Droef gestemd over de geopolitieke situatie, verdiepte ik me opnieuw in Plato’s dialogen. Hierdoor kwam ik uit op de Gorgias, alwaar ik werd geconfronteerd met het volgende citaat: 'Kallikles: Wanneer je ergens slecht in bent, ontwijk en beschimp je dat. Het andere prijs je, uit eigenliefde, omdat je gelooft dat je zo jezelf prijst' [485 A]. De Atheense staatsman Perikles deed een vergelijkbare uitspraak: 'Lof die over anderen uitgesproken wordt is slechts te verdragen zolang ieder meent ook zelf iets…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Droef gestemd over de geopolitieke situatie, verdiepte ik me opnieuw in Plato’s dialogen. Hierdoor kwam ik uit op de Gorgias, alwaar ik werd geconfronteerd met het volgende citaat: ‘Kallikles: Wanneer je ergens slecht in bent, ontwijk en beschimp je dat. Het andere prijs je, uit eigenliefde, omdat je gelooft dat je zo jezelf prijst’ [485 A]. De Atheense staatsman Perikles deed een vergelijkbare uitspraak: ‘Lof die over anderen uitgesproken wordt is slechts te verdragen zolang ieder meent ook zelf iets te kunnen presteren van wat hij hoort. Overschrijd die grens en men is jaloers en ongelovig.’ Nu wil het zo nog wel eens gebeuren dat zeer nobele en waardevolle zaken – zoals de filosofie – voor onpraktische nonsens worden versleten.
Domme kinderen
Hannah Arendt wees erop dat ons moderne denken sterk geneigd is de wereld te duiden in termen van ‘wat levert ’t op?’ Van de filosofie is dan niet direct duidelijk wat het oplevert, waardoor het bestaansrecht van de wijsbegeerte in het gedrang raakt. Echter, zo stipte zij eveneens aan, denken in termen van ‘wat levert ’t op?’ is altijd denken in termen van middelen tot doelen. Als er geen einddoel meer in zicht is, als er binnen de politiek niet meer gepraat wordt over de vraag wat het leven de moeite waard maakt, dreigt een maatschappij in nihilisme te verzinken.
Om even in de lijn van Plato door te denken: hoewel waardevolle zaken die raken aan de zin van het leven door leken als onpraktische nonsens kunnen worden versleten, zou dit in een ‘juist geordende’ samenleving geen consequentie hebben. In onze egalitaire maatschappij is er wél een consequentie, want leer mij een stukadoor kennen die zijn CEO prijst om het inzicht dat nodig is om een bouwbedrijf uit de grond te stampen – dergelijke mensen zijn in de praktijk schaars. Alleen de kosmopolitische metropolen in de ficties van Ayn Rand zijn er mee bevolkt. Zoals domme kinderen altijd samen zullen spannen om de slimste kinderen in hun klas onderuit te halen; zoals oppervlakkige mensen de kunst en de literatuur zullen afdoen als onbruikbare en langdradige onzin – zo neigen democratieën ertoe om de krachten van de laagste segmenten te bundelen om zo energieën aan de hoogste elementen te onttrekken.
Corporaties
Echter, het valt te verdedigen dat het tegenovergestelde minstens zo kwalijk is: doen alsof het ondernemerschap van de CEO een kracht van zuivere vrijheid is, alsof de corporaties bakens zijn in de zee van volkssoevereiniteit. Als je bijvoorbeeld een computergame koopt, voor PC of console, zit er tegenwoordig een code aan. Bij installatie wordt die code aan jouw account gekoppeld. En als iemand anders het vervolgens installeert, worden gedeeltes van het spel ontoegankelijk. De handelswijze van deze bedrijven zou bij wet verboden moeten zijn. Niet alleen omdat je zo jouw eigendommen niet meer kan doorverkopen, maar om de toenemende invloed van corporaties op ons privéleven te stoppen.
Als je via Google een boek opzoekt, krijg je vervolgens op Youtube en Facebook reclame daarover. Aan jouw OV-chipkaart staan al jouw reisgegevens gekoppeld. In 2012 ging het nog te ver om te zeggen dat het net zich begint te sluiten, maar reeds tekenden de contouren van het net zich af. Vandaag, met de digitale Europese identiteit, het langzaam uitbannen van contant geld en het uitzonderen van burgers middels verplichte vaccinaties en QR-codes, stellen wij vast dat het net zich sluit.
Natuurlijk zal het argument naar voren komen dat niemand je dwingt om van zoekmachines en sociale media gebruik te maken. Maar omdat steeds meer menselijke communicatie via social media geschiedt, kun je er niet meer omheen. Solliciteren moet tegenwoordig via email, en in de top van het bedrijfsleven en de politiek tel je zonder Twitter en Linkedin niet meer mee.
‘Credits’
Spoedig zal de maatschappij er als volgt uitzien: je hebt een account-nummer waarop je credits worden gestort. Met die credits kun je producten bestellen bij enkele bedrijven. De hele maatschappij is volgebouwd, ligt juridisch vastgelegd, is dichtgetimmerd en afgebakend. Dit begint op het moment dat je je appartement verlaat: je kunt niet meer vrij wandelen want overal liggen wegen. Je kunt niet meer vissen, fruit plukken of hout sprokkelen, want het ligt vast wiens eigendommen dat zijn – je kunt zelfs geen boomhut meer bouwen met je kinderen. Je kunt, kortom, niet meer om de corporaties heen, en op de prijzen die zij vaststellen valt niet meer af te dingen.
