Islamo-gauchisme: niet alleen voor rechtse scherpslijpers
Verduidelijkingen bij een politiek concept
Betoging van het CCIF in Parijs
foto © AFP
Islamo-gauchisme? De term heeft duidelijk een negatieve connotatie in de mond van zij die hem gebruiken. Een verduidelijking.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementIn de krant Le Monde van het voorbije weekend verscheen een uitgebreide analyse en historiek van de politiek gevoelige term ‘islamo-gauchisme’ die sinds de recente aanslagen in Frankrijk weer vaak — te pas en te onpas — opduikt in de media en tijdens debatten op radio en televisie. Het laatste voorbeeld daarvan vormden de uitspraken, 22 oktober jl., van minister van Onderwijs Jean-Michel Blanquer op radiozender Europe 1.
Rechtse scherpslijpers?
Macrons meest populaire minister hekelde er in een interview ‘de sterke invloed in grote sectoren van het hoger onderwijs van “islamo-gauchistische stromingen” die verschrikkelijk veel schade aanrichten in de geesten van scholieren en studenten.’
Islamo-gauchisme? De term heeft duidelijk een negatieve connotatie in de mond van zij die hem gebruiken. Maar vergis u niet, dat zijn lang niet alleen rechtse scherpslijpers zoals Marine Le Pen, Eric Zemmour of Ivan Rioufol van Le Figaro. Ook de specialist van de Arabische wereld Gilles Kepel, de filosoof Raphaël Enthoven, de vroegere eerste minister Manuel Valls, de schrijvers Zineb El Rhazoui en Pascal Bruckner en de tijdschriften Marianne en Causeur gebruiken hem in hun analyses.
Gemeenschappelijke vijand
De politoloog Pierre-André Taguieff was de eerste die het concept ‘islamo-gauchisme’ gebruikte in zijn in 2002 verschenen boek La Nouvelle Judéophobie. Voor Taguieff had de term een louter descriptieve functie, beklemtoont Valentine Faure in Le Monde. Islamo-gauchisme slaat voor Taguieff op de ‘convergentie tussen fundamentalistische moslims en sommige extreemlinkse groepen met de bedoeling een gemeenschappelijke vijand te bestrijden’.
Die vijand is ‘het racisme’, het ‘kolonialisme’, de ‘islamofobie’ en ook de destijds op het katholieke klerikalisme veroverde ‘laïciteit’ die sinds de van 1905 daterende scheiding tussen Kerk en Staat, het fundament van Republikeins en democratisch Frankrijk vormt. Het tijdens de Tweede Wereldoorlog met de Duitsers collaborerende Vichy-regime van Maarschalk Pétain vormt de enige korte parenthese daarop sindsdien.
‘Het is niet verboden te verbieden.’
De absolute verdediging van die laïciteit was in Frankrijk gedurende meer dan 100 jaar ‘het voornaamste criterium’ dat links van rechts onderscheidt, zei de historicus Jacques Julliard hier twee jaar geleden over in een gesprek met La Revue des Deux Mondes (oktober 2018). Dat principe was ook de reden waarom republikeins links, in 1989, toen in het Noord-Franse Creil de eerste affaire rond de islamitische sluier losbarstte, zich achter een verbod op school van die sluier schaarde.
Net zo stemde een overgrote meerderheid van de Franse socialisten in 2004 voor de wet tegen het dragen van religieuze kentekens op school. Het is in een democratie niet ‘verboden om te verbieden’, zoals naïeve jongens en meisjes in mei ’68 scandeerden, wel integendeel. Dat verklaart mede waarom consequente en linkse feministen als schrijfster Elisabeth Badinter, gewezen socialistisch minister Yvette Roudy en Catherine Kintzler het verbod op de ‘foulard’ altijd met hand en tand verdedigd hebben.
Ersatzproletariaat
Maar dus niet iedereen ter linkerzijde denkt er zo over. Sinds de arbeidersklasse gewend raakte aan burgerlijk comfort en derhalve steeds minder ‘revolutionair potentieel’ biedt aan extreemlinkse partijen, is een deel van radicaal links op zoek gegaan naar een ersatzproletariaat dat het voor zijn doeleinden kan inzetten. Voor hen zijn die nieuwe verworpenen der aarde vandaag de achtergestelde moslims in de banlieues van de grote Franse steden. Want de islam heet een ‘religie van de armen’ te zijn, ook al is daar in theocratische regimes als Saoedi-Arabië of Qatar niet altijd veel van te merken.
Dat zich aanschurken tegen religie in het algemeen en de islam in het bijzonder door een fractie van de Franse linkerzijde, verliep in verschillende etappes. Zo besloten op het einde van de jaren 60 van vorige eeuw een aantal maoïstische groupuscules om actieve steun te verlenen een de in Latijns-Amerika ontstane ‘Bevrijdingstheologie’ gepredikt door de theoloog Leonardo Boff en Dom Helder Camara. Jezus Christus heette de eerste revolutionair te zijn en in die optiek was de gewapende strijd van pro-Chinese of pro-Russische guerrillero’s perfect compatibel met trouw aan het Evangelie.
