Donderdag 7 april debatteerde de Tweede Kamer met minister Hugo de Jonge over de Sywert-deal. Een motie van wantrouwen tegen De Jonge kreeg 52 stemmen voor en 72 tegen. Een deuk in zijn blazoen. Hoe is het zover kunnen komen? Sywert van Lienden ‘Sywert’ verwijst naar Sywert van Lienden. Vanaf voorjaar 2012 was hij vaste gast in Nederlandse praatprogramma’s en alomtegenwoordig op sociale media. Toen de coronacrisis uitbrak, stelde hij op sociale media het tekort aan mondmaskers aan de orde.…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Donderdag 7 april debatteerde de Tweede Kamer met minister Hugo de Jonge over de Sywert-deal. Een motie van wantrouwen tegen De Jonge kreeg 52 stemmen voor en 72 tegen. Een deuk in zijn blazoen. Hoe is het zover kunnen komen?
Sywert van Lienden
‘Sywert’ verwijst naar Sywert van Lienden. Vanaf voorjaar 2012 was hij vaste gast in Nederlandse praatprogramma’s en alomtegenwoordig op sociale media. Toen de coronacrisis uitbrak, stelde hij op sociale media het tekort aan mondmaskers aan de orde. Met twee bekenden richtte hij de ‘Stichting Hulptroepen Alliantie’ op, om dit te verhelpen. Vorig jaar onthulde de Volkskrant dat de drie niet zo onbaatzuchtig waren als ze zich voordeden. Ze bleken door de ‘mondkapjesdeal’ miljonair geworden. Voor meer informatie, lees het boek ‘Sywert’s miljoenen’.
Wit konijn van het CDA
Het Christen-Democratisch Appel (CDA) zag meer in Van Lienden. Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 hoopte de partij nieuwe kiezersgroepen aan te spreken: jongeren, hoogopgeleiden, (Rand)stedelingen. De Jonge, wethouder (schepen) geweest in Rotterdam, leek daarom geschikter als lijsttrekker dan de uit de agrarische regio Twente afkomstige Pieter Omtzigt.
Van Lienden, inmiddels lid, schreef mee aan het verkiezingsprogramma. Achteraf bleek hij kanshebber voor een verkiesbare plaats op de kandidatenlijst, maar het partijbestuur stak daar een stokje voor. Vanwege de ‘mondkapjesaffaire’ zei hij zijn lidmaatschap op. Het Openbaar Ministerie onderzoekt de zaak. Het drietal zat onlangs enkele dagen vast voor verhoor. De overheid heeft accountantskantoor Deloitte opgedragen de gang van zaken te onderzoeken.
Hugo de Jonge
De Jonge (geen familie) werd in 2017 minister van Volksgezondheid. Het CDA had hoge verwachtingen van hem. Anderen viel het op dat enkele karaktertrekken hem in de weg konden zitten.
Zo vestigde hij vanaf dag 1 de aandacht op zaken die niks met zijn functioneren te maken hadden: zijn schoenen. ‘De minister met de clownsschoenen.’ Daarnaast bleek de domineeszoon een eigen draai te geven aan de aloude protestantse voorkeur voor ‘het Woord alleen’. Hij gaf op iedere vraag van journalisten en Kamerleden antwoord, ook als het handiger was om geen commentaar te geven. Uitgebreid antwoord: waar een paar woorden of een zin volstonden, begon hij een monoloog. Menig Kamerlid en parlementair verslaggever verzuchtte zich, als een debat met hem ingeroosterd werd aan het einde van een vergaderdag…
Dit werd een ergerlijk trekje toen hij dit ook deed bij de coronapersconferenties. In die periode viel een derde eigenaardigheid op: hij zette altijd hoog in. Hij beloofde meer dan hij waar kon maken. Andere bewindspersonen overkomt dit een of twee keer, waarna ze verwachtingen bewust laag houden. De Jonge beschikt echter over een vierde tekortkoming: hij leert niet van zijn fouten.
December 2020 gaf hij eenmalig toe ergens niet geschikt voor te zijn. De combinatie van minister van Volksgezondheid en CDA-lijsttrekker zijn viel hem te zwaar. Drie maanden voor de verkiezingen gaf hij het lijsttrekkerschap op. Wopke Hoekstra (Financiën) nam het over.