Als je een protestbrief plaatst, kunnen zij je account afsluiten en je zo isoleren, omdat die mogelijkheid onderdeel was van de terms of service, en buiten de contractueel overeengekomen terms of service bestaan geen morele bronnen meer waarop een mens zich kan beroepen. Iedere uitspraak over goed en kwaad wordt a priori opgevat als een subjectieve privé-uiting.
Individu uitgeleverd
Mensen komen hun appartement nauwelijks meer uit want alles wordt via internet besteld en vanaf afstand verscheept. Voor eigen moestuintjes zal door de overbevolking geen plaats meer zijn, of anders zullen deze door lobbyisten via juridische weg worden verboden zodat van een leven buiten de corporaties geen sprake meer kan zijn.
Zo wordt, in naam van de individuele ondernemer, van de individualistische scheppingskracht, een maatschappij opgebouwd die in feite het individu alle wapens uit handen slaat, hem machteloos uitlevert aan de onpersoonlijke bureaucratie die in de toekomst voor samenleving zal doorgaan. Administratie en multinational, staat en kapitaal, smelten samen tot een meerkoppig monster waartegen het creatieve individu zich niet meer kan wapenen.
Kom ook niet aandraven met theorieën over libertarisme en socialisme. Of het nu via de staatsbureaucratie of via de oligarchie gebeurt: die maatschappij nadert. Sowieso is er door alle gesubsidieerde multinationals geen sprake van een vrije markt. En al bestond die vrije markt, dan is het logische eindgevolg ervan, een concentratie van kapitaal, een oligopolie, en dan de oprichting van een nieuwe overheid. Zodat het grootbedrijf zich via die overheid alsnog privileges kan toebedelen.
Sex sells
Zo zal het globalisme geslaagd zijn in wat door Aristoteles en Hobbes voor onmogelijk gehouden werd: de mens is een drone geworden. Een werkbij. Een dof stuk vee dat geen wereld buiten zijn gevangenschap kent, zich zo’n wereld niet kan voorstellen en zelfs niet naar dit voorstellingsvermogen verlangt. Zeg me niet dat dit onmogelijk is – toen de Arabische Lente uitbrak waren in het efficiënt georganiseerde China alle onwelgevallige bloggers reeds verdwenen. En mocht deze nieuwe mens onverhoopt uit zijn gevangenschap ontsnappen, dan zal hij terugvluchten naar die veilige staat van afhankelijkheid. Zoals de Chinese uitwisselingsstudent die vanuit Australië naar zijn mierenhok terugvluchtte omdat het uitzicht van de open horizon té overweldigend was.
Zo zal de kapitalistische democratie dát mogelijk maken wat zelfs de bolsjewisten niet gelukt is, en waarvan de kerkelijke grootinquisiteurs slechts konden dromen. Het enige wat de kapitalistische democratie daarvoor hoefde te doen, was zich te richten op de kinderlijkste, triviaalste en oppervlakkigste impulsen binnen de mens, en deze te verkopen als deugden. Te marketen. Want sex sells. En tegenwoordig hoeft zelfs de echte seks niet meer te worden verkocht. De verleiding, de prikkeling, de illusie is genoeg. De verleiding heeft zich geëmancipeerd vanuit de seks en is een monogame relatie met de marketing aangegaan. Hoewel de commerciële cultuur vulgair is, staan de mensen op een grotere afstand van tot eigen gevoelens en lichamelijkheid dan ooit.
Commerciële globale belangen
De achilleshiel van de andere stromingen was wellicht hun verheffingsdenken. Verheffingsdenken veronderstelt een bepaalde bron, een morele bron, waar de menselijke strevingen aan kunnen worden afgemeten. Dan kan er worden gesteld: ‘Je wilt iets. Maar is dat wat je wil nu goed of fout?’
In dit nieuwe denken verdwijnt deze meetlat – men legt zich enkel nog bij de uitkomsten neer. Er wordt alleen nog gevraagd: ‘Is dit in overeenstemming met de wet?’
En de wet wordt bij meerderheid van stemmen bepaald. Nu zal men zeggen dat deze vorm van democratie juist vrijheid mogelijk maakt. Dat niet redeneringen over hogere en lagere wijzen om het menselijk bestaan in te richten, de doorslag dienen te geven, maar dat de volkswil bepalend moet zijn. Maar ook dit is een vruchteloze denkbeweging. In de praktijk wordt de theorie van de democratie en de rechtstaat, overschaduwd door een web van lobbyisten en commerciële globale belangen.
Prediker
Goed, zeg ik nu, het is niet mijn insteek u aan te spreken als dissident of anarchist. Maar neemt u dan met onbevangen blik de werkelijkheid in ogenschouw. Vraag u af waarnaar we op weg zijn, en zeg me dat het toekomstbeeld wat ik zojuist heb voorgelegd, geen realiteit zal zijn. Er zijn slechts enkele wegen om ons hier tegen te wapenen – of eigenlijk is zij slechts één weg en kent zij vele paden – dat wat de menselijke geest prikkelt en zich boven zichzelf doet uitstijgen; de filosofie, natuurwetenschap, poëzie en kunst – dat wat ons naar schoonheid doet streven, naar waarheid doet verlangen, naar kracht en onafhankelijkheid.
Die extase, die kracht van denken, die nodig is het juk van de hand te wijzen, hoe sluipenderwijs, hoe juridisch correct en democratisch verantwoord het ook wordt gepresenteerd. Noem mij een prediker, een gelovige die het niet kan nalaten met een bemoedigend, aansporend woord af te sluiten – maar liever dit dan het tegenovergestelde verwijt: Een nihilist te zijn die andermans visies door het slijk haalt, die verdoemenis verkondigt zonder zelf met alternatieven te komen.