De Vlaming wijkt nooit
foto © Reporters / EUREKA
Als het op sociale zekerheid aankomt trekken Vlamingen aan één zeel. Voor de verkiezingen bereidt Wallonië zich dus best goed voor.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe algemene en regionale verkiezingen van 26 mei vormen een belangrijke uitdaging. Het gaat hier immers om de leefbaarheid van België.
Zelfs Luc Van der Kelen, voormalig politiek commentator bij Het Laatste Nieuws moet het erkennen: ‘Het probleem met België is immers dat er vaak stabiliteit lijkt te bestaan, maar dat daar ieder ogenblik een einde aan kan komen. Doorgaans lossen we dat op met een staatshervorming, maar ook aan die wonderlijke Belgische methode zijn grenzen. Op een bepaald moment zal er immers niets meer te hervormen zijn, omdat alles al hervormd zal lijken of zijn. Dat stadium naderen we met rasse schreden.’
De zes staatshervormingen die sinds 1970 werden doorgevoerd, vonden plaats in een federaal kader. Maar voor Vlaanderen is dit kader al lang voorbijgestreefd. Sinds 1999, heeft Vlaanderen, via zijn eigen Parlement, duidelijk laten weten dat het op het confederalisme wilde overgaan. Een begrip dat, voor Pierre-Yves Dermagne, PS-fractieleider in het Waals Parlement, maar een droombeeld is: ‘C’est l’expression d’un fantasme.’
Pierre-Yves Dermagne negeert toch een hoofdpunt: Vlaanderen is een natie, zoals duidelijk staat geschreven in het Handvest voor Vlaanderen, dat door de Vlaamse regering in 2012 voorgesteld werd. En de natuurlijke, logische roeping van een natie is een soevereine staat te worden.
Logische strijd
De strijd die door de Vlaamse Beweging sinds meer dan 170 jaar wordt gevoerd, staat ten volle in deze logica. Alles werd gedaan om aan Vlaanderen de kenmerken van een echte staat te geven: één volk, één gebied, één taal, één cultuur. In zijn befaamde brief aan koning Albert I, had Jules Destrée het trouwens goed begrepen; de Vlaming wijkt nooit.
De Waalse Beweging, die als reactie tegen de Vlaamse vooruitgangen ontstond, kon niets beletten. Telkens, om het met Paul-Henry Gendebien te zeggen, was de francofone barricade er één van papier mâché. Van de overdracht van Voeren naar Limburg tot de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, de Franstaligen hebben altijd jammerlijk gecapituleerd.
Voor Joëlle Milquet – Mevrouw Nee – mochten de kinderbijslagen niet gesplitst worden. En alle waren het ook daarover eens: men zou nooit met de N-VA regeren. Nu Benoît Lutgen ontslag heeft genomen als cdH-voorzitter, valt trouwens te merken dat zijn opvolger Maxime Prévot een minder radicale taal hanteert: geen enkele Franstalige partij heeft spontaan zin om met N-VA samen te werken. Maar we leven in een complex land en we weten niet wat morgen mathematisch mogelijk zal zijn. Ik wil dus geen gratuite exclusieven stellen. Maxime Prévot zegt wel dat hij een tseetseevlieg voor de N-VA zal zijn. Dit is een duidelijk geval van ijdele hoop… Volgens de laatste peiling, is de N-VA driemaal sterker dan de cdH!
Grenzen aan solidariteit
Elio Di Rupo wil de splitsing van het land beletten. Niet omwille van patriottisme, maar wel omdat de sociale zekerheid het handelsfonds van de PS is! Met de crisis van Cockerill-Sambre, begin jaren 80, kwam Vlaanderen op het principe van solidariteit terug : Geen Vlaamse cent meer voor het Waalse staal! En de manier waarop Wallonië sindsdien werd beheerd, heeft de geesten zeker niet gekalmeerd. De Walen kunnen toch niet eeuwig de sluiting van de koolmijnen blijven inroepen, dat is intussen meer dan een halve eeuw geleden, laat CD&V-er Hendrik Bogaert opmerken.
