JavaScript is required for this website to work.
Europa

Della Moneta

Marc Vanfraechem17/5/2013Leestijd 2 minuten

Het slaan van één-eurocentjes kosten ons hopen geld. Zijn ze het aanmaken wel waard. In de 18e eeuw werd al boeiend en vermakelijk geschreven over ‘het geld’.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een vraag die de burger kan kwellen, is of de koperen eurocentjes behouden dienen te blijven of beter verdwijnen. De ernstigste krant van Vlaanderen, De Tijd titelde woensdag op pagina 8: ‘Europa wikt toekomst van verguisde eurocentjes’.

Een grote charme van die krant is dat hij een formaat heeft dat meerdere titels op één pagina toelaat. De lezer kan een keuze maken.

Op dezelfde pagina kon je bijvoorbeeld ook lezen over Zwitserse banken, over de begroting van de EU, over die Syrische rebel die zijn tanden in een vijandelijk hart had gezet, over de actrice Angelina Jolie die aan de foto te zien haar lippen heeft laten bijvullen, over de Fitch-rating van Griekenland en over de Chinese troostmeisjes die in de Tweede Wereldoorlog de dappere Japanse soldaten ten dienste stonden.

Wij zullen ons enkel met de koperen muntjes bezighouden. Het slaan van die muntjes is een verlieslatende zaak zegt De Tijd. Enkel het aanmaken ervan heeft ons al één komma vier miljard euro gekost.

Akkoord, hun titel was licht misleidend want het artikel ging helemaal niet over het continent Europa maar over de EU, en binnen die EU dan nog enkel over de malheureuze eurolanden. Wel blijft de vraag wat zo’n centje echt waard is, en waar die waarde op berust.

Economisten vandaag geven allerlei antwoorden. Ze spreken over productiekosten, metaalwaarde, de tijd die winkeliers verliezen met het innen en wisselen van die muntjes. Dat zijn uiteenlopende dingen maar iedereen die geen economist is, voelt aan dat de redeneringen enigszins mank lopen en niet veel méér voorstellen dan wat je bij de bakker of in de krantenwinkel hoort. Hoe zijn ze aan hun som van 1,4 gekomen bijvoorbeeld?

In 1751 verscheen er, zogezegd in Milaan maar eigenlijk in Napels, een boek, Della Moneta, waarin de waarde van geld, dus van goud, zilver, koper en papier op een heldere manier uit de doeken werd gedaan. Dat was eerder nooit gebeurd, maar halfweg de XVIIIde eeuw was er een sterke toename van de geldhoeveelheid in allerlei vormen, echt geld, fiduciair geld. De nood aan een algemene theorie werd duidelijk, want noch de kleine man, noch zelfs de bankiers van die tijd snapten wat er allemaal aan de hand was. Wat zijn onwetendheid betreft, kan onze graaf Lippens dus naar illustere voorgangers verwijzen.

Maar de auteur van Della Moneta, Ferdinando Galiani, was toen pas 22 en hij besefte dat 22 te jong was om ernstig te worden genomen. Hij legde het zo aan, dat zijn boek zogenaamd door een onbekende zestigjarige was geschreven, iemand die alles eerder wel had meegemaakt. Galiani liet op het titelblad trouwens ook 1750 drukken en niet 1751.

Zijn boek was een geweldig succes. Stukken ervan werden vertaald in het Frans, Engels, Duits. Men zocht verwoed naar die zestigjarige auteur, maar vond hem niet. Nog binnen het jaar kwam het bedrog aan het licht en Galiani was op slag een wetenschappelijke ster. Overal moest hij lezingen geven. Turgot, en veel later ook nog Marx en Schopenhauer citeerden hem.

En in 2005 verscheen er voor het eerst een volledige en prachtige Franse vertaling, met op de even bladzijden de oorspronkelijke Italiaanse tekst.

Het wonderlijke van Galiani is dat hij in al zijn helderheid ook nog verschrikkelijk grappig is. Over de waarde van geld geeft hij XVIIIde eeuwse salonconversaties weer, die je zo herkent. Zekerheden biedt Galiani niet – hij is een wetenschapper – en sommigen vonden hem daarom cynisch.

Maar dat het niet zo eenvoudig in zijn werk gaat met het afschaffen van kleine koperen muntjes, dat lezen we met veel plezier in zijn boek.

De la Monnaie/Della Moneta

Édité et traduit sous la direction de André Tiran

Traduction coordonnée par Anne Machet

Ed. Economica, Paris, 2005


Marc Vanfraechem verzorgt de gevreesde blog victa placet mihi causa

Lees ook zijn vorige bijdrage voor Doorbraak.be.


Marc Vanfraechem (1946) werkte voor Klara (VRT-radio); vertaler, blogger http://victacausa.blogspot.com sinds 2003. Hij schrijft het liefst, en dus meestal, artikels met daarin verwerkt vertaalde citaten van oude auteurs, die hem plots heel actueel lijken.

Meer van Marc Vanfraechem
Commentaren en reacties