarten vanuit een militaire behoefte. Als veldheer een idee hebben van de begaanbaarheid van wegen in een vijandig buurland, waar en hoe je je troepen kan inkwartieren en of er voldoende schootsveld is, laat staan een besef van reliëf, kan militair voordeel opleveren. Al zullen later kaarten verboden worden en zelfs vernietigd, opdat ze in tijden van oorlog niet in handen zouden vallen van de vijand. Het centralistische Frankrijk onder Louis XIV was al volop bezig het land volledig in kaart te brengen, wat hem leerde dat het 20 procent kleiner was dan gedacht.
Cartografie leidde tot het beter kennen van het land, omdat zowat elke centimeter in kaart werd gebracht. Boeren kwamen in opstand, want landsheren en overheden zouden het landbouwareaal tot na de komma kunnen berekenen. En daar dan weer belastingen op heffen. De kaarten hielpen ook om het land verder te centraliseren en standaardiseren. En zo tot het samensmeden van de hele natie, wat in het jakobijnse Frankrijk met zijn vele talen en culturen een noodzaak was. Wat de visie van Eugen Weber alleen maar verstrekt: From Peasants into Frenchmen maar dan met de hulp van cartografen, en niet enkel met de bajonet op het geweer.
Uitdagingen
Vandaag stellen er zich nog steeds cartografische uitdagingen. Het landoppervlak onder zee is pas in kaart gebracht in de jaren 1970, en vertoont nog fouten en afwijkingen. Wereldtheater leert waarom we een beter beeld hebben van het reliëf van Venus en de Maan, dan van 70% van de Aarde. Wat er onder de zee is, kunnen we alsnog enkel in kaart brengen met sonars. Scannende satellieten helpen die hoogstens te catalogeren.
Wie interesse heeft in geschiedenis, oude en nieuwe kaarten, wereldbeelden en de evolutie in wetenschappelijke kennis, vindt in dit prachtig en overvloedig geïllustreerde boek zeker zijn of haar gading. Het boek telt 350 blz. Met veel aandacht voor Noorse geschiedenis. Dan kan je geen exhaustieve wereldgeschiedenis schrijven. Onderbelicht vind ik James Cook, die voor het in kaart brengen van het zuidelijk halfrond een ontzettend belangrijke rol speelde.
Dat geldt ook voor Alexander von Humboldt de ‘ontdekker’ van het principe van platentektoniek. Dat hij niet voorkomt in het desbetreffende hoofdstuk is een flagrante misser. Idem voor Nikolaj Pzrewalski die haast op zijn eentje Centraal-Azië en Tibet op de wereldkaart zette. Maar die hiaten nemen niets weg van de leesbaarheid en prachtige illustraties in Wereldtheater.
Karl Drabbe is uitgever van ERTSBERG. Hij is historicus en wereldreiziger en werkt al sinds 1993 mee aan Doorbraak.
Naar goede traditie vindt vandaag voor de tiende keer een grote manifestatie voor meer autonomie plaats in Catalonië. Wat zal de impact zijn?