Sir Walter Scott schonk Schotland zijn verleden terug
Een impressie van Abbotsford House
Abbotsford House, de residentie van Sir Walter Scott.
foto © HDP
Abbotsford House vertelt veel over Schotland en over zijn bewoner. Een artikel ter nagedachtenis van Doorbraak reisleider Lieven Coppens.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHighlands, whisky, midges en regen. Bestaan er nog Schotsere dingen? Maar wie het land echt wil doorgronden kan niet om Sir Walter Scott heen. Het imposante ‘Scott Monument’ in Edinburgh, dichtbij het treinstation Waverley, toont letterlijk wat voor een reus de man is in het Schotse collectieve bewustzijn. Dat treinstation werd trouwens genoemd naar een roman van Scott en is voor zover bekend het enige station dat de naam van een boek draagt. Dit artikel is opgedragen aan wijlen Lieven Coppens, reisleider van Doorbraak Reizen.
Om de figuur van Sir Walter Scott te leren kennen moet je niet in zijn geboortestad Edinburgh zijn. Je moet afzakken naar de Scottish Borders waar op een schilderachtige wijze de rivier de Tweed doorheen het landschap kronkelt. Daar, ten westen van het pittoreske Melrose, ligt het statige Abbotsford House. De residentie van de Schotse schrijver.
Gewoonlijk zijn kastelen en ‘stately homes’ in het Verenigd Koninkrijk bolwerken van aristocratische geschiedenis en tref je er kamers waar een vorst sliep of zich liet verleiden tot een slippertje. De aanblik van Abbotsford House doet hetzelfde vermoeden, maar daar word je meteen gevangen door de creatieve geest van Scott. Abbotsford was tot aan de negentiende eeuw niets meer dan een boerderij in een romantische rivierbocht. De schrijver, bijzonder vertrouwd met de regio van Melrose, kocht het vervallen Cartley Hole op, sloopte het en liet er een neogotische burcht optrekken.
Kindertijd
Scott groeide op in die omgeving. Hij verbleef er tijdens zijn kindertijd vooral bij zijn tante Jenny. Op zijn tweede geraakte Sir Walter verlamd door een polioaanval. Zijn ouders vonden het beter dat hij het vervuilde Edinburgh inruilde voor de Scottish Borders, waar de natuur helend zou werken op hem.
Scott zou wel zijn hele leven mank lopen, maar er was nog een ander effect. Tante Jenny introduceerde hem tot de rijke folklore van de regio en op die manier raakte de jonge Walter Scott doordrongen van het verhalen vertellen. Dat vormde zijn persoonlijkheid en hijzelf vormde er Schotland mee.
Romantiek
Beïnvloed door de Duitse romantiek schreef Scott gedichten en verhalen die baadden in het Schotse verleden. Rob Roy, Marmion, The Lord of the Isles, Waverly en A Legend of Montrose vormden het collectieve geheugen van de Schotten. Zijn goede banden met de Britse Hannoverkoning George IV schonken hem de vrijheid om te vertellen over Schotse rebellen en opstanden tegen de Engelsen.
Sir Walter slaagde erin om de verloren gewaande Schotse kroonjuwelen terug te vinden in Edinburgh Castle – waar ze vandaag te bezichtigen zijn – en hij overhaalde George IV om in 1822 Schotland te bezoeken en er in een nieuw ritueel de Schotse kroon te aanvaarden. Voor deze gelegenheid liet hij de hele Schotse adel kilts aantrekken, een klederdracht die normaal typisch voor de Highlands was. De edellieden moesten ook in Schotse ruiten opduiken. Die werden na de opstanden van 1745 formeel verboden, maar Scott liet er in 1822 zelfs de Britse koning in opdraven. Sindsdien zijn ze samen met de kilts de nationale dresscode.
Wat Scott vertelt, zegt meer over hem dan over Schotland
De hal van Abbotsford House baadt in deze sfeer van geschiedenis en vertelling. Net als het onthaal van George IV is het een groot theaterdecor. Het schijnbaar houten plafond is van gips en wekt de indruk van middeleeuwse grandeur, maar het is victoriaanse schijn. Tegen de muur hangen er onder meer originele Franse kurassen van de slag bij Waterloo. Scott bezocht het slagveld in 1816 en hij liet er een razend, maar bijna vergeten, interessant werk over na: Paul’s Letters to his Kinsfolk waarin hij in brieven naar huis vertelt over wat hij in Waterloo aantreft, maar waarin hij ook de Nederlanden van toen beschrijft.
Op de schoorsteenmantel van de hal prijken er twee schedels van twee Schotten. Eén schedel is echt, de ander een afgietsel. Scott was aanwezig bij de opgraving van de resten van de belangrijke middeleeuwse koning Robert the Bruce, die de Engelsen versloeg bij Bannockburn in 1314. In het nabijgelegen Melrose Abbey ligt trouwens het hart van Robert the Bruce begraven. Die abdij is al eeuwen een ruïne, of beter gezegd sinds de negentiende eeuw is het een gerestaureerde ruïne.
