De val van Icarus
De opgeheven middenvinger is een vuist geworden
foto ©
De Vlaming heeft tegen het establishment en het systeem gestemd, veel meer dan zomaar communautair
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHet Vlaams Belang is over het Vlaamse partijlandschap heen gewalst als een bulldozer die niemand heeft zien aankomen, ook ondergetekende niet die het hield bij een bescheiden 15%-overwinning. Na de verslagenheid over deze nieuwe ‘zwarte zondag’ (een term die helemaal thuis hoort in het stigmatiserend cordon-jargon) breken politicologen en strategen zich nu het hoofd over de vraag ‘Wie is die VB-kiezer?’ Want de klassieke rekensommen kloppen niet, zoals Pieter Bauwens in zijn eerste overzicht gisterenavond reeds aangaf: N-VA en VB zijn geen communicerende vaten meer, de laatste heeft meer bij gewonnen dan de eerste verloor.
Doofpot en omerta
Het antwoord op die vraag bevestigt de status van het Vlaams Belang als onvervalste protestpartij, hoe goed Tom Van Grieken dat ook probeert weg te moffelen, al liet hij gisteren toch optekenen dat Vlaanderen ‘tegen de linkse elite heeft gestemd, die iedereen in de steek heeft gelaten’. Laat dat links maar weg: de Vlaming heeft gewoon zijn ras-le-bol-gevoel uitgewerkt op alle elites, de linkse én de rechtse. De VB-zege is het resultaat van een gistingsproces waarin de burger zijn ongenoegen over het migratiebeleid, de vervreemding en de lamentabele werking van justitie liet blijken, de EU-bureaucratie, maar ook de dreigende afbraak van de sociale zekerheid, de te lage pensioenen, de wachtlijsten in de zorgsector, én zelfs in een soort rechts-groene reflex voor meer gezondheid, een beter milieu en dierenwelzijn (daartoe werd zelfs een soort Partij voor de Dieren opgericht als satelliet).
Dat maakt de VB-overwinning in belangrijke mate tot veel meer dan een communautair fenomeen. Het is een foertgebaar tegen het systeem, het establishment en de particratie, waarbij men het effect niet moet onderschatten van tragische momenten als de moord op Julie Van Espen. Er werden dan wel stille marsen gehouden en hier en daar vroeg er eentje het ontslag van justitieminister Geens, die parmantig bleef zitten, maar er is ressentiment blijven hangen, ontgoocheling over de manier hoe partijen en ministers telkens weer wegkomen en elkaar dekken. Het gevoel rond doofpot en omerta, het idee van ‘ze zijn allemaal dezelfde’, waarbij zeker ook de N-VA haar imago van nieuwe systeempartij moest bekopen.Waar dan nog niemand over spreekt, zijn de 12% blanco-stemmers of mensen die gisteren gewoon niet kwamen opdagen. Een goeie 600.000 Vlamingen op de 4,8 miljoen kiesgerechtigden: die virtuele proteststemmen is het VB dan nog mislopen.
Dus neen, géén puur Vlaams-nationalistische opstoot van de Vlaming, zelfs geen extreem-rechtse reflex in de klassieke zin van het woord, maar een afstraffing van de elites die in allerlei travestieën opereren, op politiek, cultureel en zeker ook mediavlak, en uiteindelijk ervoor zorgen dat het woord verandering een lachwekkende stoplap is geworden. De Vlaming snakt naar verandering, een ommekeer, om het woord revolutie maar niet te gebruiken, en heel misschien kan dat naar een Vlaamse republiek leiden. Maar als die geregeerd wordt door de klerken die vandaag aan de macht zijn, zal dat netto niets opleveren.
En de boer…
Typerend voor dat gevoel is de regio waarin het VB zijn grootste sprong heeft gemaakt: West-Vlaanderen. Als geboren West-Vlaming permitteer ik me een een kleine psychoanalyse. De provincie aan de Noordzee heeft eerste het juk van de dorpspastoor gekend, nadien dat van de onderwijzer, tot de ‘progressieve’ elite zich nestelde in het sociaal weefsel: de 68-ers en hun nazaten, die de wereld wilden verbeteren maar ondertussen vooral het kijvende vingertje opgeheven hielden. Oostendse keizers én politici à la Hilde Crevits, verantwoordelijk voor de totale collaps van het onderwijs én trotse kandidate voor het minister-presidentschap. Maar ook de kleine notabelen, de cultuurbureaucratie, heel het netwerk van animatoren, grote en kleine dirigenten van de kosmopolitische weldenkendheid die altijd weer een dégout ten toon spreidden tegenover zoiets als ‘eigenheid’ en verworteling. Dat je in mijn geboortestad Oostende nauwelijks nog met Nederlands terecht kunt op de zeedijk, is misschien ook niet onbelangrijk.
West-Vlaanderen is helemaal geen achterlijke, verpauperde regio, integendeel zelfs. Maar de Bruegheliaanse boer, ploeterend in de vette klei, had in al zijn zwijgzaamheid een snood plannetje beraamd om op 26 mei heel de verzameling incompetente betweters en arrogante regelneven als Icarus op hun gat te laten vallen. De ploeg is een SUV geworden, waarin de opgeheven middenvinger nog meer tot zijn recht komt. Vergeet Antwerpen, West-Vlaanderen is de nieuwe regio waar het anti-establishmentgevoel hoogtij viert.
Niet op het paleis
Zo goed en zo kwaad als het gaat zullen de trado’s plus de N-VA recht krabbelen na deze pandoering, om onder elkaar het grote compromis te bezegelen, in naam van het fatsoen. Daar zijn ze voor gemaakt, en met de misnoegde burger weten ze toch geen weg. Ze hebben ‘zijn signaal opgevangen’ en zullen er een eigen draai aan geven, uitmondend in een cosmetische verklaring. Het VB is en blijft dus een protestpartij, een gravitatie die mensen aantrekt die teleurgesteld, ontgoocheld, kwaad zijn, of zelfs in helemaal niets meer geloven. Dat is de grote kracht van die partij, hoe salonfähig haar voorzitter zich nu ook probeert te verkopen. Niet alle partijen hebben het DNA van een beleids- en systeempartij, gelukkig maar. Het VB tot de status van regeringspartij verheffen, maakt haar meteen ook tot systeempartij, en hoeveel kiezers zouden dat echt willen?
Bart De Wever blies in echte tsjevenstijl warm en koud over het cordon (’tegen het principe, maar de stijl, de figuren’!), kwestie van alle deuren open te laten en tijd te winnen, terwijl hij ongetwijfeld al wist: ook dit keer wordt het niets, en het zal niemand verbazen met Ninove in het achterhoofd, waar Guy D’Haeseleer op een onverbiddelijk njet stootte van het N-VA-hoofdkwartier. Toch is deze 26 mei 2019, veeleer dan alleen voor het VB, een historische opsteker voor het radicale burgerlijke ongenoegen tegen de typisch Belgische ziektes die dit land onleefbaar maken, en waarmee de Vlaamse politieke elites volop collaboreren.
Laten we niet vergeten dat de koning in dit land nog altijd het initiatief neemt in het formatiegebeuren, en dat de partij die tot hiertoe nooit op het paleis werd uitgenodigd wegens te vettige kleibotten, voor een stuk net daaraan haar succes bij de kiezer dankt. Filip mag er zijn hoofd over breken, wij genieten van de consternatie. Ergens is er in Laken weer een dakpan naar beneden gevallen.
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Ook na een afgekocht proces over omkoperij en valsheid in geschrifte, is er kans op een schepenambt in Vlaanderens grootste stad.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.