JavaScript is required for this website to work.
Ethiek

De anti-abortusbeweging is gebaseerd op een giftige fantasie

Jan Van Peteghem24/7/2022Leestijd 5 minuten

foto © Unsplash

Het recht op abortus beknotten is schadelijk voor een gezonde en respectvolle samenleving. Laat ons op het oordeel van de vrouw vertrouwen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een foetus heeft geen stem’, zo kopte het artikel in het NRC. Jawel, mevrouw Meuleman fulmineert terecht tegen een Amerikaanse clip van de pro-lifebeweging, waarin een foetus, voorzien van een stemmetje van een vierjarig kind, smeekt om geboren te worden. Hierdoor voelt de vrijdenkende bekijker zich medeplichtig aan kindermoord.

Het recht op leven

‘Het recht op leven’, wordt dan getoeterd. ‘Vermeende rechten’, stelt de auteur van het opiniestuk. Vanaf welk stadium kan een ongeboren vrucht immers aanspraak maken op leven? Kan een klompje cellen in volle ontwikkeling overtuigend argumenteren inzake het recht op zijn leven? En over welk leven gaat het dan? Nog een citaat: ‘Op jonge leeftijd krijgt een ongewenst kind vaak voor zijn kiezen dat het een ongelukje was.’ Ga als kind maar eens door het leven met de wetenschap dat je een ‘ongelukje’ bent.

Verder maakte de redacteur van dienst de volgende overdenking waartegen weinig in te brengen is. Die luidt: ‘In geen enkel Amerikaans filmpje horen we een foetus met de overslaande stem van een tiener vertellen over de knagende zelfmoordgedachten. Of van een man op middelbare leeftijd die geen baan heeft en geen gezonde liefdesrelatie kan onderhouden, omdat hij nooit de liefde van zijn moeder heeft gekend.’ Wel, die zit!

Mijn vrijwilligerswerk doet me tweemaal nadenken

Ik steek meermaals per week een handje toe in een kleinschalige instelling in Leuven die tot doel heeft ex-psychiatrische patiënten (met inbegrip van dezen die zich opmaken voor een definitief afscheid van het psychiatrisch ziekenhuis St. Kamillus in Bierbeek, regio Leuven) stapsgewijs te re-integreren in de samenleving. Ik doe mijn vrijwilligerswerk graag en met volle overtuiging, temeer omdat ik merk dat ik in alle bescheidenheid een bijdrage kan leveren. Dit, in weerwil van het feit dat deze mensen diep gekwetst door het leven gaan — en terwijl ik mij realiseer hoe onoplapbaar die psychische kwetsuren zijn. De voorbije twee weken hebben twee van ‘mijn cliënten’, onder wie een erg lieve man, daar zelfmoord gepleegd. Dat slaat je plat.

Recht op een goed leven

Velen onder het doelpubliek van mijn vrijwilligersbesognes hebben een verleden in een jeugdinstelling achter de rug. Voor een nogal groot deel van hen volgde hierop een verblijf in de jeugdafdeling van de psychiatrie. Allen (nagenoeg zonder onderscheid) gaan zorgelijk door het leven, en wijzen naar hun ouders die blijkbaar toentertijd niet in staat waren om hun kinderen de nodige affectie mee te geven. Dat laat zijn sporen na tot op de middelbare leeftijd.

Recht op leven, jawel. Maar is het ‘recht op een goed leven’ niet even belangrijk? Probleem: godsdienstige autoriteiten zijn doorgaans nu eenmaal weinig bekommerd om het menselijk geluk of de kwaliteit van het leven. ‘Goed leven’ speelt als waarde niet mee in de meeste godsdiensten, wel opoffering en versterving. Niet erg verstandig, nietwaar?

Recht op onvoorwaardelijke liefde

Zoals in een ander artikel uit dezelfde krant, van de hand van een pedagoge, stond: ‘Kinderen hebben recht op onvoorwaardelijke liefde.’ Veel nadruk werd gelegd op het belang van de onvoorwaardelijkheid van die ouderlijke genegenheid.

Mijn beredeneerde mening: de ouder die die onvoorwaardelijke liefde niet vermag te geven en dan toch tot een bevalling overgaat, díé maakt zich pas schuldig aan kindermishandeling. Die ouder zou dus best bestraft worden (en mag voor mijn part in detentie), eerder dan de vrouw die abortus laat uitvoeren omdat ze meent dat ze haar kind later onmogelijk behoorlijk kan opvoeden. Onvoorwaardelijk bemind worden is, met andere woorden, een elementair kinderrecht, en ouders die niet in staat zijn om hun kinderen die liefde te geven, blijven (vooralsnog) best weg van het ouderschap. Zo niet, dan krijg je jongeren die op latere leeftijd mogelijkerwijs behept zijn met een borderline-problematiek. Voor hen is het leven een ware lijdensweg (en dat geldt al evenzeer voor de mensen rondom hen: ik ben op dit vlak een ervaringsdeskundige).

