Tayyip tussen Taksim en Tahrir
rellen in Turkije
Het rommelt serieus in Turkije. De sociale media spelen een hoofdrol in het verspreiden van nieuws, ook met Vlaamse stemmen [http://www.doorbraak.be/nieuws/oproep-turkije]. Dirk Rochtus situeert een en ander in zijn politiek context.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHet Taksimplein is het hart van het oude Istanbul en met zijn Atatürk-monument misschien ook wel dat van het seculiere Turkije. Wie daar aan raakt, speelt met vuur. Dat heeft de Turkse premier Recep Tayyip Erdoğan van de moslimconservatieve Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) afgelopen weekend mogen ondervinden.
De beslissing van de Turkse regering om in samenspraak met het politiek gelijkgezinde stadsbestuur het Gezi-park aan het beroemde plein te vervangen door de reconstructie van een Ottomaanse kazerne met daarin een ‘shoppingmall’ past in een geheel van grootse bouwprojecten die in Istanbul – en over heel Turkije verspreid – op touw worden gezet. Een nieuwe brug over de Bosporus hier, een nieuwe internationale luchthaven daar, nieuwe wolkenkrabbers… terwijl tegelijkertijd historische stadswijken tegen de vlakte gaan. Dat alles gebeurt haast op zijn Chinees, waarbij de overheid haar zin doordrukt zonder de minste inspraak van de burgers.
Toen arbeiders enkele dagen geleden wilden beginnen met het vellen van de bomen, kookte het vat vol burgerwoede over. Mensen die anders amper van zich laten horen, protesteerden op vreedzame wijze, andere richten een protestkamp op in het park. De politie greep naar de harde middelen om het kamp te ontruimen. Net daardoor zwol het protest aan en al gauw was het Taksimplein gevuld met duizenden verontwaardigde burgers. Het geweld escaleerde vrijdag. De inzet van traangas en waterkanonnen door de politie had honderden gewonden tot gevolg en volgens Amnesty International vielen er ook al twee doden. De media die op enkele uitzonderingen na door de AKP worden gecontroleerd, hielden er het zwijgen toe over de onlusten, maar hier deden de sociale media hun werk.
Dankzij twitter en facebook verspreidde het nieuws van de bloedige botsingen tussen politie en betogers zich als een strovuur en kwam het ook in andere Turkse steden en provincies tot demonstraties. Zaterdag trok de politie zich terug van het plein – een overwinning voor de demonstranten – , maar de toestand blijft gespannen.
Extremisten
De aanleiding voor het protest waren bedreigde bomen, de oorzaak is de democratie die in gevaar is. Vele gewone burgers ergeren zich al geruime tijd aan de autoritaire regeerstijl van Erdoğan. Maar waarom dan nu pas, nu de AKP al meer dan tien jaar aan de macht is? In november 2002 leek de AKP een lichtbaken van hoop te midden van een vermolmde corrupte politiek. De partij oogde fris en dynamisch en de AKP-regering heeft het afgelopen jaar ook heel wat hervormingen doorgevoerd die in de smaak vielen van de Europese Unie (EU) zoals de beknotting van de macht van de generaals en een zekere opening naar de Koerden. Ook de economie bloeide weer op. De kiezers betuigden Erdoğan hun dank door hem in 2007 en 2009 respectievelijk met 46,58 % en 49,83 % te herkiezen. De premier begon te zwelgen in zoveel succes en populariteit dat hij nog arroganter en overmoediger geworden is dan voorheen. Kritiek op zijn megalomane bouwprojecten wuift hij luchthartig weg, persoonlijke kritiek kan hij ook niet verdragen en brengt hem ertoe processen in te spannen tegen journalisten en zelfs tegen een cartoonist die hem – o wee – als een kat portretteerde.
Erger nog, Erdoğan laat zich minachtend uit over andersdenkenden. Op protest tegen de striktere alcoholwetten die eind mei werden goedgekeurd in het parlement antwoordde hij dat de critici ‘dan maar thuis moeten drinken’. Met eenzelfde laatdunkendheid bestempelde hij de demonstranten op het Taksimplein als ‘extremisten’. Maar de demonstranten zijn niet enkel de klassieke tegenstanders die Erdoğan telt bij de linkerzijde van het politieke spectrum en bij de kemalisten (de naar Kemal Atatürk zo genaamde secularisten), maar ook vele gewone burgers die voorheen nog nooit hun ongenoegen op straat hadden geuit.
Resistanbul
De beelden vol geweld en chaos op het Taksimplein – brandende barricades, een pantserwagen die een demonstrant platwalst, knuppelende politieagenten – doen onwillekeurig denken aan die op het Tahrirplein in Cairo. Sommige media gewaagden zelfs al van een ‘Turkse lente’. Die vergelijking is begrijpelijk maar vergezocht. Bij alle kritiek op de werking van de democratie in Turkije mag het land niet vergeleken worden met Egypte. De burger kan de regering wegstemmen als hij dat wil. Maar als de mensen in Turkije niet op hun hoede zijn, zou het land onder de eigengereide en zelfvoldane premier die Erdoğan is wel eens in despotisme kunnen afglijden.
De massale demonstraties in Istanbul en andere grote steden in Turkije zullen Erdoğan misschien niet van zijn troon stoten. Maar ze zullen wel zijn droom om in 2014 president te worden in rook doen opgaan. Zijn imago heeft enorm veel krassen opgelopen door de demonstraties en door de wereldvreemde reactie erop. De beelden van het brutale politieoptreden zullen hem blijven achtervolgen. Binnen de AKP heerst ook verdeeldheid. Het was president Abdullah Gül die de ontruiming van het plein door de politie gelastte en niet Erdoğan. Die houdt vast aan zijn grote gelijk en noemt zich zelfs een ‘dienaar van het volk’. Maar de woede van velen onder dat volk is nog niet afgekoeld. Leidt het verzet tot de politieke dood van Erdoğan? En gaat Istanbul zo de geschiedenis in als ‘Resistanbul’, zoals te lezen viel op spandoeken van een solidariteitscampagne in het Zuccottipark in New York, het centrum van de Occupy-Wall-Street-Beweging?
<Een goed artikel? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>
Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.
Een volledige ambtstermijn zat er niet in voor de SPD’ers Brandt, Schmidt, Schröder en nu Scholz.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.