JavaScript is required for this website to work.
Europa

Theo Francken: ‘We moeten ngo-schepen verbieden aan te meren in Europese havens’

Theo Francken verwacht dat Europa op strenger migratiebeleid afstevent

Horizon 2024Filip Michiels5/3/2023Leestijd 7 minuten

foto © Belga

Het Europese migratiebeleid zal de komende jaren een stuk strenger worden, voorspelt Theo Francken (N-VA). ‘Er zijn steeds meer landen die dat willen.’

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Terwijl voor de Italiaanse zuidkust afgelopen weekeind nog maar eens tientallen doden vielen na de schipbreuk van een migrantenboot, raakt de federale regering het bij ons maar niet eens over extra maatregelen om de asielcrisis beter aan te pakken. ‘Almaar meer lidstaten beseffen dat we het Europese asiel- en migratiebeleid moeten externaliseren. In ons land blijft dat een politiek taboe’, stelt gewezen staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA).

Bestaan er überhaupt politieke oplossingen om het risico op drama’s zoals vorige week in Italië stevig in te perken? 

Theo Francken: ‘Toch wel. We moeten die migrantenboten geen toegang geven tot de Europese wateren, en hen dus dwingen om terug te keren naar Afrika. Geen enkele migrant zal bereid zijn om 10.000 dollar op te hoesten aan mensensmokkelaars als hij vervolgens hooguit enkele honderden kilometers verder in Tunesië belandt.’

 Heel wat migranten worden op zee ook opgepikt door Europese ngo-schepen: hoe krijg je die ooit zover dat ze hun menselijke lading opnieuw naar Afrika terugbrengen?

‘We moeten die ngo’s de toegang tot de Europese havens ontzeggen. Dat gebeurde in praktijk ook zo tot in 2012, toen het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in het zogenaamde Hirsi Jamaa-arrest bepaalde dat Italië niet langer bootvluchtelingen mocht oppikken op zee om hen vervolgens naar Libië terug te sturen. Sindsdien meren al die boten systematisch aan in Europese havens, met dank aan de al te activistische rechtspraak van het EHRM in Straatsburg.’

Moeten we de ngo-schepen echt volledig de toegang tot Europese havens ontzeggen?

‘Zeker in Italië worden die boten vandaag al bijzonder streng gecontroleerd, maar dat volstaat duidelijk niet. De facto zijn het vandaag gewoon veerdiensten geworden, die mensen oppikken die voor het grootste deel ook helemaal niet in nood zijn. Waarna ze hem netjes naar Europa overbrengen. Mensensmokkelaars bellen gewoon ook met de ngo’s om aan te kondigen dat er nieuwe bootjes vanuit Libië of Tunesië op weg zijn. Dus ja, dergelijke ngo-schepen zouden we eigenlijk moeten verbieden, want ze dienen een politieke open grenzen-agenda.’

Wat dan gedaan met de kleine sloepen, volgepakt met migranten, die op eigen houtje tot in Lampedusa of elders geraken?

‘We moeten die mensen gewoon terugsturen zodra ze in de EU voet aan land hebben gezet.’

Voor zo’n beleid heb je ook een politieke meerderheid én deals met de landen van herkomst nodig. Geen van beiden lijkt vandaag haalbaar? 

‘Ik stel vast dat er op amper vijf jaar tijd op Europees vlak zich een stevige paradigmashift voltrokken heeft. Almaar meer lidstaten beseffen dat we het Europese asiel- en migratiebeleid moeten externaliseren. Gaande van het Verenigd Koninkrijk en Denemarken over Nederland tot Italië en Oostenrijk. In België blijven we voorlopig vasthouden aan het verhaal van snelle screening en terugkeer, iets wat we nochtans al dertig jaar proberen en in praktijk gewoon ook niet werkt. Het aantal illegalen neemt elk jaar nog toe. Ik geef toe dat er vandaag in Europa nog geen politieke meerderheid bestaat voor die externalisering van het asielbeleid, maar geef ons nog vijf jaar en die meerderheid is er wél.’

