JavaScript is required for this website to work.
post

Zware gevangenisstraffen geëist tegen Catalaanse ‘rebellen’

Christophe Bostyn5/11/2018Leestijd 7 minuten
Verkiezingsaffiche van Oriol Junqueras

Verkiezingsaffiche van Oriol Junqueras

foto © Reporters

Zint het Spaanse gerecht op wraak tegen de zgn. ‘Catalaanse rebellen’ door middel van politieke processen?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De Spaanse procureur-generaal maakte dit weekend bekend welke misdaden het parket ten laste legt tegen de Catalaanse politieke gevangenen en welke straffen het daarvoor eist. De zwaarste aanklacht wordt gemaakt tegen voormalig viceminister-president Oriol Junqueras, die van ‘rebellie’ wordt beschuldigd en daar volgens het Openbaar Ministerie 25 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten voor verdient. Carles Puigdemont is de grote afwezige in de lijst van beschuldigden: Spanje laat niet toe dat er bij verstek wordt berecht.

Zware straffen voor Catalaanse ‘criminelen’

Er was nog een kleine hoop her en der in het pro-onafhankelijkheidskamp, waar sommigen verwachtten dat de procureur-generaal mildere straffen zou eisen tegen de achttien Catalanen die in de beklaagdenbank van het Spaans Hooggerechtshof zullen verschijnen. De Spaanse regering van Pedro Sánchez (PSOE) heeft namelijk de stemmen van de onafhankelijkheidspartijen nodig om zijn begroting goedgekeurd te krijgen. Hoewel het parket in theorie onafhankelijk optreedt van de regering, is het de regering die de procureur-generaal benoemt, wat ook gebeurde bij de huidige regering. De laatste hoop is hierbij verdwenen. Catalaans minister-president Quim Torra (van de centrumrechtse PDeCAT) formaliseerde dan ook de weigering van zijn partij om het begrotingsvoorstel te steunen.

Procureur-generaal María José Segarra volgt dezelfde redenering als de controversiële onderzoeksrechter Pablo Llarena en rechtvaardigt de beschuldigingen van ‘rebellie’, een aanklacht die expliciet geweld inhoudt. Zo is het Openbaar Ministerie van mening dat de Catalaanse independentisten als doel hadden de onafhankelijkheid uit te roepen mits het gebruik van ‘alle mogelijke middelen, inclusief het geweld noodzakelijk om de beoogde misdadige doelstelling (onafhankelijkheid, nvdr) te bereiken’. Dit rechtvaardigt het parket door te verwijzen naar de massabetogingen, die een ‘intimiderende kracht’ betekenden. De Catalaanse leiders worden ervan beschuldigd deze ’tumultueuze betogingen’ te hebben ‘geleid’.

Verantwoordelijken Mossos ook beschuldigd

De Catalaanse politie, de Mossos d’Esquadra, zou dan weer moeten hebben gediend om deze ‘criminele doelstellingen te verdedigen’ door ‘exclusief aan de orders te gehoorzamen’ van de toenmalige regering van Puigdemont. Ferran López, de commandant van de Mossos benoemd door de Spaanse regering tijdens de opheffing van de Catalaanse autonomie, verklaarde nochtans voor het gerecht dat de toenmalige Catalaanse minister van Binnenlandse Zaken, de gevangen gezette Joaquim Forn, geen orders gaf aan de Mossos voor hun optreden tijdens het onafhankelijkheidsreferendum. De Mossos waren dus geheel afhankelijk van de orders van het Spaanse gerecht.

Het parket beschouwt dus niet alleen dat majoor Josep-Lluís Trapero en zijn twee politieke verantwoordelijken, César Puig en Pere Soler, schuldig zijn aan ongehoorzaamheid of ‘opstand’ zoals het tot voor kort klonk, maar nu ook aan ‘rebellie’. Het Openbaar Ministerie eist gevangenisstraffen van elf jaar tegen hen. Tegen de luitenant van Trapero, Teresa Laplana, wordt 4 jaar cel geëist wegens ‘opstand’. Majoor Trapero wordt tot op vandaag gekoesterd door de Catalanen wegens zijn doortastende optreden in de aanslagen in Barcelona en Cambrils in de zomer van 2017.

Ook bureau parlement vervolgd

In deze politieke processen zullen niet alleen de vorige Catalaanse regering, de leiding van de Mossos en de pro-onafhankelijkheidsleidersleiders van de burgerbewegingen ANC en Òmnium Cultural worden berecht. Ook de leden van het bureau van het vorig Catalaans parlement die de debatten over onafhankelijkheid toelieten, ondanks het verbod van het Spaans Grondwettelijk Hof, worden vervolgd. Oud-voorzitster Carme Forcadell, recent nog de inzet van een diplomatieke rel tussen Vlaanderen en Spanje, wordt ervan beschuldigd ‘aanstichter en/of leider’ te zijn van ‘rebellie’. Er wordt 17 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten geëist tegen haar.

Voor de andere vijf leden van het parlementair bureau die de debatten toelieten, worden lichtere straffen geëist wegens ‘ongehoorzaamheid’. Tussen hen zit Joan Josep Nuet, een communist die niet voor Catalaanse onafhankelijkheid is, maar wel vond dat zo’n debatten moesten kunnen plaatsvinden. Ook Mireia Boya, toen woordvoerder van het links-radicale CUP en pro-onafhankelijkheid, wordt ‘ongehoorzaamheid’ verweten.

