JavaScript is required for this website to work.
post

IJzerbedevaartcomité en Afrikaners

vrije opinie

Koenraad Elst23/9/2013Leestijd 3 minuten

Koenraad Elst vindt dat de Vlaamse Beweging met betrekking tot Zuid-Afrika de kans heeft gemist om origineel uit de hoek te komen. In plaats daarvan werd een eigen speerpunt naar de verdoemenis geholpen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een probleem in de Vlaamse beweging is de verwarde hoewel begrijpelijke gehechtheid aan zowel het Vlaams-nationalisme als andere ideologieën, bv. het katholicisme of damals het totalitarisme, later het heersende progressisme. Nou ja, probleem: dat hoeft op zich niet problematisch te zijn, doch reken maar op de Vlamingen om zich daardoor in een knoop te werken.

Een voorbeeld was de houding tegenover de Afrikaners, eind jaren 80. Op de nationale Bedevaart naar de IJzergraven werd traditioneel, naast het Wilhelmus en De Vlaamse Leeuw, ook Die Stem van Suid-Afrika gezongen. De nationalistische omarming van de Afrikaners als ‘broedervolk’ was het voorwerp van eensgezindheid onder de IJzerbedevaarders. Men had dus dat lied moeten blijven zingen zolang als het een broedervolk gold, ongeacht de politieke tendensen. Anderzijds was het Apartheidsstelsel erg omstreden, zelfs binnen de Vlaamse beweging. Het was zondermeer juist om daar bezwaar tegen te maken.

Bezwaar maken tegen een zeer tijdelijk bestuursstelsel is echter iets anders dan bezwaar maken tegen een volk. Terwijl de anti-Apartheidsbeweging onder de zwarten en ook onder de Engelssprekenden een racistisch anti-Afrikanerkarakter kreeg, was de Vlaamse beweging in een positie om een origineel standpunt in te nemen. Ze kon het Afrikanervolk omarmen en tegelijk deze broeders zeggen dat zij zich vergisten. Als trouw broedervolk waren de Vlamingen zelfs beter geplaatst om de Afrikaners voor de komende afgrond te waarschuwen. 

Echter, niets van dat alles. Rechtse Vlamingen verbonden aan hun gehechtheid aan de Afrikaners automatisch ook steun aan de racistische Apartheid, linkse Vlamingen verbonden aan hun afkeer voor de Apartheid een racistische afkeer voor de Afrikaners en hun nationaal lied. De originele middenpositie kwam er niet aan te pas; niemand betuigde zijn verwantschap met de Afrikaners terwijl hij toch de Apartheid verwierp. Ja, originaliteit en Vlaamse beweging, ze vallen moeilijk te verenigen. Het IJzerbedevaartcomité, door links als spreekwoordelijk rechts verfoeid, trachtte bij zijn vijanden in het gevlij te komen en maakte daarvoor de kwestie-Zuid-Afrika tot inzet van een georganiseerde broedertwist op zijn bedevaart. Aangezien de anti-Apartheidsbeweging zich tegen het Afrikanervolk keerde, vond het hersenloze IJzerbedevaartcomité er niet beter op dan hetzelfde te doen, ondermeer door het lied Die Stem uit het programma te weren.

Dat de agenda van het comité minder met een hooggestemde bewogenheid over een politiek stelsel in een ver land te maken had dan met ideologisch conformisme, bleek vervolgens uit zijn poging om met de anti-Vlaamse politieke wind mee te waaien. Het stelde het nochtans zeer heldere en nog altijd actuele programma dat bekend staat als het Fronterstestament in vraag. Dat luidde: nooit meer oorlog, zelfbestuur en godsvrede. Om het van zijn politieke implicaties te ontdoen, maakte het comité daarvan de nietszeggende slagzin: vrede, vrijheid, verdraagzaamheid. De Frontsoldaten hadden haar op hun tanden, en dat vertaalde zich in drie doorleefde en heldere eisen. De welgedane comitéleden slaagden erin om daar iets grijs en betekenisloos van te maken.

Of verdeeldheid zaaien de taak van de beheerders van een bedevaart is, valt te betwijfelen; het heeft de vijanden van de Vlaamse beweging alleszins veel plezier gedaan. Wel zijn de linksen, spijts de bedoelingen van het comité, nooit op bedevaart gekomen. Twintig jaar lang is de IJzerbedevaart alleen maar achteruit gebold en heeft ze zowel haar harde kern als haar meelopers weggejaagd, tot ze zichzelf in 2012 moest afschaffen. De pogingen van het comité om zijn koers te rechtvaardigen, waren een monument van gezemel en woordenkramerij, gelukkig te saai om te onthouden. De eerloosheid van de formele behoeders van de Bedevaart, die een Vlaamse manifestatie hebben laten ten onder gaan in de ijdele hoop om zo de verklaarde vijanden van de Vlaamse beweging aan te trekken, zegt helaas weer veel over de Vlamingen. Want deze mensen zijn echt niet zo uitzonderlijk.

In 2013 bezegelt de flop van het Gordelfestival de ondergang van de Gordel, samen met de feitelijke afschaffing van de IJzerbedevaart weer het verlies van een flamingantisch monument. Allebei zijn ze het gevolg van de controle over Vlaamse manifestaties door mensen die andere prioriteiten hebben. Verschil: dat de BLOSO-socialiste Carla Galle de Gordel eerst zoveel mogelijk van zijn politieke angel ontdeed en tenslotte om zeep heeft geholpen, lag misschien in de lijn der verwachtingen, maar dat de formele behoeders van de IJzerbedevaart (een moment van inkeer en eensgezindheid bij de verschillende stromingen) hun natuurlijke achterban hebben weggejaagd om bij de verklaarde vijanden van de Vlaamse beweging in het gevlij te komen, is werkelijk verachtelijk.

Ik ben nooit naar de IJzerbedevaart geweest en op zich interesseert zo’n manifestatie mij niet. Maar ik weet wel dat als ik iets dergelijks onder mijn hoede nam, ik het zou verdedigen en hooghouden, in plaats van het kapot te maken.

<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>

Personen

Koenraad Elst (1959) is orientalist. Hij werkte als politiek journalist bij diverse Vlaamse en Indiase media, van Trends en Punt tot The Pioneer en Pragyata Magazine, als assistant buitenlandbeleid in de Belgische senaat, en als gastprofessor in twee Indiase universiteiten. Zijn eigenlijke roeping vindt men echter in de tientallen onderzoekspapers en een dertigtal boeken, vooral over de belangrijkste hangijzers in de antieke en hedendaagse feiten- en ideeëngeschiedenis van India, en verder over faits divers als de islam.

Commentaren en reacties