Dwangmaatregelen
De Jonge zag zelfs af van een plek op de lijst. Toch werd hij opnieuw minister, nu voor Volkshuisvesting. Tot en met 2030 – dus in acht jaar? – wil hij 900.000 woningen bouwen, desnoods met dwangmaatregelen. Interessante uitleg van het christendemocratische begrip ‘subsidiariteit’.
Waarom hij nog minister is? Binnen het CDA vinden velen dat hij dat verdient, na de tropenjaren op Volksgezondheid tijdens corona. Bovendien maakte hij vrijwillig plaats voor Hoekstra. Buiten het CDA leeft een andere verklaring. Van de termijn van vier jaar viel door de lange formatie een jaar af, terwijl het denkbaar is dat het kabinet-Rutte IV de eindstreep niet haalt. Weinig mensen willen nu minister worden.
Appjes
De Volkskrant kwam 25 maart met een nieuwe onthulling. Ambtenaren bleken sceptisch over de goede bedoelingen van Sywert & co. Het was De Jonge die de samenwerking wilde. Met als argument ‘better inside the tent pissing out than outside the tent pissing in’.
Aanvankelijk weigerde De Jonge de betreffende appjes vrij te geven. Later ging hij alsnog overstag. Hij bleek zich er intensief mee bemoeid te hebben. Voor een ambtenaar werd ‘knuffelen met Sywert bijna een dagtaak’.
Ministeriële verantwoordelijkheid
Staatsrechtelijk gezien is de zittende minister verantwoordelijk. Bij ondeugdelijk bestuur moet hij of zij aftreden. Dit kan onrechtvaardig voelen, wanneer een gewaardeerde bewindspersoon moet aftreden voor een fout van de voorganger.
Op Volksgezondheid werd De Jonge opgevolgd door Ernst Kuipers (D66, links-liberaal). Kuipers, arts, coördineerde tijdens de coronacrisis de spreiding van coronapatiënten over de beschikbare IZ-bedden. Ogenschijnlijk zonde als hij om De Jonge moest aftreden. Alleen: Rutte IV bestaat uit 29 ministers en staatssecretarissen. Om zoveel bewindspersonen aan te kunnen stellen, werden bestaande verantwoordelijkheden verdeeld. Sinds januari beschikt Nederland over een minister voor Langdurige Zorg en Sport, Conny Helder (VVD).
Helder heeft veel bestuurservaring in de zorg. Dit lijkt haar eerste politieke functie. Dit was haar eerste debat met de Kamer. Prettig begin. In theorie kunnen De Jonge én Kuipers aanblijven, als zij vanwege van de Sywert-deal aftreedt.
Een eervoller precedent: in 1988 moest de Nederlandse staatssecretaris van Defensie aftreden om iets wat plaatsvond onder zijn voorganger. Voorganger Wim van Eekelen (VVD), inmiddels minister van Defensie, trad uit eergevoel ook af.
Het ego van Hugo
De Jonge besloot deel te nemen aan dit Kamerdebat. Staatsrechtelijk een novum, dat mogelijk meer problemen veroorzaakt dan oplost. Marcel Peereboom Voller, satirisch Telegraaf-columnist, vatte het 8 april samen: ‘Hugo’s ego zit het landbelang in de weg’.
Momenteel onderzoekt Deloitte de gang van zaken tussen Van Liendens stichting en het ministerie van Volksgezondheid. Op praktisch niveau heeft debatteren mogelijk weinig zin zolang dit niet is afgerond. Iets waarover Kamerleden verdeeld zijn, maar waarvan de logica wordt ingezien. Toen De Jonge dinsdag aankondigde aanwezig te zijn bij het Kamerdebat, werd het appverkeer, hier beschikbaar, vrijgegeven. Daarmee stak hij zijn eerste lont in het kruitvat.
Informatieplicht
Herinnert u zich de toeslagenaffaire? Kamerleden Omtzigt en Renske Leijten (van de uiterst linkse Socialistische Partij) hadden de grootste moeite om de benodigde informatie boven tafel te krijgen. Later bleek dat het kabinet-Rutte III bewust informatie achterhield. Tussendoor vond het ‘1 april-debat’ plaats. Dit eindigde met een motie van afkeuring tegen demissionair premier Rutte, die op zijn eigen VVD na, steun kreeg van alle partijen. De door D66-leider Sigrid Kaag ingediende motie van wantrouwen haalde het niet – de basis voor de langdurige formatie.