Dé achilleshiel van zo’n externalisering is natuurlijk dat je deals moet afsluiten met derde landen, en zo meteen ook de deur wagenwijd openzet voor allerlei vormen van politieke druk of zelfs regelrechte chantage…

‘Chantage is inherent aan elk akkoord. Willen we deals afsluiten met pakweg Turkije of Tunesië, dan zullen we daar jaarlijks enkele miljarden voor op tafel moeten leggen, dat klopt. Maar geloof me vrij: dat stelt niets voor in vergelijking met wat het huidige Europese opvangbeleid vandaag kost. Voor ons land alleen al is dat nu jaarlijks 700 miljoen euro, voor Duitsland praten we al snel over enkele miljarden. En dan zwijg ik nog over de maatschappelijke kost van ons huidige model.’

‘Illegale migratie heeft onze grootsteden op enkele decennia tijd haast onherkenbaar gemaakt. Naast die centen vragen derde landen ook meer visa voor hun talentvolle jongeren via circulaire migratie . Daarnaast zullen we onze markt ook meer moeten openstellen voor hun landbouwproducten. Een aantal Zuid- Europese landen vindt dat niet zo fijn, maar het komt er dus op aan een soort globale ruilovereenkomst af te sluiten. En natuurlijk loop je in een bilateraal akkoord ook altijd het risico dat één van beide partijen moeilijk begint te doen, extra voorwaarden stelt of het akkoord zelfs opblaast.’

‘Maar laat ons eerlijk zijn: ook nu stellen we ons bloot aan chantage. In eerste instantie van mensensmokkelaars – die de facto beslissen in welk land ze migranten droppen en tegelijk ook de georganiseerde misdaad voeden – maar net zo goed van ngo’s of van activistische advocaten die extreme procedures voeren tegen de overheid. Waardoor nu binnenkort zelfs de inboedel van het kabinet van staatssecretaris de Moor zal worden geveild. Last but not least worden we nu ook geconfronteerd met de terugkeer-chantage: we moeten Afrikaanse landen op onze blote knieën smeken om enkele tientallen illegalen terug te kunnen sturen.’

Blijft natuurlijk het humanitaire argument: kunnen we het maken om asielzoekers naar landen te sturen die – zacht uitgedrukt – niet echt een voorbeeldige staat van dienst hebben als het op het respect voor de mensenrechten aankomt? Denk aan Rwanda, maar dat geldt eigenlijk net zo goed voor pakweg Tunesië of Egypte?

‘We moeten internationale organisaties die op dat vlak een stevige expertise hebben – bijvoorbeeld de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR – toezicht laten houden op die asielcentra. Zodat de mensenrechten daar effectief gerespecteerd worden. Maar ik vind voor alle duidelijkheid ook dat we in het rijke Europa onze ogen niet mogen sluiten voor de ellende in de wereld. We moeten dus ook veel meer inzetten op hervestiging van zelf geselecteerde vluchtelingen uit oorlogszones die nu al in vluchtelingenkampen zitten, op basis van een vooraf bepaald quotum per jaar.’

‘Tegelijk moeten we onze bijdrage aan UNHCR ook substantieel verhogen, zodat die organisatie de opvangkwaliteit in grote vluchtelingkampen kan verbeteren. Mijn voorstel is dus een breed pakket, het gaat lang niet enkel over pushbacks. Ik geef het je bovendien op een briefje: met zo’n beleid vertrekt er na twee maanden quasi niemand meer met bootjes vanuit Libië of Tunesië. Economische migranten hebben immers helemaal geen zin om eerst een Afrikaans jaarloon te moeten betalen aan mensensmokkelaars en finaal in een asielcentrum buiten Europa te stranden.’

