JavaScript is required for this website to work.
Media

De pennenvriendjes vrezen grote de-taalnazi-ficatie

En verder: gezaag over het verkeer en gezeur over Cent Wafers om mede te lachen

SatireErwin Vanmol en Pol Sonneville8/4/2022Leestijd 5 minuten
Dit vermakelijke prentje is een ‘meme’, geplukt van de sociale media. Een meme
is niet te verwarren met een mémé.

Dit vermakelijke prentje is een ‘meme’, geplukt van de sociale media. Een meme is niet te verwarren met een mémé.

foto ©

De algehele denazificatie van Lissabon tot Vladivostok jaagt de pennenvriendjes de stuipen op het toch al aftakelende lijf.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Omdat er toch iéts tegenover al die krantensubsidies moet staan, schrijven professionele journalisten elke dag kranten vol. Iémand moet al die ellende lezen en er stompzinnige conclusies uit trekken. Die taak zit pennenvrienden Erwin en Stef als gegoten! 

Meest goede vriend Erwin,

Ik geef het grif toe: ik ben bang voor de Rus en vooral voor zijn ‘denazificatie‘. Nu gaat het nog alleen over Oekraïne, maar straks over heel Eurazië, van Lissabon tot Vladivostok.

Dus heb ik bang, want ik ben wel een persoon dat taal enorm belangrijk vindt. Er zijn mensen dat er niet om geven, maar ik ben dus wel niet zo’n persoon. Sommigsten antwoorden mij op de sociale medias: ‘dt-fouten: da boeit ni‘. Of: ‘seg, Stef, wa is u probleem?’ Maar ik ben dus wel niet gediend daarvan. En nu hoor ik uw zeggen: ‘Wa de fuk heeft da me denazificatie te maken?’ Wel, Erwin, ik ben dus ook wel een soort nazi he: een taalnazi. Al weet ik wel niet of de Rus het verschil kent. Daarom ga ik wel niet meer openlijk reacties geven op taalfuoten of typoos.

Zie je wat ik doe? Omdat ik bang heb van de persoon dat Poetin noemt, schrijf ik opzettelijk fouten. Dat is men undercover! Goed he! Ik durf wel niet wedden dat jij men truc niet doorhad. Want volgens mij is u taalnaziverleden ook groter als ze zeggen.

Trouwens, valt het je ook op dat er de laatste tijd wel heel veel wel wordt gezegd en geschreven, tot zelfs in het Radio en TV nieuws toe? Dat is wel niet echt een fout maar als je er op gaat letten, klinkt zo’n wel wel kei overbodig. Nog stommer is het gebruik van wel niet. Dan denk ik: wat bedoelen ze nu? Wel? Of niet? ’t Is toch waar. Kortom, zoals een goede vriendin ons altijd schrijft: ‘tale zen supper belangrek.’

 

Yo interpunctiejunkie,

Taal, Stef, is organisch. Taal is een levend iets. Daarom dat ze bij de meeste mensen stinkt. Taalhygiëne is derhalve geen loos woord. Doelloos is een loos woord en dan vooral als het geen doel heeft, maar taal kan beter zuiver zijn.

Zo ben ik een grote voorstander van de dt-regel. Voor mij zou dat zelfs een dtt-, ddt- of zelfs een ddtt-regel mogen zijn.

Mensen hebben er geen flauw benul van hoe belangrijk de dt-regel is! Ten eerste kan je er Kristien Hemmerechts mee kloten. Dat is op zich al voldoende reden, maar er is meer. Zonder dt-regel zou men verplicht zijn om meningsverschillen te winnen op basis van feiten.

– ‘Jamaar Vanmol, ge kunt dan wel zeggen dat de Magna Carta geschreven is door de Voil Janetten van Oilsjt, maar ik ken iemand die over het originele manuscript beschikd!’

– ‘Het is beschikT, oelewapper! Stoemen analfabeet! Wat zeg ik, analfa-overbeet! Hahahaha PEUT!! Discussie verloren! Dikke loser!’

Een taalconstructie van een buitenwereldlijke schoonheid als de dt-regel mogen we nooit of te nimmer uit handen geven.

 

Beste Erwafer Vanmol,

De oorlog in Oekraïne moet echt dringend stoppen! Ik kan er mee leven dat een volle tank benzine stilaan zoveel kost als een doorsnee horloge van Bart Versluys. Ik snap dat het alle dagen dikketruiendag is omdat het gas stilaan zo duur wordt als euh… een horloge van Bart Versluys.  Maar dat zonnebloemolie en frituurolie schaarser worden dan pakweg… een horloge van Bart Versluys, vind ik al veel minder acceptabel.

En nu gaat het écht te ver: de Cent-Wafers zijn bijna op, Erwin! De fabriek in Oekraïne is zwaar beschadigd en dus dreigt een algehele Cent-Waferschaarste. Hadden ze die fabriek maar in Herentals gelaten! Wat voor zin heeft het leven nu nog?

Je zal zeggen: ‘Stef, overdrijf niet zo, drama-koningin.’ Maar het ding is, Erwin, mijn lievelingssnack is ‘gefrituurde Cent-Wafer’.

 

Fidele fusion filoe,

Gefrituurde Cent Wafer, dat kan niet anders dan lekker zijn. Volle granen van de wafer, anti-oxidanten van de chocoladevulling en de nodige vetten voor de zich ontwikkelende grijze massa.