Khomeiny
Tien jaar later zorgde een soortgelijk sofisme ervoor dat de trotskistische ‘Organisation communiste internationale (OCI)’ zijn steun uitsprak voor het nieuwe theocratische regime van ayatollah Khomeiny. Want achter de islamitische revolutie ontwaarde zij de opstand van het proletariaat. In het linkse weekblad Le Nouvel Observateur en de Italiaanse krant Il Corriere della Sera zette filosoof Michel Foucault, die de sjiitische leider was gaan opzoeken, zijn kritische reflexen even opzij voor ‘dit mythische personage’ dat ‘met zijn naakte handen is opgestaan tegen de despoot.’ Khomeiny als symbool van het verzet tegen de onderdrukking.
De journalist Christophe Bourseiller herinnert ons in La Revue des Deux Mondes er ook aan dat de in 80 landen vertegenwoordigde trotskistische Vierde Internationale nooit een Israëlische afdeling in haar rangen heeft toegelaten. Om de islamitische broeders niet voor het hoofd te stoten. In Frankrijk is de Nouveau Parti Anticapitaliste (NPA) van gewezen postbode en presidentskandidaat Olivier Besancenot de spreekbuis van de Vierde Internationale. Het is zijn partij die nog niet zo lang geleden een tactische alliantie aanging met de in 2010 opgerichte Parti des Indigènes de la République (PIR).
Socialist Workers Party
Deze Parti des Indigènes mogen we zonder veel overdrijving de politieke emanatie van het ‘islamo-gauchisme’ noemen. Haar grote voorbeeld is de Britse Respect Party van George Galloway, die de eigenaardigheid heeft dat de meeste van haar kaders afkomstig zijn van de eveneens trotskistische Socialist Workers Party die op haar beurt nauw samenwerkt met de Muslim Association of Britain (MAB), schrijft Bourseiller. De MAB is niets anders dan de ‘fatsoenlijke’ vitrine van de Moslimbroeders.
De Parti des Indigènes noemt Frankrijk in haar stichtingsmanifest een ‘intrinsiek kolonialistisch land’ en stelt zich tot een van haar voornaamste doelen de afschaffing van de wet die religieuze tekens op school verbiedt: ‘discriminerend, seksistisch en racistisch, de wet tegen de sluier is een uitzonderingswet die naar kolonialisme ruikt.’ De informatiewebsite Mediapart van Edwy Plenel besteedde in het verleden om die reden veel aandacht aan de Parti des Indigènes.
Antisemitisme
Plenel is trotskist en gewezen hoofdredacteur van Le Monde en auteur van het pamflet Pour les musulmans. Iemand die niet gelooft wat hij ziet, maar die ziet wat hij gelooft, zoals Michel Onfray het uitdrukt. Hij beschouwt het vandaag als zijn voornaamste taak de islamofobie te bestrijden die hij na elke aanslag ziet toenemen. ‘Haat mag niet het excuus van humor hebben’, schreef hij na de aanslag op Charlie Hebdo in januari 2015. Met andere woorden: de karikaturisten hebben het zelf gezocht. Het onlangs door de Franse regering buiten de wet gestelde Collectif contre l’Islamophobie (CCIF) bezigt een gelijkaardig discours.
Dat leggen van de verantwoordelijkheid voor islamistische aanslagen bij de slachtoffers, zou ik het fundamentele kenmerk noemen van de luidruchtige minderheid ter linkerzijde die het seculiere fundament van Frankrijk, de laïciteit, wil doen plaatsmaken voor een nefaste vorm van communautarisme of separatisme. Samen met wansmakelijk antisemitisme — waar Edwy Plenel zich niet schuldig aan maakt — waardoor heel wat aanhangers van de Parti des Indigènes zich onderscheiden. De door het CCIF georganiseerde betoging van 10 november vorig jaar, met de vele gele Jodensterren, vormde wat dat betreft het voorlopig trieste hoogtepunt.
Houria Bouteldje
Want Joden herken je aan hun smoel, nietwaar? Houria Bouteldje, de medeoprichtster van de Parti des Indigènes schreef in 2016 het terzake leerrijke boekje Les Blancs, les juifs et nous (La Fabrique). U kunt er volgende parels in lezen: ‘Joden, ik zou u onder duizend andere mensen kunnen herkennen, uw ijver is verraad.’ Of nog : ‘De Joden zijn de schilden, de schermutselaars van de Franse imperialistische politiek en haar islamofobe politiek.’
Het leverde Houoria Bouteldje een door linkse intellectuelen ondertekende Vrije Tribune in Le Monde op waarin deze hun steun aan haar betuigden.
Tags |
---|
Koen Dillen (1964), studeerde in 1987 af als vertaler Frans-Duits en heeft een passie voor Frankrijk. Hij schreef onder pseudoniem opgemerkte biografieën over Nicolas Sarkozy en François Mitterrand en publiceerde, in samenwerking met Frank Vanhecke, Al bij al heb ik gelukkig geleefd', het levensverhaal van wijlen Marie-Rose Morel.
Marine Le Pen koos ervoor de Franse regering te doen vallen. Het valt nog te bezien of haar partij daar ook beter van wordt.
Open Vld maakt zich zorgen om de stijgende Vlaamse schuldgraad, maar onder de vorige Vlaamse regering steeg de overheidsschuld ook al flink.