Brief aan Othman El Hammouchi
'Inclusief nationalisme' als 'één groot wij' is een luchtspiegeling
foto © Håkan Stigson (Pixabay)
Volgens Othman El Hammouchi is de mens wezenlijk identititair. Daarom leidt zijn pleidooi voor islamitische identiteit tot politieke islam.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementBeste Othman,
Allereerst dank ik u hartelijk dat u meedoet aan mijn briefwisselingen: hierdoor kan het bereik van het bijbehorende crowdfunding-project hopelijk weer groeien! Het is allervriendelijkst van u; niettemin heb ik beslist bezwaren tegen (aspecten van) uw visies – die zal ik hier toelichten ter ‘lering en vermaak’ van onze lezers.
In een gesprek bij Café Weltschmerz (met Önder Kaya) ontvouwt u uw visies en noemt u zichzelf nationalist, klein-statelijk, moreel conservatief, aanhanger van de verzorgingsstaat én moslim. Direct vroeg ik mij af: hoe zal u dit alles samensmelten tot een coherente filosofie? Kan dat überhaupt?
Als conservatief verkondigt u dat de menselijke natuur niet maakbaar is en een sterke identitaire dimensie kent – dit is waarom u zich gewenkt voelt door het nationalisme. U beschrijft hoe de Sovjets alle identiteiten ontmantelden vanuit een politiek utopisme: de linkse communisten deden de hang naar identiteit af als ‘vals bewustzijn’. Is er hier mogelijk een raakvlak met de islam? Islamitische overleveringen noemen religies die al eeuwen niet meer bestaan, zoals de Sabiërs. Daarover is niets bekend, omdat de islamitische overheersing ze grondig heeft uitgewist.
Problemen rond ‘inclusief nationalisme’
Dit is relevant omdat u spreekt van ‘inclusief nationalisme’. De islam is in zoverre exclusief dat men zich afzet tegen, neem nu, het joodse volk. Er is een duidelijk niet-zijn – een niet-joods zijn – dat de islamitische identiteit mede bepaalt, omdat het zo expliciet in de statuten staat. Nu is het niet mijn stijl om een groep of een religie te bekritiseren op grond van het slachtofferschap of de ‘zieligheid’ van een andere groep – ik noem dit omdat het duidelijk een grens stelt aan wat u noemt ‘inclusiviteit’.
Inclusief nationalisme omschrijft u als ‘één groot wij’. Juist dit is utopisch: birds of a feather, flock together. Alleen al tegenstellingen tussen stad en platteland en alles wat dit oplevert aan frictie qua economische kansen en sociale mobiliteit, maakt dat ‘een groot wij’ eigenlijk al een fictie is binnen een betrekkelijk cultureel homogene staat. Het utopisme dat u bij de Sovjet-Unie verwerpt, brengt u onder het conservatisme terug. ‘Arbeiders aller landen, verenigt u!’, dat kan al niet – laat staan dat men alle klassen, religies en nationaliteiten kan overbruggen in ‘één groot wij’.
Kan de hoofddoek Vlaams zijn?
Het punt dat dan blijft staan is wat u zegt ‘de hoofddoek is niet Vlaams’. Hoe u dit bedoelt is onduidelijk. Misschien wil u die uitspraak vooral absurd doen lijken en zo ruimte winnen om de hoofddoek in te burgeren binnen de Vlaamse identiteit. Over absurd gesproken: er gingen zelfs stemmen op om slachtfeesten te benoemen als Vlaamse traditie. Zodat ze in een juridische loophole zouden passen waarmee ze ondanks de dieronvriendelijkheid tóch konden doorgaan.
U betoogde dat we moeten steunen op het tribalisme om het ‘nieuwe wij’ te scheppen – Kaya noemde dit ‘binnenwaarts exclusief’. Identiteit tot beleid maken is gevaarlijk, zegt u. Neen, het zijn juist globale ontwikkelingen die daartoe dwingen! Chinese overnames banen zich via de economie een weg naar onze consensusmodellen en bestuurscultuur. Denk ook aan sociale media en andere techbedrijven: die onderwerpen Europese cultuurcreatie aan Amerikaanse richtlijnen.
Eerlijk moet ik toegeven dat ik me tevoren niet heb verdiept in uw oeuvre noch in wat er over u geschreven is – ik heb het gesprek onbevooroordeeld beluisterd en dit was omdat de heer Kaya mij er enthousiast voor maakte. Gaandeweg merkte ik dat u zich achter de seculiere en nationaalconservatieve stroming schaart, en met een beroep op ‘inclusiviteit’ een groeiende ruimte wil scheppen voor de islam om deze stroming te doordringen en zich daarbinnen te manifesteren.