Geneuzel binnen de Haagse kaasstolp? Ja en nee. Volgens artikel 68 zijn bewindspersonen verplicht informatie te verstrekken. Toen de Kamer het vroeg, werden de apps niet vrijgegeven. De Jonge kon beslissen van wel.
Imago van Hugo
Joba van den Berg had de ondankbare taak om namens de CDA-fractie deel te nemen. Zij wees op de op de publieke opinie, die indertijd de inkoop van zoveel mogelijk mondmaskers eiste en op de blamage als door een ‘concurrerende organisatie’ er ‘namens Nederland dus twee stemmen in China klinken in plaats van één’.
Dit betoog deed de gemoederen niet bedaren. Voorjaar 2020 was Van Lienden nog geen dertig. Hij had geen bedrijfsachtergrond. Hoeveel volgers hij ook had op Twitter, hoe reëel was het dat hij de connecties, het geld en de onderhandelingsvaardigheden had om voor elkaar te krijgen wat de Nederlandse staat niet lukte? Bovendien had het ‘Landelijk Consortium Hulpmiddelen’, in 2020 ijlings opgericht door het ministerie van Volksgezondheid, aangegeven de ‘Stichting Hulptroepen Alliantie’ niet te vertrouwen. Was tijdens de grootste naoorlogse crisis het imago van De Jonge belangrijker dan het oplossen van problemen?
Meerdere Kamerleden kregen het gevoel dat Van den Berg zich eerder opstelde als regeringslid dan als volksvertegenwoordiger. Fractievoorzitter Jesse Klaver van GroenLinks werd bijna onheus: ‘Ga dan alsjeblieft zitten. Dit is echt een schande voor de Tweede Kamer.’
De Jonge overleefde dit debat. Het onderzoek van Deloitte loopt nog. Overleeft hij het volgende?
Alle ballen op Omtzigt
In 2020 was Omtzigt nog CDA-Kamerlid. Hij werd geïnterrumpeerd door VVD en D66. Omtzigt pleit altijd voor transparantie. Was hij bereid zijn communicatie, voor en achter de schermen, uit die periode vrij te geven? Wat Omtzigt zeker zal doen, als Deloitte daarom vraagt. Maar het verbaasde hem dat de coalitie dit aan een lid van de oppositie wordt gevraagd, ‘terwijl de coalitie 20.000 gesprekken achter de schermen heeft’. De coalitie lijkt ‘zetelrover’ Omtzigt niks te gunnen.
Tijdens het debat was de insteek van Fleur Agema van de PVV (Geert Wilders) dat het CDA aan nepotisme deed. De Jonge, diens persoonlijke assistent, Van Lienden, betrokken ambtenaren – allemaal partijgenoten. Haar huiswerk bleek niet in orde: een genoemde ambtenaar was nooit CDA-lid. In 2020 was Omtzigt nog CDA-lid. Hij en Van Lienden schreven mede het verkiezingsprogramma. Agema stelde dat hij ‘onderdeel uitmaakte van de vriendjespolitiek van het CDA’.
Forum voor Democratie voegde weinig toe. Kamerlid Pepijn ‘tribunalen’ van Houwelingen beklaagde zich dat coalitiepartijen eerdere Forum-moties niet steunden. Opiniesite ‘GeenStijl’ spreekt dan van ‘huilie huilie’.
Positieve afsluiting
De Jonge die de ministeriële verantwoordelijkheid en de informatieplicht herinterpreteert, meerderheidsvertegenwoordigers die een oppositielid ter verantwoording roepen, staatsrechtelijk gezien bedenkelijk.
Het debat bevatte één positief unicum. Na de maidenspeech van een Kamerlid volgt geroffel. Maarten Goudzwaard (JA21) is waarschijnlijk de eerste met twee roffels. Hij vervangt Nicki Pouw-Verweij tijdens haar zwangerschapsverlof. Hij vertelde dat ze woensdag beviel van een dochter.