U schiet vaak op het beleid van staatssecretaris Nicole de Moor, maar hoe had u de huidige migratiecrisis dan zelf aangepakt?

‘In de eerste plaats had ik na de coronacrisis veel zwaarder ingezet op harde online-ontradingscampagnes in verschillende talen. Het stond immers in de sterren geschreven dat er een nieuwe migratiegolf op ons af zou komen. De dag dat ik als staatssecretaris vertrok, is die campagne meteen offline gehaald. Mevrouw de Moor mag niet van Groen, en ook een aantal andere regeringspartijen vonden de beelden en ontradende teksten veel te ruw.’

‘Daarnaast zou ze natuurlijk ook al mijn wetsvoorstellen kunnen goedkeuren. Bijvoorbeeld om de voorwaarden voor gezinshereniging stevig te verstrengen, op dat vlak blijven we immers het soepelste land in Europa. Ik heb begrip voor de moeilijke situatie van Nicole de Moor, maar ik heb geen greintje medelijden met de politieke situatie van CD&V in dit dossier. Ze zitten als vijfde wiel aan de wagen in een regering waarvan ze vooraf wisten dat die op vlak van migratie een links open grenzenbeleid zou voorstaan, onder druk van Groen, Ecolo en de PS.’

Op Europees vlak zijn er almaar meer landen te vinden voor de massale bouw van grenshekken om de landsgrenzen te beschermen. Is het geen illusie te denken dat we daarmee – nog los van het enorme prijskaartje – echt een fundamentele verandering kunnen bewerkstelligen? Illegale migratie is een beetje zoals water: het vindt altijd wel een weg, dat bewijst toch ook de druk op de zwaar bewaakte grens tussen Marokko en de EU in de Spaanse enclave Ceuta?

‘De hekkens in Ceuta en Melilla hebben ongetwijfeld al miljoenen illegale migranten uit Afrika tegengehouden. En wat het prijskaartje betreft: we spreken dan over enkele miljarden, maar nogmaals, dat is peanuts in vergelijking met wat de huidige aanpak ons kost. Ik stel vast dat nu ook Finland grenshekken wil gaan bouwen, en ik ben er rotsvast van overtuigd dat er nog veel meer landen zullen volgen. Oost-Europa is op dat vlak al volledig mee, en ook Scandinavië gaat nu overstag. Het verzet tegen een strenger beleid komt vooral nog uit West-Europa, waar linkse partijen dat vanuit een heel moralistisch perspectief benaderen. Maar zie, ook Charles Michel toont zich nu een voorstander van de financiering van hekken en muren door de EU. Dat is dus een kwestie van tijd, en finaal zullen de landen die tegen zijn zich gewoon onthouden bij een stemming.’

Laat het ons ook nog even over Oekraïne hebben: na één jaar oorlog in Europa lijken de Europese NAVO-lidstaten de grens van hoe ver ze willen gaan om Oekraïne te helpen almaar verder op te schuiven. Eerst gaven ze hun verzet op tegen de levering van zware wapens, vervolgens kwam er groen licht voor tanks en binnenkort volgen er misschien ook jets. Kunnen we Rusland en een onberekenbare psychopaat zoals Poetin nog verder in het nauw blijven drijven, vindt u?

‘Voor alle duidelijkheid: de huidige wapenleveringen gebeuren niet onder de NAVO-paraplu, het zijn individuele lidstaten die dat doen. Maar wat mij betreft, kunnen we hierin gerust nog wat verder gaan, zolang het Russische grondgebied zelf niet wordt aangevallen. Poetin moet zich niet in het nauw gedreven voelen: het doel is niet Rusland binnenvallen of Poetin uit de weg ruimen. Hij moet enkel zijn troepen terugtrekken en de territoriale integriteit van Oekraïne respecteren.’

Waarom hebben we de voorbije maanden vanuit Europa dan zelf toch een aantal ‘rode lijnen’ getrokken, die we daarna keer op keer ook zelf overschreden hebben?

