Italië kijkt uit naar historische grondwetsherziening
Premier Renzi waagt zijn politieke toekomst om van het politiek labiele Italië een stabiel land te maken.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe Italiaanse premier, Matteo Renzi, maakte van de grondwetsherziening zijn stokpaardje. De hervorming wordt als noodzakelijk gezien in een land waar de politieke architectuur geen stabiele regeringsvorming kan garanderen. Weinig Italiaanse regeringen waren immers een lang leven beschoren. Daar lijkt nu een einde aan te komen.
Einde aan instabiel tweekamersysteem?
Sinds de geboorte van de Italiaanse republiek (1946) kent het land een perfect tweekamersysteem, waar de Kamer van Volksvertegenwoordigers en de Senaat een gelijke rol spelen. Door de manier waarop de twee kamers electoraal verschillend verkozen worden, kon maar zelden eenzelfde stabiele meerderheid gevonden worden in zowel Kamer als Senaat. Het gevolg is geschiedenis: chaotische legislaturen met bekvechtende politici, Kamer en Senaat die met elkaar in de clinch lagen, extreem korte regeringen enz.
De charismatische en hervormingsgezinde Matteo Renzi, die als burgemeester van Firenze partijleider werd van de centrumlinkse Democratische Partij, hield in februari 2014 een succesvolle putsch tegen zijn partijgenoot en eerste minister Enrico Letta. Hij kon zo via een interne partijstemming, zonder algemene verkiezingen, de jongste premier ooit van Italië worden. Zijn ambitie was er meteen niet minder om: de Italiaanse grondwet, sinds 1948 grotendeels ongewijzigd, grondig hervormen. Na 30 dertig jaar proberen ziet het er nu naar uit dat Renzi succesvol zal zijn: het voorstel werd gisteren in een laatste stemronde door de Kamer van Volksvertegenwoordigers goedgekeurd. Het voorstel moet nu door het Italiaanse volk in een referendum geratificeerd worden.
Meerderheid stemt tegen oppositie
De meerderheidscoalitie van Renzi drukte de grondwetsherziening erdoor met absolute meerderheid. De oppositie van Movimento 5 Stelle, Forza Italia, Lega Nord en kleinere partijen weigerden deel te nemen aan de stemming en verlieten uit protest het halfrond. Gezien deze grondwetsherziening geen 2/3 meerderheid haalt in Kamer en Senaat, moet deze nu nog goedgekeurd worden bij een algemeen referendum, dat in oktober moet plaatsvinden. Eerste minister Renzi liet al weten zijn politieke toekomst te laten afhangen van het resultaat.
Grondige hervorming Senaat
Wat gebeurt er precies? Met deze hervorming wordt de Senaat gekortwiekt. De Senaat wordt teruggebracht van 315 rechtstreeks verkozen senatoren naar 100, waarvan 95 door de regio’s verkozen en 5 door het staatshoofd aangewezen. De Senaat zal grosso modo enkel nog medebevoegd zijn voor aangelegenheden die de Italiaanse regio’s aangaan (zoals minderheidstalen) en territoriale bevoegdheidskwesties die de regio’s, de staat en de EU aangaan. De regering zal niet meer het vertrouwen van de Senaat hoeven te vragen.
De bevoegdheden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers blijven zo goed als ongewijzigd en deze wordt zo het halfrond waar de echte beslissingen zullen worden genomen, zoals het vertrouwen geven aan de regering. Beide kamers blijven verantwoordelijk voor het kiezen van een staatshoofd, dat in een verzamelde vergadering 3/5 van de stemmen achter zich moet krijgen.
Een andere nieuwigheid is dat nu gestreefd zal worden naar een gelijke verdeling van zetels tussen mannen en vrouwen, zowel nationaal als regionaal.
Referenda blijven deel uitmaken van politiek
Italië kent een traditie van referenda en volksraadplegingen. Dat blijft zo. Wanneer 500.000 handtekeningen voor een voorstel verzameld worden, moet een referendum gehouden worden, waarbij een resultaat als geldig wordt aanvaard bij een opkomst van 50%. Tenzij er 800.000 handtekeningen verzameld konden worden, dan geldt een drempel van 50% van de opkomst bij de laatste algemene verkiezingen.
Ook wetten op volksinitiatief zullen mogelijk blijven: in plaats van 50.000, zullen nu 250.000 handtekeningen nodig zijn om een wetsvoorstel te laten behandelen door de Kamer.
Kritiek oppositie
De hele oppositie, met de Movimento 5 Stelle op kop (Vijfsterrenbeweging, voor directe democratie), noemt de hervorming ondemocratisch. Zo vinden ze het onaanvaardbaar dat tegelijkertijd meer bevoegdheden van de regio’s naar de centrale staat gaan en de provincies afgeschaft worden. Ze vrezen ook voor bevoegdheidsconflicten tussen de staat en de regio’s wegens de grote complexiteit van de bevoegdheidshervormingen.
Een groot hekelpunt is de kieswetgeving, die al door Renzi hervormd werd. Italië werkt met kieskringen die in maximaal twee rondes een aantal vertegenwoordigers aanduiden. Daarbij wordt de grootste kieslijst fors beloond. Wanneer een partij of kieslijst 40% van de stemmen haalt, zal deze 54% van het aantal zetels krijgen, terwijl de resterende zetels evenredig verdeeld worden tussen de andere partijen. Wanneer die 40% niet gehaald wordt, wordt een tweede ronde gehouden tussen de twee grootste om te bepalen wie met de 54% naar huis mag. Een dergelijk systeem houdt uiteraard een onevenredig voordeel in voor de grootste partij of lijst. Er zullen zo na verkiezingen geen coalities meer gezocht hoeven te worden. Volgens Renzi moet dit van Italië het politiek meest stabiele land van Europa maken. Dat hij hierbij geen enkele steun van de oppositie krijgt, lijkt hem niet te deren. Die oppositie maakt zich alvast op voor een nee-campagne.
De weg naar de Derde Italiaanse Republiek lijkt zo ingezet. Het uiteindelijke verdict ligt nu bij het Italiaanse volk.
Tags |
---|
Personen |
---|
Christophe Bostyn is Spanje- en Cataloniëkenner. Hij volgt de Spaanse en Catalaanse politiek op de voet en publiceert daar regelmatig over.
Spanje krijgt Carles Puigdemont maar niet te pakken. Ondertussen maakt het zich ‘belachelijk’ aldus een triomfantelijke Puigdemont.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.