Ach de nostalgie… ik herinner me mijn buurmeisje Eulalieke nog. ‘ Voor ne Cent Wafer moogt ge mijn muizeken nekeer zien’, fluisterde ze zacht achter de hooimijt. Ze wist dat ik altijd een Cent Wafer in mijn jongensbroek zitten had. Ik haalde hem trots boven en ze stopte hem meteen in haar poes. Muis heette die poes. Dat was omdat ze een muisgrijze pels had.
Ik geloofde haar op haar woord, want ik had haar muis nog nooit gezien. Haar poes des te meer.

Na drie happen kotste het dier mijn Cent Wafer onder. Dat was kut.

 

Beste verkeersvriend,

We schijnen nog altijd minder met de auto te rijden dan vòòr Corona. Een veelheid van factoren jaagt mensen de auto uit, zegt Hajo Beeckman, ‘verkeersanker’ bij VRT. Hij wijt het aan hoge brandstofprijzen, meer fietsen en thuiswerken. Ik durf er nog een kleine factor aan toevoegen. Misschien heeft onze verkeersweerzin ook iets te maken met de crimineel frustrerende, krankzinnige, file-stimulerende, lamentabele, wispelturige en vage verkeersinfrastructuur?

Ik heb het dan bijvoorbeeld over gewestwegen die tegelijkertijd verkeersader, fietsstraat, kmo-zone, villawijk, speelstraat, bebouwde kom, schoolzone en dorpsplein zijn. Elk van die zones uiteraard met door de lokale overheden continu aangepaste maximumsnelheid. Zo rij je op een traject van 6 kilometer afwisselend: 50-70-50-30-50-70 km per uur. Niet dat de automobilist zich daarvan bewust is. Die houdt overal een soort van 60 km/u aan en dokkert zo langs camera’s en trajectcontroles. Ook leuk zijn conflicterende stoplichten die geen onderscheid maken tussen rechtdoor en links- of rechts afslaan, waardoor auto’s na groen meteen mekaar blokkeren.

Maar er is beterschap. Vlaanderen heeft nu ook ronde punten. Met dubbele rijstrook, meneer! Alleen jammer dat je die linkerrijstrook niet kan gebruiken, want ze laten je er nooit tussen. En het is nog niet tot onze beleidsverantwoordelijken doorgedrongen dat je ook een slim rond punt kan aanleggen zonder conflict tussen wie links moet en wie rechts of rechtdoor. Nog leuker wordt het wanneer ze een rond punt combineren met stoplichten, waardoor het hele rondepuntconcept meteen zinloos wordt. O, en dank je wel iedereen om geen pinkers te gebruiken wanneer je een rond punt af rijdt, zodat we allemaal nog iets meer tijd verliezen!

Ik kan zo nog uren doorgaan, maar ik moet dringend naar de dokter. Iets met een verhoogde bloeddruk. Ciaokes!

 

Beste bipedale* vriend,

Ik zal eerlijk zijn: uw bovenstaande relaas komt mij over als was het geschreven in een voor mij onbegrijpelijke taal zoals, ik zeg maar wat, het Chinees. Dat komt omdat ik geen rijbewijs heb.

Ik weet niet of ik dat ooit verteld heb, maar ik ben een tijdje beroepsmilitair geweest.** Dat was in het Belgische leger. Daar hebben ze mij ooit de beginselen van het voortbewegen per gemotoriseerd voertuig proberen bijbrengen. Zij faalden echter jammerlijk. Dat ik een Gents dodenkruispunt overtufte in eerste versnelling werd al op bedenkelijk fronsen onthaald. Dat ik op het vliegveld van Ursel in de sloot belandde omdat ik schrok van een laaghangende Sea King helikopter, nàdat ik datzelfde vliegveld met de handrem opgetrokken rondgevlogen was, dat deed de jeepdeur dicht.

Ze namen mijn sleutels af met de woorden ‘Oewij kaan keen moordenaar de baan opstuur, Vandemolle!’ Wat voor een potsierlijk argument was dat, zeg! Alsof je bij het leger zit voor een cursus bloemschikken! In principe is elke militair op de baan, een moordenaar op de baan.

Tankchauffeur, dat ware nog iets voor mij geweest. Als je met een tank rijdt, gelden er helemaal geen verkeersregels meer. Ooit al van een tank met knipperlichten gehoord? Ik niet. Met een tank ben je de tiran van de tarmac, de adelborst van het asfalt, de meester van de macadam! En als je je neervlijt, achter een hooimijt met een topmeid kan je haar in haar uitwendige gehoororgaan fezelen ‘voor een Cent-Wafer moogt ge mijn rupske eens zien.’

Tot volgende wak, versnellingsbak!

*Erwin heeft geen idee hoeveel pedalen een auto heeft, maar aangezien Stef met ‘nen automatiek’ rijdt, kiest Vanmol per ongeluk de correcte term.

**Erwin heeft dit al vaker verteld. Veel te vaak, eigenlijk. Zonde van uw tijd. Maar ja. Wat gaan eraan doen?

Erwin Vanmol en Stef Durnez zijn al jaren pennenvriendjes. Elke week delen ze hun correspondentie met de Doorbraaklezer.

Commentaren en reacties