Catalonië: een processie van Echternach?
Oriol Junqueras en Carles Puigdemont; vice- en minister-president van Catalonië in het Parlament.
Het was een bewogen week in Catalonië. Het aftellen is begonnen naar het effectief uitroepen van de Catalaanse republiek.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementEr werd al een tijdje uitgekeken naar de toespraak vorige dinsdag van Carles Puigdemont, minister-president van Catalonië. Voor de onafhankelijkheidsbeweging was het dé dag: de onafhankelijkheid wou eindelijk uitgeroepen worden! Vanuit Madrid werd dan weer alles in paraatheid gebracht om met harde middelen elk dergelijk project tegen te houden. De ingevoerde politiemachten stonden klaar om tussen te komen en zelfs een normale sessie van het Catalaans parlement op maandag werd op voorhand door het Grondwettelijk Hof geschorst uit voorzorg. De dag eindigde echter anders dan verwacht voor velen.
Communicatieve flater
Dinsdag had de dag moet worden van de onafhankelijkheid. De – belangrijke – inhoud van Puigdemont’s toespraak, de onafhankelijkheidsverklaring, werd echter overschaduwd door een gebrekkige communicatie en een slechte enscenering. Al enkele maanden wordt de informatiestroom vanuit de Catalaanse regering streng gecontroleerd en beperkt. Deze keer zo streng dat wie die moest communiceren zelfs niet eens wist wat er ging gebeuren. Het was zelfs zo erg dat o.a. de Catalaanse publieke omroep TV3 de ondertekening van de onafhankelijkheidsverklaring niet rechtstreeks meer uitbracht omdat ze niet wist dat die geprogrammeerd stond. De anders communicatief zo sterke Puigdemont had er ook niets over vermeld in zijn toespraak. Het gevolg was dat de menigte die verzameld had aan de Arc de Triomf, dicht bij het parlement, teleurgesteld en vertwijfeld afdroop nog voor de ondertekening plaats vond.
Catalaans minister-president Carles Puigdemont gaf een retorische goede toespraak, met een historisch overzicht van de verzuchtingen van Catalonië, hoe Spanje hierop reageerde en hoe Catalonië steeds had getracht bij te dragen aan de democratisering en vooruitgang van Spanje. Hij sloot af met een onafhankelijkheidsverklaring om die dan onmiddellijk te schorsen voor internationale bemiddeling. Strategisch gezien niet eens zo slecht, aangezien de internationale gemeenschap sterk aandrong op onderhandelingen en een moment om tot afkoelen te komen. Zwitserland bood aan te bemiddelen tussen Barcelona en Madrid, maar werd al even snel weggewuifd door Mariano Rajoys regering, die het blijft behandelen als een louter interne zaak. Daarmee wordt ook duidelijk wat de Catalanen willen aantonen: er is geen onderhandelen mogelijk met Madrid en daarmee stelt het Madrid dan ook verantwoordelijk voor het geval een harde breuk plaats vindt.
Madrid blijft politiegeweld ontkennen
Het buitensporig politiegeweld tijdens het referendum van 1 oktober werd ondertussen afgekeurd door Amnesty International, Human Rights Watch, de Raad van Europa, Belgisch eerste minister Charles Michel en andere internationale leiders, maar Madrid weigert toe te geven. De woordvoerder van de Partido Popular in het Spaans parlement, Rafael Hernando, ging zelfs zo ver te verklaren dat de Generalitat ‘valse beelden heeft getoond van onbestaand politiegeweld’. De woordvoerder van Ciudadanos in het Spaanse parlement, Juan Carlos Girauta, vroeg de minister van Buitenlandse Zaken dan weer hoe het mogelijk was dat de buitenlandse pers schreef over buitensporig geweld, volgens hem een verhaal en beelden die ‘aangereikt werden door de Catalaanse regering’.
De sociaaldemocratische PSOE gaf dan weer haar volledige steun en vertrouwen aan de Spaanse politiediensten. De ontkenning heerst in Madrid, waar op de dag van de nationale feestdag, 12 oktober, de politie voor de eerste keer in 30 jaar opnieuw mocht deelnemen aan de optocht.
Ondertussen heeft de ministerraad artikel 155 van de grondwet in gang gezet. Dit artikel laat toe de autonomie van een regio af te nemen en direct bewind vanuit Madrid te voeren. Puigdemont kreeg een ultimatum: tegen maandag moet hij ten laatste laten weten of hij inderdaad de onafhankelijkheid uitriep. Indien hij dat bevestigt, geeft Madrid hem drie dagen de tijd om ’tot de legale orde terug te keren’. Zo niet zal de Senaat formeel gevraagd worden de autonomie van Catalonië op te heffen. De Partido Popular krijgt hierin de steun van zowel Ciudadanos en de PSOE.
De Baskische optie?
Volgende maandag worden de leiders van de twee grootste pro-onafhankelijkheidsorganisaties ANC en Òmnium Cultural, samen met de majoor van de Catalaanse politie Josep Lluís Trapero, opnieuw voor de Audiencia Nacional gedagvaard in de zaak van ‘opstand’ op 20 september. Toen belette een volksmassa de Guardia Civil te vertrekken uit het Catalaanse ministerie van Economie. De twee leiders, Jordi Sànchez en Jordi Cuixart, zouden zich volgens de procureur-generaal schuldig hebben gemaakt aan georganiseerde opstand. Ondertussen werd ook duidelijk dat de Guardia Civil aan de Audiencia Nacional vroeg om de banktegoeden van ANC en Òmnium in beslag te nemen. De Guardia Civil blokkeert nu ook al meer dan 200 websites, zonder gerechtelijk bevel en op laste van procureur-generaal José Manuel Maza, een vertrouweling van de regering Rajoy.
Het doel van Madrid laat niet veel aan de verbeelding over en werd al toegepast in Baskenland: organisaties en politieke partijen buiten de wet verklaren, waarna verkiezingen worden georganiseerd en een unionistische coalitie aan de macht kan komen. De finale vraag die rest is dan wie effectief Catalonië controleert. Eens die vraag beantwoord, weet men ook of de onafhankelijkheid van Catalonië mogelijk is.
Deel onafhankelijkheidsbeweging mort
In de internationale pers en gemeenschap werd de uitgereikte hand van Puigdemont dan wel goed ontvangen, bij een deel van de onafhankelijkheidsbeweging werd de zet van ‘een tijdelijke opheffing van de effecten van de onafhankelijkheidsverklaring’ gezien als een onnodig en onverantwoord uitstel dat de beweging demoraliseert. Daarvoor vinden ze steun bij de antikapitalische CUP, de kleine links-radicale pro-onafhankelijkheidspartij, die de regering Puigdemont aan een meerderheid helpt. De CUP weigerde deze opheffing te laten opnemen in de verklaring, waarop Puigdemont deze dan enkel in zijn toespraak opnam. Indien Puigdemont binnen de maand de onafhankelijkheid niet doet intreden, trekt de partij haar steun terug in.
Ondertussen is het aftellen naar de activatie van art. 155 en hoe Madrid zal reageren. Gezien tot nu toe steeds de harde lijn gevolgd werd, zullen de Catalanen eraan zijn voor de ‘zachte ontkoppeling’.
Christophe Bostyn is Spanje- en Cataloniëkenner. Hij volgt de Spaanse en Catalaanse politiek op de voet en publiceert daar regelmatig over.
Spanje krijgt Carles Puigdemont maar niet te pakken. Ondertussen maakt het zich ‘belachelijk’ aldus een triomfantelijke Puigdemont.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.