Politieke islam
Maar onderaan de streep zie ik geen compromis tussen seculier nationalisme – hoe identitair of inclusief ook – en de islam. Want dit is politiek en door de islam hierin te mengen wordt de islam óók politiek. De politieke componenten van de islam worden althans geactiveerd. Ik denk dat u dit weet – als ik u aanhoor dan blijkt dat u intelligent bent. Dit betekent dat u hoopt dat uw publiek hier overheen stapt en om die reden praat u zo gemoedelijk over inclusiviteit. Als dit juist is, dan maakt dat uw visie zelfs gevaarlijk.
Want door de islam in de politieke sfeer te trekken zal de islam politiek worden: dit is voor geen seculiere rechtsstaat ooit goed gegaan en een goede uitkomst valt ook niet te verwachten. Immers in de islam geldt het leven van Mohammed en zijn regime als hét na te volgen voorbeeld. Dit is inclusief een eigen rechtssysteem van sharia dat het seculiere recht vroeg of laat overvleugelt en onttroont.
Het is bizar hoe snel dit kan gaan. Toen ik Indonesië noemde als voorbeeld van een ontspoorde seculiere staat, zei een links persoon: ‘Dat is een heel verkeerd voorbeeld – dat land is totaal radicaal!’ Dit choqueerde mij enorm. Want nog maar vijf jaar terug noemden vele liberale mensen steeds Indonesië als voorbeeld van een perfecte multiculturele democratie, waarin alle religieuze groepen ontspannen samenleven. Zo ziet u hoe snel het collectief bewustzijn wordt herschreven!
Mislukt secularisme
Religieuze traditie is een aparte sfeer, stelt u, maar in geen land is zó hard geprobeerd om de islam tot die sfeer te beperken als in Turkije – zelfs daar is het niet gelukt. Vijftig jaar lang was de islam daar gewoon een religie naast andere religies, en werd toen opnieuw politiek. De islam heeft geleerd van het lot van het Westerse christendom – heeft gezien hoe het hier is verwaterd als een gevolg van nieuwe progressieve vrijheden en economische ontwikkelingen. De islam heeft zich daar beter tegen bestand gemaakt dan het christendom.
Net zo moet het seculiere Westen leren van andere seculiere staten die zich hebben laten uithollen door de islam. Want dat is een feit dat u onder ogen moet zien, en wie dit niet onder ogen wil zien, wie dit ‘exclusief’ noemt, die is een wegkijker. Precies om dit wegkijken te faciliteren volgt dan altijd het gepraat over ‘fatsoenlijk rechts’, met andere woorden een praatje voor de vaak.
Links gebruikte moslims als ‘kiesvee’
In het gesprek zegt u dat de orthodoxe moslim een djellaba moet kunnen dragen maar dat djellaba’s dragen in Europa onnodig is. Bedoelt u niet, laat die djellaba’s nog in de kast hangen want dit maakt burgers wakker? U zegt namelijk: ‘dat is ook niet wat de Profeet droeg’. Daarmee is de Profeet toch weer hét voorbeeld waar de maatschappelijke orde aan wordt afgemeten. Ik vergeef het u omdat u een andere geniale observatie uitspreekt, namelijk dat ‘links de moslims gebruikt als kiesvee’.
U roept Turken op om Arabische boeken te lezen en Marokkanen om zich te verdiepen in Ottomaanse geschriften, ‘maar niet als Turk of Marokkaan maar als moslim’. Dit bouwt aan een islam-identiteit die zich vestigt onder de bestaande maatschappelijke instituties. Met andere woorden: u zegt dat migranten de nationale identiteit van hun herkomstland moeten loslaten, maar pleit intussen voor het (re)vitaliseren van klassiek Arabisch en Turks onder moslims. Het ruikt ietwat naar taqiyya in die zin dat u een conservatief inclusief politiek verhaal houdt maar daaronder een Umma sfeer opkweekt waarin Turken en Marokkanen vooral en eerst moslim zijn.
Idealen en belangen zijn niet zonder meer te scheiden
Voorts stelt u dat we in de politiek ‘moeten kijken naar belangen, op empirische wijze, niet naar idealen’. Maar met die benadering pretendeert de toeschouwer beter te begrijpen wat het belang is van de politieke actor, dan die actor zelf. Sowieso – in welke termen moeten wij die ‘belangen’ dan berekenen en waarderen? Het standpunt dat idealen constructies zijn om personen in dienst van een politiek belang te doen handelen is onvolledig zonder een meta-positie om dit belang te waarderen.