Carles Puigemont en de andere zes Catalaanse politici in ballingschap ontsnappen voorlopig aan een proces gezien het Spaanse gerecht niet toelaat hen in hun afwezigheid te berechten. Zij zouden berecht worden wanneer zij terugkeren naar Spanje of wanneer zij zouden worden uitgeleverd aan Spanje. Daarvoor zou het Spaanse gerecht echter eerst – voor een derde maal – een internationaal of Europees Aanhoudingsbevel moeten uitvaardigen.

Partijen reageren

Naast de PDeCAT van Quim Torra en Carles Puigdemont, liet ook viceminister-president Pere Aragonès (ERC) al weten dat zijn partij geen steun meer zou geven aan de regering van Pedro Sánchez. Hij verwijt Sánchez ‘dezelfde repressieve lijn van Mariano Rajoy aan te houden’. De Catalaanse socialisten beperken zich dan weer in het geven van steun aan de Spaanse moederpartij en vragen dat de Catalaanse onafhankelijkheidsleiders ‘verantwoording afleggen voor ernstige feiten’.

Inés Arrimadas, de regionale leidster van het anti-regionalistische Ciudadanos, gooide opnieuw olie op het vuur en zag het als negatief dat niet de maximumstraffen worden gevraagd. Voor Oriol Junqueras zou dat dan 30 in plaats van 25 jaar cel inhouden. Ze verweet de Spaanse regering ook ‘gunsten toe te staan’ aan de Catalanen door hen in gevangenissen in Catalonië vast te houden, waar ze van een ‘gunstregime’ zouden ‘genieten’. Arrimadas verweet de politieke gevangenen ‘geen respect te hebben voor de democratie’, ‘families te hebben gebroken in Catalonië, bedrijven te hebben doen vluchten en de Spanjaarden te hebben vernederd.’ Ook de Spaanse conservatieve Partido Popular spaarde zijn kritiek niet tegen Sánchez, die wordt verweten een ‘bondgenoot’ van de independentisten te zijn.

De ‘Comuns’, de Catalaanse ecosocialisten van Ada Colau, die noch voor noch tegen onafhankelijkheid zijn maar wel het referendum steunden, vegen de beschuldigingen van tafel als een ‘democratische anomalie’. Het radicaal-linkse CUP ziet dan weer een ‘politiek proces tegen het recht op zelfbeschikking’ en ziet in het proces een ‘staatscomplot om ideologieën en stemmen het zwijgen op te leggen.’

Wat wordt tegen wie geëist?

De beschuldigingen die ten lasten worden gelegd tegen de Catalanen en de straffen die tegen hen worden geëist, zijn de volgende:

Voor het Spaans Hooggerechtshof:

–        Oriol Junqueras (voormalig viceminister-president): 25 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘leider en/of aanstichter’ van ‘rebellie’ en ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum)

–        Jordi Sànchez (voormalig voorzitter ANC): 17 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘leider en/of aanstichter’ van ‘rebellie’

–        Jordi Cuixart (voorzitter Òmnium Cultural): 17 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘leider en/of aanstichter’ van ‘rebellie’

–        Carme Forcadell (voormalig parlementsvoorzitster): 17 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘leider en/of aanstichter’ van ‘rebellie’

–        Jordi Turull (voormalig woordvoerder en minister Catalaanse regering): 16 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’ en ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum)

–        Raul Romeva (voormalig Catalaans minister van Buitenlandse Zaken): 16 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’ en ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum)

–        Joaquim Forn (voormalig Catalaans minister van Binnenlandse Zaken): 16 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’ en ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum)

–        Josep Rull (voormalig Catalaans minister van Milieu en Duurzaamheid): 16 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’ en ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum)

–        Dolors Bassa (voormalig Catalaans minister van Werk, Gezin en Sociale Zaken): 16 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’ en ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum)

–        Carles Mundó (voormalig Catalaans minister van Justitie): 7 jaar cel en 16 jaar ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum) plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Meritxell Borrás (voormalig Catalaans minister van Openbaar Bestuur en Wonen): 7 jaar cel en 16 jaar ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum) plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Santi Vila (voormalig Catalaans minister van Bedrijven en Kennis): 7 jaar cel en 16 jaar ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘misbruik van overheidsgeld’ (voor de organisatie van het referendum) plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Mireya Boya (voormalig woordvoerster CUP): € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Lluís Corominas (lid parlementair bureau): plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Lluís Guinó (lid parlementair bureau): plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Anna Simó (lid parlementair bureau): plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Ramona Barrufet (lid parlementair bureau): plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

–        Joan Josep Nuet (lid parlementair bureau): plus € 30.000 euro boete en 1 jaar en 8 maanden uitsluiting van het uitvoeren van een publiek ambt wegens ‘ongehoorzaamheid’

Voor de Nationale Audiëntie (uitzonderingsrechtbank voor zware misdaad en terrorisme):

–        Josep Lluís Trapero (majoor Mossos d’Esquadra): 11 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’

–        César Puig (secretaris-generaal Binnenlandse Zaken): 11 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’

–        Pere Soler (directeur Mossos d’Esquadra): 11 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘rebellie’

–        Teresa Laplana (luitenant Mossos d’Esquadra): 4 jaar cel en ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten wegens ‘opstand’

Christophe Bostyn is Spanje- en Cataloniëkenner. Hij volgt de Spaanse en Catalaanse politiek op de voet en publiceert daar regelmatig over.

Commentaren en reacties