JavaScript is required for this website to work.
post

Gezocht: leergierige leerlingen met passie!

Opinie

Jan Maes7/3/2014Leestijd 3 minuten

Minder dan drie uur wiskunde in de derde graad bepalend voor de resultaten op de universiteit? Jan Maes trekt vijf lessen uit een leven lang leren.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Uit onderzoek van de Universiteit van Hasselt blijkt dat eerstejaarstudenten drie keer minder kans op slagen hebben als ze slechts drie uur wiskunde hebben gehad in de derde graad ASO zoals in de richtingen Humane Wetenschappen, Economie-Moderne Talen, Latijn-Moderne Talen en Grieks-Latijn. Rector De Schepper zegt het duidelijk: ‘Bij Latijn-Wiskunde slaagt 69% van de studenten in het eerste jaar van de universiteit, en in humane wetenschappen is dat helaas maar 21 procent.’ Hij relativeert tegelijk door toe te geven dat de Universiteit Hasselt nagenoeg geen humane richtingen telt. Voor de richtingen die zijn universiteit aanbiedt, is dat extra uur wiskunde in het middelbaar echt wel noodzakelijk. Maar er is meer aan de hand dan enkel dat extra uur wiskunde. Ik spreek uit ervaring.

Ik heb zelf Mens-Wetenschappen gestudeerd; ook in 1980 een richting met maar drie uur wiskunde. Omdat het PMS (huidige CLB) en mijn leerkrachten mij afraadden om geschiedenis te gaan studeren en omdat je met dat diploma toen toch geen werk in het onderwijs kon vinden, koos ik er voor om mijn tweede lievelingsvak, biologie, te gaan studeren aan het LUC, de huidige Universiteit Hasselt. Als ‘strever’ dacht ik dat ik met hard werken er wel zou komen. Ik werkte tijdens de grote vakantie mijn achterstand weg met het doornemen van een speciaal daarvoor door de universiteit opgesteld vademecum wiskunde, slaagde in de oriënterende proeven eind september, maar botste al snel op het voor mij te snelle tempo en de moeilijkheidsgraad van de vakken wiskunde, fysica en scheikunde. Mijn wiskundige basis was – ondanks zeer goede cijfers voor deze vakken in de richting Mens-Wetenschappen ‒ duidelijk onvoldoende. Op de vakken Maatschappijleer en Wetenschapsleer haalde ik dan weer wel heel mooie cijfers. Ik heroriënteerde me en ging in Antwerpen en Leuven eerst geschiedenis en nadien ook nog godsdienstwetenschappen studeren. Eerste les: oriënteer leerlingen naar richtingen die aansluiten bij hun talenten én passie. Ik droomde er vanaf mijn twaalfde al van om later voor de klas te staan en geschiedenis te geven. Intussen geef ik al 27 jaar met veel enthousiasme godsdienst en hou ik mij tijdens mijn vakantie passioneel bezig met historisch onderzoek.

Tweede les: voor een positief-wetenschappelijke richting is drie uur wiskunde in het middelbaar als voorbereiding echt onvoldoende. De professor wiskunde vroeg op een bepaald moment in de les wie er nog nooit matrices had gezien. We waren slechts met vijf van de 120 studenten biologie en scheikunde. ‘Trek uw plan’ zei hij.

Derde les: ook in de humane richtingen psychologie, sociologie, maar ook geschiedenis, is ‘statistiek’ een buisvak. Daarom zouden scholen met ASO-richtingen alle leerlingen in de richtingen met drie uur wiskunde binnen de ‘vrije ruimte’ of ‘seminarie’ dat de school zelf mag invullen in de derde graad, verplicht een extra uur statistiek moeten laten volgen met een cursus en examens.

Maar er is meer aan de hand. Ik geef al jaren godsdienst aan alle zesdejaars ASO van de sociologisch gezien vrij homogeen samengestelde leerlingenpopulatie op ons college in de Zuidrand van Antwerpen – weinig leerachterstand, heel weinig leerlingen met een allochtone achtergrond, en over het overgrote deel afkomstig uit de middenklasse ‒ en kan dus goed vergelijken. Elke zesdejaarsleerling krijgt 2 uur godsdienst en 2 uur geschiedenis per week telkens gegeven door dezelfde leerkracht. In de klas met Grieks-Latijn, Grieks-Wiskunde, Latijn-Wetenschappen en Latijn-Wiskunde scoren de leerlingen op deze toch humane wetenschappen gemiddeld zo’n 15% beter dan de leerlingen uit Humane Wetenschappen of Economie Moderne Talen. Voor een deel wordt dat verklaard door een groot verschil in schrijfvaardigheid. In de lessen Latijn en/of Grieks wordt nog veel meer grammatica gegeven en grondiger ingeoefend dan in de lessen Nederlands. Vierde les: de lees- en schrijfvaardigheid moet in die humane richtingen dringend terug omhoog.

Maar het grootste verschil is toch vooral te verklaren door het vaak erg grote verschil in passie,  leergierigheid, motivatie, doorzettingsvermogen en studie-inzet. Een onderzoek naar het aantal uren dat leerlingen uit de verschillende richtingen effectief thuis bezig zijn met hun studie, zou denk ik bijzonder grote verschillen uitwijzen die het verschil in slaagkansen op de universiteit meer en beter verklaren dan dat extra uurtje wiskunde. In de Humane Wetenschappen en Economie Moderne Talen worden taken vaker niet gemaakt, te laat afgegeven of zijn ze niet conform de vormvereisten, worden er gemiddeld genomen veel minder notities genomen tijdens de lessen en de teksten in de cursus worden vaker niet of onvoldoende gelezen en bewerkt; allemaal belangrijke vaardigheden die in het hoger onderwijs mee het verschil maken. Vijfde les: willen we derdegraadsleerlingen in deze richtingen beter voorbereiden op het hoger onderwijs, dan moeten de verwachtingen daar dringend terug omhoog. Ook in deze richtingen zouden leergierigheid en het streven naar uitmuntendheid vanzelfsprekend moeten zijn en beloond mogen worden. Een diploma mag je nooit krijgen. Een diploma moet je altijd verdienen.

 

Jan Maes is gewezen leerling Mens-Wetenschappen, Historicus en godsdienstleerkracht

 

Foto: © Reporters

Personen

Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.

Commentaren en reacties