Een wantrouwen in de menselijke natuur

Het blijft voor de schrijver een mysterie waarom vooral godsdienstig geïnspireerden (of de daarboven liggende organisaties) zich zo sterk verzetten tegen een soepeler abortusregeling.

Autocorrectie: bij nader inzien gaat het helemaal niet om een mysterie, maar om een logische consequentie van godsdienstige dogma’s. Ik kan niet met enig gezag spreken over andere godsdiensten, maar in de rooms-katholieke traditie wordt het leven beschouwd als een geschenk van God. Niets is natuurlijk minder waar, want het vertrekpunt dat elk nieuw leven een bewust individueel scheppingsproces inhoudt is nooit bewezen. (En het is bovendien erg vergezocht en weinig rationeel.) Een foetus is gewoon het resultaat van een handeling met gevolgen, waarbij een spermacel zijn weg vindt naar een eitje in de moederschoot. Vanaf dat ogenblik gaat het om een mechanisch-biologisch gegeven dat de ongeboren vrucht tot rijping brengt. Niks ‘wil van God’ of scheppingsdaad: het is de natuur die zijn gang gaat.

En wanneer je dan, als gelovige sterveling, van mening bent dat een ongeboren leven een bewuste acte van het Opperwezen is (die blijkbaar niet veel inzit over de kwaliteit van het leven dat daarna moet komen), past het natuurlijk niet om daar een stokje vóór te steken.

Deze, in mijn ogen weinig christelijke, houding heeft alles te maken met het wantrouwen in ’s mensen oordeel. Wie is er beter geplaatst om uit te maken of een kind kans maakt op een goede ontwikkeling — gegeven de situatie waarin het terechtkomt bij de geboorte — dan de moeder, hopelijk daarbij ondersteund door de vader? Abortus pleeg je niet zomaar zonder nadenken, zelfs niet in landen met de meest liberale reglementering ter zake. Geen enkele medicus of psycholoog kan daarbij een zinnige bijsturing geven op het denkproces van de aanstaande moeder dat aan de abortusdaad voorafgaat.

Vertrouwen in oordeel moeder

Laten we dus gewoon vertrouwen koesteren in het oordeel van de moeder in spe, die allicht na langdurig wikken en wegen tot de abortus overgaat. ‘Baas in eigen buik’, jawel; maar dit heeft niks met feminisme te maken. Wel met mensenrechten en de overtuiging dat mensen hun eigen verantwoordelijkheid behoren te nemen — en dat veelal ook kunnen en doen, mits daartoe aangezocht.

Dit impliceert natuurlijk niet dat abortus een gewone medische ingreep is. Wel integendeel: zo’n medische interventie moet je grondig voorbereiden en begeleiden. En externe deskundige ondersteuning moet je dan ook mogelijk maken, dan wel verplichten. Geen enkel zinnig mens is vóór abortus, vaak is abortus louter een minder slecht alternatief dan alle andere (en slechtere) opties die nog openstaan. Laten we er dus vertrouwen in hebben dat moeders die tot een dergelijke zware ingreep overgaan daar alle redenen toe hebben, en dan stoppen met zwaaien met ethische/godsdienstige en vooral culpabiliserende argumenten.

Enige rationaliteit is welkom

Schrijver dezes mocht geen ingenieur zijn, indien hij zijn argumentatie niet zou ondersteunen door harde cijfergegevens. Ik heb altijd weten beweren, op basis van cijfergegevens, dat abortus in landen met een restrictieve reglementering minstens even frequent voorkomt als in landen die op dit vlak een liberale houding tentoonspreiden. Met als pikante aanvulling: indien abortus in die restrictieve, maar intellectueel weinig begaafde, landen clandestien wordt gepleegd, gebeurt dit doorgaans in niet-aangepaste omstandigheden. Er worden dan vaak technieken gebruikt die moeders lichaam en geest schade berokkenen.

Dus, waarde overheid: blijf met je vingers uit ’s mensen privéleven en veroordeel geen dames die overgaan tot een abortus — laat staan dat je hen zou vervolgen of bestraffen. Net zoals je niet gaat optreden tegen burgers die ‘zich schuldig maken’ aan homoseksuele/lesbische handelingen. Het gaat hier om een privé-overweging die alleen in de handen ligt van de betrokken toekomstige moeder, want het gaat om haar leven en dat van haar ongeboren kind.

Het recht op abortus beknotten is schadelijk voor een gezonde en respectvolle samenleving. Voilà, mij lijkt dat dit erdoor kan als synopsis.

Jan Van Peteghem is ingenieur en emeritus-gasthoogleraar verbonden aan de Faculteit Ingenieurswetenschappen van de KU Leuven. Zijn beroepservaring en wetenschappelijk werk draaien grotendeels om de arbeidsomstandigheden en -voorwaarden, meer in het bijzonder de veiligheid en de gezondheid op het werk.

Commentaren en reacties