Een ‘kille’ regering
Woon- en jobbonus anders bekeken
foto ©
De Vlaamse regering wil ongeveer evenveel besparingen als nieuwe uitgaven. Is ze dan ‘kil’ of ‘gul’?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementTegen de nieuwe Vlaamse regering wordt aangevoerd dat ze ‘kil’ is. Je komt het woord overal tegen. Björn Rzoska van Groen zegt bijvoorbeeld in de Zondagskrant: ‘Nieuwkomers moeten hogere drempels over […]. Werklozen moeten voortaan gemeenschapsdienst doen […]. De bouwmeester moet zich bezighouden met zijn kernopdracht […]. De regering wil spijbelen harder aanpakken […]. De VRT wordt in een [financieel] keurslijf gestopt. Ik vrees voor een kil en hardvochtig Vlaanderen.’
Likdoorns
Is dat wel een redelijke conclusie uit de opsomming die eraan voorafgaat? Het is alsof je zegt: mijn likdoorns doen pijn, onze kat heeft een muis gevangen, Rzoska is een sympathieke kerel, kortom: ik vrees voor een olielek in mijn auto. Rzoska somt allemaal maatregelen op waar ik voorstander van ben. Ben ik dan ook ‘kil’ en ‘hardvochtig’? Dat is wel een streng oordeel. En moet de warmte in ons land komen van de bouwmeester en van de VRT-directeuren? Ik heb hun foto’s eens bekeken.
Automatisme
Rzoska heeft zich geloof ik laten meeslepen door het automatisme om van een kille regering te spreken ook als de context er zich niet goed toe leent. Maar als Rzoska zijn best doet, kan hij wel betere voorbeelden vinden voor zijn stelling . Hij moet dan zwijgen over de gemeenschapsdienst, de bouwmeester en de VRT. In plaats daarvan moet hij de begroting afspeuren naar alle besparingen en besparinkjes. Want waar bespaard wordt is er altijd iemand die minder krijgt dan vroeger. Zo iemand voelt zich – heel begrijpelijk – in de kou gezet en zal in die barre toestand ontvankelijk zijn voor metaforen van een ‘kille’ regering. Als Rzoska even zoekt in de begrotingstabellen zal hij gemakkelijk veel van die maatregelen vinden.
‘Kil’ én ‘gul’?’
Bij die werkwijze zijn echter twee moeilijkheden. Ten eerste staan tegenover die besparingen – twee miljard – ongeveer evenveel nieuwe uitgaven – ook twee miljard. Als elke besparing bewijst hoe ‘kil’ en ‘hardvochtig’ de regering is, dan bewijst elke nieuwe uitgave hoe ‘gul’ en ‘ruimhartig’ ze is.
‘Sociale herverdeling’
En dat is niet het enige. Onze linkse vrienden kijken niet enkel naar de hoeveelheid van besparingen en uitgaven, maar ook naar wie er slechter en wie er beter van wordt. Als de hoge inkomens er slechter van worden en de lage inkomens beter, dan wordt dat een sociaal ‘herverdelingsbeleid’ genoemd.
Grote cijfers
Hoe staan de zaken ervoor op dit terrein? Erg sociaal eigenlijk. Ik heb tijd noch zin om, zoals sommige van mijn collega’s, het héle regeerakkoord te lezen. Ook ga ik de begrotingstabellen, die Jambon op zijn bureau had laten liggen, niet uitvlooien naar elk miljoen meer of minder. Ik heb geleerd dat je veel kunt begrijpen door alleen naar de grote cijfers te kijken. En de grootste cijfers bij de twee miljard verschuivingen zijn: 320 miljoen meer inkomsten door de afschaffing van de woonbonus en 350 miljoen meer uitgaven (1) door het invoeren van een jobbonus. Huizenkopers verliezen een bonus, en mensen met een laagbetaalde job krijgen er een.
Links zou moeten juichen
Het is zonneklaar dat de geldstroom hier van rijker naar armer gaat. Wie een huis koopt of laat bouwen behoort, mogen we aannemen, tot de 75 procent hoogste inkomens (2), en wie een jobbonus krijgt, tot de 40 procent laagste (3). Er is een ruime overlapping tussen de twee groepen – ook kleinverdieners kopen en bouwen huizen – maar de richting van de ‘herverdeling’ is ondubbelzinnig. Links zou moeten juichen.
Onrecht
Zelfs ik, die niet links ben, juich een beetje. Die woonbonus heb ik namelijk altijd een onrecht gevonden. Mijn vrouw en ik hebben voor ons landhuisje indertijd een flinke lening moeten aangaan tegen een interest die jonge huizenkopers van nu zich niet meer kunnen voorstellen. Op vijftien jaar tijd moesten we twee keer zoveel afbetalen als wat we hadden geleend. Om dat een beetje goed te maken had de toenmalige regering in haar welwillendheid ervoor gezorgd dat we die afbetalingen fiscaal konden aftrekken van ons inkomen. Elk jaar kregen wij daardoor in april duizenden euro’s terug van wat het vorige jaar van ons loon was afgehouden. ’t Had werkelijk iets van een jaarlijkse bonus. Het was een moment van onverdeeld geluk en dán kniezen ware ongepast geweest.
Belastingbrief
Anders was dat enkele maanden ervoor, bij het invullen van de belastingbrief. Op dát moment maakte ik mij telkens weer dezelfde bedenking: waarom moeten wij, die ons een eigen huis kunnen permitteren, een gunstiger belastingregeling genieten dan huurders die dat niet kunnen? Ten slotte waren we ook vijftien jaar huurder geweest.
(1) Strikt genomen is de jobbonus geen uitgave, maar een minderinkomst door belastingverlaging.
(2) Dat lijkt mij een redelijke aanname als je weet dat 75 procent van de Belgen een eigen huis bezitten.
(3) De jobbonus geldt vooral voor mensen die tot 1700 € bruto per maand verdienen, waarmee je je ongeveer in het vierde inkomensdeciel bevindt.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Philippe Clerick (1955) studeerde romanistiek en germanistiek en is leraar Nederlands. Politiek ongebonden na een extreemlinkse jeugd. Hij houdt een Clericks weblog bij van wat hem te binnen valt over Karl Marx, Tussy Marx en Groucho Marx. En al de rest.
Verplicht Nederlandse taalles voor nieuwkomers: is dat dwang? Dwang die tot een haat jegens het Nederlands leidt? Philippe Clerick meent van niet.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.