‘Engels wordt de taal van het Hoger Onderwijs’
Discussie in Nederland
‘Op termijn zal Engels onze taal van communicatie worden en houd ik deze speech in het Engels,’ zei Jaap Winter de voorzitter van de Vrije Universiteit Amsterdam afgelopen september tijdens de opening van het academische jaar.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnement‘De taal van instructie zal Nederlands of Engels worden afhankelijk van het onderwijs programma en het publiek. Wij breiden onze internationale samenwerking voortdurend uit.’ En: ‘Wij zullen ons actief inspannen onze aantrekkingskracht voor internationale studenten te vergroten. Zij dragen bij aan de diversiteit en kwaliteit van onze academische gemeenschap.’
Winter met zijn Vrije Universiteit staat niet alleen. De Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) heeft zelfs officieel besloten tweetalig te zijn. ‘In de nieuwe strategie in wording van de EUR (2014-2018) zal verdere internationalisering een belangrijke pijler zijn. Het College van Bestuur wil deze ambitie graag onderstrepen door tweetaligheid in de bedrijfsvoering van de EUR als norm te definiëren. Dit houdt in dat belangrijke documenten standaard in zowel Nederlands als Engels worden gepubliceerd. En tweetaligheid bij al het ondersteunend- en beheerspersoneel (OBP) wordt gestimuleerd. Concreet houdt dit in dat de EUR u ondersteunt in het u eigen maken van het taalvaardigheidsniveau dat passend is bij uw functie; op een manier die het beste bij u past,’ schreef het College van Bestuur op 13 november 2013 in een brief aan alle betrokkenen.
De universiteiten geven hiermee gehoor aan een oproep van de Onderwijsraad om een nationaal debat te beginnen over de internationalisering van het Nederlandse hoger onderwijs en over het gebruik van talen binnen deze opleidingen. De Onderwijsraad deed dit in haar advies aan de Eerste Kamer van oktober 2011. ‘In dit advies staat de vraag centraal hoe de overheid, de onderwijsinstellingen en andere actoren in het onderwijs een evenwichtig taalbeleid kunnen voeren, waardoor enerzijds de ontwikkeling van kwalitatief hoogwaardige Engelstalige opleidingen wordt bevorderd en anderzijds de positie van het Nederlands als taal van cultuur en wetenschap gewaarborgd blijft. De Onderwijsraad is van mening dat het hoger onderwijs hoeder is van de Nederlandse taal en cultuur, maar ook een essentiële functie vervult in de internationale kenniseconomie. De raad adviseert de overheid om van iedere instelling voor hoger onderwijs een duidelijke en gemotiveerde visie op internationalisering en het gebruik van talen binnen de opleidingen te vragen. Een nationaal debat kan behulpzaam zijn bij de ontwikkeling van een visie hierover.’
Engels als voertaal in het Nederlandse universitaire onderwijs?
‘Het is een taal die de meeste hoogopgeleide Europeanen min of meer beheersen: congres-Engels. Een strikt functionele, kreukvrije, geurloze taal met een beperkte basale woordenschat, aangevuld met vakjargon,’ schreef Aleid Truijens onlangs in de Volkskrant.
Congres-Engels? Brabbelengels bedoelde ze waarschijnlijk.
‘Een ontbladerd Engels waar alle nuances, verfraaiing, dubbelzinnigheden en figuurlijke betekenissen zorgvuldig zijn uitgewied, want die zorgen maar voor verwarring. Toch is het dat taaltje dat volgens velen de voertaal moet zijn aan onze universiteiten,’ schreef ze verder. Truijens reageerde op het Manifest tot behoud van het Nederlands, die een aantal wetenschappelijke medewerkers van de vakgroep Oude Geschiedenis en Archeologie van de Universiteit van Amsterdam hebben opgesteld.
‘Waaraan meten we af of iemand beschaafd, geletterd en intellectueel gevormd is?’ vragen de opstellers. ‘Datgene wat iemand toegang geeft tot de voorhoede van intellectuelen in een samenleving, is het vermogen zich, zowel mondeling als schriftelijk, foutloos, helder en genuanceerd uit te drukken in een taal waarvan zij alle finesses doorgrondt. Het is de perfecte beheersing van hun moedertaal die bepaalt of ze in eigen land kunnen meedraaien op het hoogste niveau.’
Met hun manifest willen de opstellers ‘een discussie op gang brengen over de wenselijkheid van Engelstalig onderwijs – een discussie die hier en daar weleens is aangekondigd, maar nooit werd uitgevoerd.’
Dat er nooit een brede discussie heeft plaats gevonden is verwonderlijk. Begin jaren negentig heeft Jo Ritzen, die toen minister van Onderwijs was, al een proefballonnetje opgelaten over colleges in de Engelse taal en in 2006 werd bijvoorbeeld al 37% van de masteropleidingen aan de Radboud Universiteit Nijmegen in het Engels gegeven. ‘Engelstalig onderwijs is meer dan enkel de cursussen die voorheen in het Nederlands werden gegeven aanbieden in het Engels. Zowel docenten als studenten moeten het Engels goed beheersen. Om kwaliteit te waarborgen worden de totale lesstof en de methodiek op elkaar afgestemd in de Engelse taal,’ tekende in november 2006 het Algemeen Nijmeegs Studentenblad op uit de mond van een woordvoerder. Vier jaar later had de Radboud Universiteit twee en een half miljoen euro op hun begroting staan om het hele onderwijs tweetalig te maken.
En de Nederlandse Taalunie hield in juni 2012 een publieke hoorzitting over het Nederlands en Engels als instructietaal in het hoger onderwijs. ‘Inderdaad zijn de meeste Nederlandstalige studenten die ieder jaar de universiteiten binnenstromen, mondig, nieuwsgierig en intelligent. Tegelijkertijd moeten we constateren dat hun mondelinge, maar vooral hun schriftelijke taalbeheersing in het Nederlands vaak ernstig tekortschiet, reden waarom zowel de UvA als de VU een verplichte taaltoets voor eerstejaars heeft ingevoerd. Een gebrekkige beheersing van de moedertaal vormt immers een groot struikelblok bij het doorgronden van welke discipline dan ook,’ schrijven de opstellers van het manifest.
Inmiddels zijn ze een petitieactie op internet begonnen:‘Uitsluitend in het Engels college geven devalueert Geesteswetenschappen: teken voor behoud van de Nederlandse taal.’
Het is echter onduidelijk wat er met de petitie gaat gebeuren. Dat de opstellers een discussie op internet, via facebook en twitter beogen is uiteraard duidelijk, maar aan wie ze de petitie willen aanbieden niet. Als ondertekenaar wil je toch weten wat er met je adhesiebetuiging gebeurt. Bovendien bereik je met een petitie alleen mensen die het met je eens zijn en voor een discussie heb je ook tegenstanders nodig.
Wellicht dat de Nederlandse Taalunie, waarin Vlaanderen, Nederland en Suriname vertegenwoordigd zijn, in het manifest en de petitie een aanleiding zien om een brede discussie met voor- en tegenstanders van Engels als voertaal in het Nederlandstalige hoger onderwijs te organiseren.
foto (c) reporters
Personen |
---|
De Nederlandse publicist Henk Jurgens (1942) is politicoloog (UvA). Hij schrijft regelmatig in Doorbraak over Nederland en de Nederlandse politiek.
Jan Renkema probeert de ‘Nederlander’ is een beperkt aantal pagina’s te doorgronden.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.