Restauratie
De victoriaanse restauratie van het vervallen complex is te danken aan Sir Walter Scott. De schrijver liet na de opgraving de Schotse koning een afgietsel maken van diens schedel en die staat nu aan de ene zijde van de schoorsteenmantel. Aan de andere kant kijkt een echte schedel van een gesneuvelde Schot bij Waterloo de bezoeker aan.
Het is althans vermoedelijk een Schot. De schedel werd meegenomen van een plek waar er veel Schotten vielen. Scotts fascinatie voor Waterloo is te verklaren. Door zijn polio kon hij nooit zijn jongensdroom waarmaken: een soldaat worden. Daarom moest zijn fantasie zijn droom vervullen. Ook zijn zoon deed dat door naar het leger te gaan. In het huis hangt een groot portret van Sir Walters zoon in uniform.
Werkplek
Bezoekers kunnen ook de werkplek van de auteur bezichtigen, een plek waar hij zich bijna te pletter schreef. Scott vergaarde een enorme rijkdom door zijn schrijfwerk – daar is Abbotsford het bewijs van – maar in 1825 werd zijn fortuin het slachtoffer van een ferme bankencrisis waardoor hij plots tot over zijn oren in de schulden belandde. Tot zijn dood, zeven jaar later, legde hij zichzelf een strak werkregime op. Hij schreef voortaan om financieel het hoofd boven water te kunnen houden, terwijl zijn gezondheid er flink onder leed.
De voortijdige dood van zijn vrouw Charlotte, een intellectuele Française, in 1826 duwde hem mentaal helemaal naar de rand van de afgrond. Hij vond troost bij zijn kinderen en de vele honden waar de schrijver zo dol op was. Het monument in Edinburgh beeldt hem ook af met een van zijn honden. In de eetkamer van de woning, dat uitkijkt over de Tweed, stierf de populaire schrijver op 21 september 1832, 61 jaar oud. Uiteraard wordt er verteld dat de geest van Sir Walter Scott nog rondloopt in de eetkamer.
De verzamelwoede van de schrijver
In de wapenkamer zijn de wapens die van Waterloo komen te vinden, maar ook de slagzwaarden van de hertog van Montrose en Rob Roy MacGregor. Aanpalend aan het huis vind je de katholieke kapel van de familie Scott. De nakomelingen van de schrijver lieten zijn protestantisme voor wat het was en bekeerden zich tot het roomse geloof.
De Engelse kardinaal John Henry Newman las er de mis en het huis bezit nog de liturgische gewaden en gebedenboeken van de man die in 2019 heilig werd verklaard. Daardoor bezit Abbotsford House nu echte relieken en ze staan er ten pronk voor de bezoekers. Sir Walter Scott had dit ongetwijfeld geweldig gevonden, want de man was een verwoede verzamelaar.
Bibliotheek
De meest imposante ruimte is niet echt verrassend de bibliotheek met een collectie van meer dan negenduizend boeken. Het huist veel unieke exemplaren met een aparte sectie occulte boeken die achter slot en grendel zitten. De schrijver was op zijn hoede voor deze ‘gevaarlijke’ werken. Het plafond in dat deel van de bibliotheek is een exacte kopie van het plafondwerk in de bekende middeleeuwse kapel van Rosslyn nabij Edinburgh.
Maar, niet alleen de boeken zijn indrukwekkend. Centraal in de bibliotheek staan er vitrinetafels gevuld met historische parafernalia zoals de persoonlijke pennenhouder van Napoleon, buitgemaakt in zijn koets tijdens de vlucht na zijn nederlaag bij Waterloo. Je ziet ook een haarlok van de illustere Bonnie Prince Charlie, voorwerpen die William Shakespeare toebehoorden of het kruis waar de Schotse koningin Mary zich aan vastklampte toen ze werd onthoofd en dan de buidel van Rob Roy MacGregor.
Scott hield ervan om zijn gasten te onderhouden met verhalen over de voorwerpen. Het is ook twijfelachtig of alle voorwerpen origineel zijn, met uitzondering van de napoleontische voorwerpen. Maar, Sir Walter huldigde de wijsheid: ‘Never let the truth interfere with a good story’. Vandaag onderhoudt de schrijver nog steeds de bezoekers van zijn landgoed met zijn vele verhalen, maar ook met zijn eigen levensverhaal van succes en verval. Abbotsford House is een echte Schotse parel.
Harry De Paepe bezit een grote passie voor geschiedenis en Engeland. Hij is de auteur van verschillende boeken.
Hebben de Britten de rechtse golf ontweken of is premier Keir Starmer de Britse variant van Joe Biden en lopen zij één verkiezing achter op de VS?
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.