‘Ik heb die rode lijnen nooit gevolgd. En ik heb ook geen problemen met de eventuele levering van gevechtsvliegtuigen. We moeten met de Oekraïners enkel duidelijke afspraken maken over de inzet daarvan: die moet zich beperken tot Oekraïens grondgebied. Ook nu zouden ze met sommige raketten perfect al een aantal Russische steden onder vuur kunnen nemen, maar dat doen ze niet. Natuurlijk is een militair conflict altijd tot op zekere hoogte onvoorspelbaar, maar het risico dat Rusland nu kernwapens zou inzetten, lijkt mij persoonlijk erg klein. Poetin kan daar overigens ook niet alleen over beslissen.’

U bent zelf ook er actief binnen de NAVO: vindt u dat Oekraïne op termijn lid moet kunnen worden van de club?

‘Ik vind dat vandaag vooral niet aan de orde. Daar wordt op dit moment te voortvarend over gesproken, zo’n lidmaatschap houdt immers ook flink wat risico’s in. Ook wanneer de Russische troepen effectief verslagen zouden worden, moet er sowieso een soort van vredesakkoord volgen. Ik weet niet of het lidmaatschap van de EU of van NAVO daar dan meteen mee verbonden moet worden. Daar staat dan weer tegenover dat de banden tussen Europa en Oekraïne de voorbije maanden zeer stevig zijn aangehaald – ook al omdat er intussen enkele miljoenen Oekraïners in de EU wonen – en dat het Oekraïense leger na deze oorlog ook het best getrainde leger van Europa zal zijn. Dat heb je dan misschien wel liever binnen dan buiten de NAVO. Maar het wordt sowieso een heel lastige discussie.’

Intussen lopen er volop gesprekken over de uitbreiding van de NAVO met Finland en Zweden, maar blijkt uitgerekend prominent NAVO-lid Turkije de Zweedse toetreding om binnenlandse politieke redenen tegen te houden. Eigen belangen eerst dus, ook in tijden van oorlog?

‘De toetreding van de twee landen is onafwendbaar. De facto worden ze vandaag ook al op haast alle vergaderingen uitgenodigd. Wat de Turken nu doen, is dus vooral gedreven door electorale overwegingen, maar ik ben er zeker van dat beide landen binnen het jaar volwaardig lid zullen zijn. Daar is ook al een gedetailleerd stappenplan voor uitgetekend.’

Intussen blijft België zowat de slechtste leerling van de klas op vlak van defensie-uitgaven: weegt dat binnen de NAVO? Een betekent dit dan ook dat je als lidstaat politiek minder impact hebt?

‘Absoluut. Mocht Alexander De Croo daadwerkelijk nog de ambitie koesteren om secretaris-generaal van de NAVO te worden, dan kan hij die maar beter opbergen. De kans dat hij die topjob nog krijgt, is onbestaande.’

Hoe zit het intussen met uw persoonlijke ambities? Mocht N-VA na 2024 opnieuw toetreden tot de federale regering: opnieuw staatsecretaris voor Asiel en Migratie, of toch maar Defensie, dat nu sterk aan belang gewonnen heeft?

‘(grijnzend) Dat weet ik echt niet, we zullen wel zien hoe de kaarten dan liggen. Ik wil vooral meer Vlaams zelfbestuur. Lukt dat niet, dan moeten we ook niet in de federale regering zitten. Ik heb een brede interesse, al is het internationale aspect wel cruciaal voor mij.’

Filip Michiels is zelfstandig journalist/auteur en schrijft voor diverse Belgische kranten, weekbladen en websites. Hij won tweemaal de Citi Persprijs voor economische journalistiek en was eenmaal genomineerd voor de Belfius Persprijs. In 2022 publiceerde hij de biografie van Bessel Kok: "Chaos & Charisma".

Commentaren en reacties