JavaScript is required for this website to work.

Wie gelooft die mensen nog?

Karl Drabbe27/10/2018Leestijd 4 minuten
TitelElke formatie faalt
SubtitelVerkiezingsbeloftes die nooit worden waargemaakt
AuteurWilmar Bolhuis
UitgeverBrooklyn
ISBN9789492754080
Onze beoordeling
Aantal bladzijden109
Prijs€ 10.00

Vrijwel elke Nederlandse kabinetsformatie mondt uit in een aantal keuzes die niet rijmen met de gepubliceerde verkiezingsbeloftes. Dat blijkt uit academisch onderzoek.

Politici? Allemaal zakkenvullers die valse beloftes maken. Je hoeft geen bruine kroeg meer te betreden om zulke praat te horen. Nochtans blijkt uit academisch onderzoek in Nederland dat alvast die valse beloftes realiteit zijn.

Elke formatie faalt. De titel van het net geschreven boek zou een aankondiging kunnen zijn voor de coalitiegesprekken in Antwerpen, Oostende, Gent, Vilvoorde… In de kern wil Wimar Bolhuis aantonen dat verkiezingsbeloftes keer op keer niet worden uitgevoerd, niet worden gerealiseerd. Het interessante is dat hij er geen strikt politieke – of zo u wil politicologische – invalshoek voor gebruikte, maar een financieel-economische.

Vrijwel elke kabinetsformatie mondt uit in een aantal keuzes die niet rijmen met de gepubliceerde verkiezingsbeloftes.’ Het is de conclusie niet van een avondje stappen in een buurtcafé vol gefrustreerde burgers. Maar het onderzoeksresultaat van een promovendus aan Nederlands meest prestigieuze universiteit in Leiden.  Het boek Elke formatie faalt, is de publieksversie van zijn proefschrift. Wimar Bolhuis is econoom, bestuurskundige en sociaal-psycholoog en levert met dit boek ‘het harde bewijs’, zoals hij het zelf noemt, voor het feit dat politici na de Nederlandse Tweede Kamerverkiezingen afspraken maken die afwijken van wat ze voor de verkiezingsdatum ‘zo vurig’ aan de kiezer beloofden.

Beloftes

Niet dat de kiezer alle beloftes moet wegzetten als ‘structurele leugentjes’. Maar veel van de beloftes, gemaakt in de door de neutrale instelling Centraal Planbureau, verdwijnen in de kast de dag dat de onderhandelingen beginnen voor een nieuwe bestuursploeg.

Bolhuis keek vooral naar sociaaleconomische beloftes en bestudeerde daarvoor sinds 1986 de doorrekende partijprogramma’s en legde die telkens naast de bestuursakkoorden. Een vergelijkende oefening die nog nooit eerder gebeurd was, en geen fraai beeld oplevert. Nolhuis is zich er van bewust dat de bekendmaking van zijn onderzoeksresultaat in dit boek nog meer kiezers de politiek de rug zullen doen keren. Anderzijds, ‘kan het boek worden gezien als een analyse van politieke wetmatigheden rond Nederlandse kabinetsformaties.’ Vooral dat laatste is boeiend, want leerzaam. Het gaat er in België zeker niet anders aan toe, al worden partijpolitieke verkiezingsprogramma’s nog maar sinds kort helemaal uit- en nagerekend.

Te veel/weinig geven

Uit zijn analyse blijkt onder meer:

  • 7/9 van de regeringen (sinds 1986) braken hun belofte om de lasten op arbeid te verlagen (en toch komt die belofte telkens opnieuw terug);
  • álle regeringen gaven veel meer uit aan sociale zekerheid, openbaar bestuur, zorg, internationale samenwerking, milieu … dan beloofd;
  • álle regeringen. gaven veel minder uit aan onderwijs dan beloofd;
  • 4/5 van de kabinetten zorgden voor een verlies van koopkracht van de middenklasse. Lees: het geld wordt bij de middenklasse gehaald, in tegenstelling tot wat beloofd wordt en grote bedrijven mee(r) te laten betalen (wat dus ook niet gebeurt, maar dat had de intelligente lezer al door);
  • sommige beloftes worden zelfs nooit waargemaakt: ‘Keer op keer worden miljarden euro’s volgens een vast stramien anders verdeeld tussen burgers en bedrijven, tussen bepaalde beleidsterreinen en tussen bepaalde inkomensgroepen dan in de doorgerekende verkiezingsprogramma’s stond’

Politieke wetmatigheden

De auteur distilleert hier vijf conclusies uit, vijf politieke wetmatigheden:

  • voorkeur voor hogere uitgaven;
  • voorkeur voor hogere lasten, waarvoor vooral werkende mensen opdraaien;
  • voorkeur voor het bedrijfsleven: de lastendruk voor bedrijven valt telkens lager uit;
  • voorkeur voor herverdeling van de koek in plaats van maatregelen te nemen om de koek te vergroten;
  • voorkeur voor slechts een beperkte verlaging van het overheidssaldo, wat Bolhuis ‘kortzichtig’ noemt: ‘de langetermijnpositie van de overheidsfinanciën (houdbaarheid) verslechtert in regeerakkoorden vaak fors.

Aan de hand van die vijf wetmatigheden, kan je de afspraken in een komende kabinetsformatie ‘met redelijke zekerheid voorspellen’, stelt de auteur.

Waarom?

Waarom is het zover gekomen? Waarom kan een regering geen omslag bewerkstelligen? Bolhuis heeft zes verklaringen die ook weer erg toepasbaar zijn op Vlaanderen/België:

  • de achterban: elke partij wil de eigen achterban paaien en vooral niet schofferen; ‘onwelgevallige bezuinigings- of lastenverzwaringsvoorstellen’ van politieke concurrenten worden van tafel geveegd;
  • partijen liggen waker van de uitslag op verkiezingsdag. Eens die voorbij is, kunnen de ‘standpunten vervolgens weer genormaliseerd worden’;
  • in de campagne wordt er ‘hoog ingezet om het gewenste binnen te halen’, lees: te hoog;
  • elk kabinet start met een programma ‘voor alle Nederlanders’, inclusief alle belangengroepen: niemand mag (te veel) inboeten;
  • ‘status-quo-bias’: ‘in de onderhandeling wordt geen verbetering gevonden voor de ene partij zonder dat dit voor de andere partij een verslechtering is. Daarom kiest men vaak voor het voortzetten van een bepaalde situatie, hoewel geen partij hiermee tevreden is.’
  • geen van de partijen wil overkomen als ‘verliezer’, dus liever samen minder lastenverlichting: minder winst in ruil voor geen verlies.

 

Balans

Elke formatie opnieuw blijkt dat er in Nederland ‘miljarden euro’s kunnen verschuiven ten opzichte van de verkiezingsprogramma’s van de onderhandelaars. Ook maken ze begrijpelijk dat het ten koste kan gaan van democratisch vertrouwen.’ Bovendien blijken de huishoudens in regeerakkoorden altijd minder dan beloofd, en bedrijen in de regel meer dan beloofd.

Elke formatie faalt is een ontluisterend boek. Maar ook een wake-upcall voor wie coalities wil sluiten met een te groot financieel-economisch spagaat tussen de deelnemende partijen. Met de Antwerpse coalitiegesprekken in het achterhoofd, valt Bart De Wevers wens om de ‘droomcoalitie’ met CD&V en Open Vld verder te zetten, plots iets beter te begrijpen.

 

Karl Drabbe is uitgever van ERTSBERG. Hij is historicus en wereldreiziger en werkt al sinds 1993 mee aan Doorbraak.

Commentaren en reacties