De idealen zijn een geïntegreerd deel van de zelfopvatting van de handelende actor en daarmee van zijn of haar belangen. Neem de protestante adel die tegen het katholicisme in opstand kwam: zij hadden daar meerdere redenen voor. Een economische – het land van de katholieke kerk kon worden gevorderd. Een politieke – men kon de besluiten van de keizer naast zich neerleggen, want de keizer steunde de paus en dat was een foute vorst. Een religieuze – de interpretatie van het christendom door Luther en Calvijn zou de juiste zijn. De Koude Oorlog – een recenter geopolitiek conflict – had ook een sterk ideële inzet. Vandaag zijn, wat idealen betreft, mensen die ‘progressief zijn met de handen in de modder’ ver te zoeken…
Multipolaire wereldorde
Veel interessanter dan te converseren over ‘idealen’ vindt u een gesprek over ‘machtsbelangen in een multipolaire wereldorde’. Dat is relevanter, zegt u, dan een gesprek over vrijheid, de Verlichting en democratie. Dit ziet u verkeerd, want juist vrijheid en de Verlichting zijn identitaire elementen die het Europese cultureel-politieke karakter bepalen. Als we die niet meer afbakenen en laten meewegen in onze geopolitiek, dan stomen we onszelf inderdaad klaar om ons in te voegen in een model van ‘prosperity without freedom’ – een model dat beter past bij een islamitische oliestaat.
Nu heeft u gelijk dat realisme in internationale betrekkingen op weinig goedkeuring kan rekenen door de publieke opinie. Maar juist hierover schreef ik dat Forum voor Democratie dit realisme wél uitdraagt – juist dan springt u op de kar van mainstream media om FvD te bashen als bruin-fout-fascistisch.
Toch heeft Kaya wel een punt: als het om binnenlandse politiek gaat zijn allochtonen nauwelijks te mobiliseren, totdat iemand met een Palestijnse vlag wappert. U reageert daarop met meer statements over ‘foute bruine politiek’ en betoogt dat ‘politiek weer saai moet worden’. Terwijl u net zegt dat het de menselijke natuur zelf is die maakt dat mensen existentieel-identitair gevoelig zijn en op die wijze tot politiek komen.
Neutraliteit blijft van groot belang!
Tot slot relativeert u het belang van neutraliteit. ‘Het moet niet gaan over geen hoofddoek in de school’, stelt u: ‘het moet gaan over persoonlijke vrijheid’. Neen – als we u serieus nemen, dus écht die aanzuigingkracht van identiteit serieus nemen zoals u die centraal stelt in uw mensbeeld, dan moeten wij er rekening mee houden dat de islam zó dominant wordt, dat ze andere identiteiten overwoekert. Juist daarom is neutraliteit van groot belang. Veel allochtonen begrijpen dit omdat ze uit moslimlanden komen waar ze dat zagen gebeuren – en stemmen daarom Vlaams Belang of N-VA.
Het is ook een stijlbreuk met uw eerdere relaas. Het frame ‘persoonlijke vrijheid’ is in deze juist een wending tot het postmodernisme: het ‘authentieke ik’ verheffen boven het laïcisme als collectieve waarde. Wie echt meent dat die hang naar identiteit zó dominant is over het persoonlijke ego, het persoonlijke ik, vanuit de menselijke aard, die moet óók snappen dat de publieke ruimte inzet wordt van een strijd tussen collectieve identiteiten, waarbij er één uiteindelijk de rest verdringt.
Dan wil ik u tot slot bedanken dat u zo vriendelijk bent om zich open te stellen voor deze kritische bespiegelingen – ik kijk met enthousiasme uit naar uw respons.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Personen |
---|
Sid Lukkassen (1987) studeerde geschiedenis en filosofie. Hij is onafhankelijk denker, vrijwillig bestuurslid van de Vlaamse Club Brussel en inspirator van De Nieuwe Zuil. Hij schreef onder andere 'Avondland en identiteit' en 'Levenslust en Doodsdrift'. Hij promoveerde op 'De Democratie en haar Media'.
‘Delirium’ brengt de roerige periode rond de moord op Theo van Gogh weer tot leven. Het boek is echt de moeite waard!
Evolueren we naar een politiek model zoals in een communistische eenpartijstaat? Ontdek het in ‘Ondernemen in Achterland 1.0’.