De Vlaamse redenering is wel bekend: men kan niet meer solidair blijven met een Waalse regio die niet de geschikte methode toepast om zich te herstellen. Het einde van de financiële transfers vanuit Vlaanderen — zowat 7 miljard euro per jaar — is trouwens over tien jaar al geprogrammeerd.
Hoewel de nieuwe coalitie (MR-cdH) inspanningen doet om het recht te zetten, blijft de Waalse toestand zorgwekkend. Philippe Destatte, de directeur van het Institut Jules Destrée, legt uit: ‘De opeenvolgende toekomstcontracten die door de Waalse regeringen werden gelanceerd, de Marshallplannen en de 12 miljard die door de Europese structurele fondsen werden gestort, dit alles heeft Wallonië niet hersteld. Het heeft nog altijd geen nieuwe start kunnen nemen. Op geen enkel ogenblik. De eerste keer dat ik dat gezegd heb, in 1997, vertegenwoordigde het toekomstcontract minder dan 5% van de regionale begroting. Dat is nog steeds gedeeltelijk waar.’
Men kan dus de vrees en het wantrouwen van Bart De Wever begrijpen tegenover een waarschijnlijke terugkeer van een ‘progressieve’ meerderheid in Wallonië. Het staat natuurlijk Wallonië vrij om de politieke keuzes te maken die het wil, maar laat het ook de financiële verantwoordelijkheid ervoor nemen!
Transfers
In 2002, toen hij voorzitter van de Vlaamse liberalen was, verklaarde Karel De Gucht: ‘Het is onaanvaardbaar dat Vlaanderen voor de gezondheidszorgen meer betaalt en minder terugkrijgt dan Wallonië. Elke Vlaming betaalt 815 euro voor zijn Waalse landgenoot. Dat is acht keer meer dan wat een West-Duitser voor zijn oostbuur betaalt!’
Zeventien jaar later is de toestand niet veranderd, zoals blijkt uit de laatste studie van het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds. Jürgen Constandt, zijn directeur, legt uit: ‘De Vlaming betaalt gemiddeld 8963 euro per jaar aan sociale bijdragen. In Wallonië is dat ruim 2000 euro minder (…). Ik heb geen enkel bezwaar tegen solidariteit op zich, maar we merken weinig tot geen resultaat in Wallonië. (…) In Vlaanderen is de sociale zekerheid een vangnet, maar ik heb het gevoel dat dat in Wallonië voor sommigen meer een hangmat is.’
Dit dossier zal zeker op de tafel van de onderhandelingen liggen, na de verkiezingen van 26 mei. Pierre-Yves Dermagne moet weten dat als de fundamentele belangen van Vlaanderen op het spel staan, de Vlamingen met één stem spreken. En dit is geen ‘fantasme’!
Implosie
In 1981 had François Perin een ‘Bye-bye Belgium’ aangekondigd: ‘Op een bepaald moment, zal het ongelukkige staatshoofd achter een onvindbare regering lopen. België kan imploderen. De Walen zullen dan verplicht zijn een discipline toe te passen waarvan zij geen enkel idee hebben.’
Jules Gazon, professor emeritus van de Luikse universiteit heeft de toestand van een autonoom Wallonië grondig geanalyseerd. Het zou een hels scenario op zijn Grieks zijn. De inspanningen die alle Walen dan opgelegd krijgen, zou zo’n omvang hebben dat er een klimaat van oproer uit zou voortkomen!
Elio Di Rupo heeft dan enkel nog maar zijn ogen om te huilen…
Categorieën |
---|
Jules Gheude (1946) is oud-medewerker en biograaf van François Perin. Hij publiceerde meerdere essays over de Belgische communautaire kwestie. In 2009 was hij voorzitter van de Staten-Generaal van Wallonië, een burgerinitiatief om de Waalse geesten van het post-Belgische tijdperk bewust te maken. Sinds 2010 bezielt hij de Gewif (Groupe d’Etudes pour la Wallonie intégrée à la France). Van 1982 tot 2011 was hij directeur aan Wallonie-Bruxelles International (WBI).
De voorzitters van PS, MR en Ecolo zouden een compromis bereikt hebben over de reorganisatie van de Franstalige instellingen. Al is die niet volledig.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.