Legendarische Franz Josef Strauß
De geliefde én gehate Beierse politicus zou vandaag 100 jaar geworden zijn.
Weinig politici werden zo bewonderd en verguisd als Franz Josef Strauß. Een terugblik op leven en werken van ‘fjs’.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementFranz Josef Strauß (1915-1988) werd door de enen bewonderd, door de anderen verguisd. ‘fjs’ liet niemand onberoerd. De Beier was een echt politiek beest en had vele woelige watertjes doorzwommen. Strauß was eigenlijk voorbestemd voor een academische loopbaan. De slagerszoon uit München kon als scholier uitstekende studieresultaten voorleggen en studeerde vanaf 1935 geschiedenis en klassieke filologie aan de Ludwig-Maximilians-Universität München. Hij had een groot taalgevoel en gold als hoogintelligent. Merkwaardig dat iemand met zulke intellectuele, haast fijnbesnaarde capaciteiten, later als politicus vaak als een stormram overkwam en bulderende redes hield in Beierse biertenten. Ook kon hij zijn mannetje staan als wielrenner, jager en gebrevetteerd piloot.
Duivel-doet-al
De oorlog gooide roet in het eten. Bij een geallieerde luchtaanval verbrandden ook de notities die hij gemaakt had voor zijn doctoraat. Zelf droeg Strauß tussen 1940 en 1945 het Feldgrau van het Duitse leger. Na de oorlog werd hij in een denazificatieprocedure geklasseerd als entlastet. Hij was geen lid van de NSDAP, de nazipartij, geweest; nazisympathieën konden hem niet ten laste worden gelegd. Het katholieke en anti-Pruisische milieu waaruit hij stamde, hadden hem immuun gemaakt voor de heidense en Groot-Duitse sirenenzangen van de nationaalsocialisten. De Amerikaanse militaire bezettingsmacht stelde hem op 1 juni 1945 aan tot ambtenaar op basis van zijn kennis van het Engels, wat op zich toch niet zo gewoon was voor een jonge man in die dagen.
Van 1949 tot 1978 zetelde Strauß in de Bondsdag, het federale parlement. Daarna was hij tien jaar lang, tot zijn overlijden op 3 oktober 1988, minister-president van de deelstaat Beieren, ‘das schönste Amt der Welt’, zoals hij het placht te noemen. Tussen 1953 en 1969 bekleedde hij verschillende ministersposten, zoals die van ‘Atomminister’ (1955-’56), van Defensie (1956-’62) en van Financiën (1966-’69). Ondertussen was hij van 1961 tot 1988 ook nog eens voorzitter van de CSU, de Beierse zusterpartij van de christendemocratische CDU. De vereniging van al die functies in één persoon, dat kon toen allemaal nog. Een echte duivel-doet-al.
Schietschijf
Strauß was vanuit een diep geworteld anticommunisme een overtuigde Transatlantiker. Met dat ideeëngoed was hij een typische vertegenwoordiger van de jonge Bondsrepubliek die zich de Westbindung, de integratie in de Westerse waardengemeenschap en het Westerse bondgenootschap tot doel stelde. Als minister van defensie moest hij zorg dragen voor de opbouw van een eigen leger voor de Bondsrepubliek, de Bundeswehr, een project dat een goede tien jaar na de traumatiserende wereldoorlog nog erg gevoelig lag. Verschillende schandalen begeleidden zijn ambtsperiode, zoals de bewering dat hij en zijn partij voor tien miljoen dollar aan steekgelden zouden hebben aangenomen voor de aankoop van 916 F-104G Starfighters (Starfighter-Affäre).
Ook de Spiegel-Affäre wierp een smet op zijn blazoen en dat van kanselier Konrad Adenauer. Het opinieweekblad Der Spiegel had op 8 oktober 1962 met de publicatie van het artikel ‘Bedingt abwehrbereit’ van Conrad Ahlers zogezegd geheime informatie over militaire plannen prijsgegeven. Minister van defensie Franz Josef Strauß (CSU) was al jarenlang de schietschijf van Der Spiegel. Dat de politie op 26 oktober 1962 de redactie bestormde en verschillende journalisten arresteerde, beschouwde de publieke opinie dan ook als een wraakactie van hem. Adenauer ontwaarde in de onthullingen van Der Spiegel een ‘Abgrund von Landesverrat’, maar Strauß zelf kon de rechtmatigheid van de actie niet staven en trad op 30 november af. De West-Duitse pers veroordeelde quasi unisono het optreden van de autoriteiten als een aanval op de persvrijheid. In vele steden kwamen gewone burgers massaal op straat, terwijl prominente intellectuelen zich solidair met Der Spiegel verklaarden. Het schandaal effende het pad voor maatschappelijke veranderingen in de Bondsrepubliek vanuit een geest van rebellie tegen de gevestigde normen.
In Beieren had de Spiegel-Affäre tot gevolg dat vele mensen zich schaarden rond Strauß. Als partijvoorzitter voerde hij de CSU van de ene overwinning naar de andere. In november 1962 behaalde de CSU met 47,5% de absolute meerderheid bij de Beierse deelstaatverkiezingen, in 1970 was ze goed voor 56,4% en in 1974 zelfs voor 62,1%.
Beiers patriottisme
Strauß probeerde het Beierse met het Duitse patriottisme te verzoenen. Nog in 1949 had hij een brochure met als titel ‘Unser Nein zu Bonn – Unser Ja zu Deutschland’ geschreven om te verklaren waarom de CSU tegen het Grundgesetz, de grondwet van de Bondsrepubliek, had gestemd. De CSU deed dat niet vanuit een of ander separatistisch gevoel zoals dat van de Beieren zou kunnen gedacht worden – de deelstaat Beieren was in die dagen trouwens te zwak om op eigen benen te staan –, maar omdat ze vond dat het Grundgesetz te centralistisch georiënteerd was en te weinig beslissingsruimte gaf aan de deelstaten, bijvoorbeeld op het financiële vlak.
Die Beierse scepsis tegenover een unitaristisch federalisme bestaat nog altijd. Ze uit zich ook in kritiek op de Länderfinanzausgleich waarbij rijke (of rijk geworden) deelstaten zoals Beieren, Hessen en Baden-Württemberg de zwakkere broertjes met financiële transfers moeten bijstaan. En afgelopen zomer maakte een Bekende Beier nog ophef met een nieuw boek over Beieren. Niet omdat hij de zoveelste lofzang op de schoonheid van de regio aanhief, wel omdat hij uit de economische kracht en de sterke identiteit ervan het bestaansrecht van een onafhankelijke Beierse staat afleidde. De titel ‘Bayern kann es auch allein’ loog er niet om. De auteur, de 74-jarige Wilfried Scharnagl, – in een vorig leven hoofdredacteur van Bayernkurier en een ouwe getrouwe van de vroegere minister-president Franz Josef Strauß -, vuurde zijn pijlen zowel op het ‘Pruisische Berlijn’ af als op het ‘Brussel van de eurocraten’. Bij de boekvoorstelling hing een schare van prominente politici uit de CSU aan de lippen van de éminence grise. De CSU mag dan weinig uitgesproken separatisten zoals Scharnagl tellen, toch bloeit in haar rangen het geloof in een sterke Beierse identiteit.
Communistenvreter
Ondanks al dat Beierse nationalisme is Strauß altijd een Duitse patriot gebleven. Het was op zijn aandringen dat de regering van de deelstaat Beieren in mei 1973 bij het Grondwettelijk Hof in Karlsruhe een geding aanspande tegen het Grundlagenvertrag, het basisverdrag dat de regering van de sociaaldemocraat Willy Brand (SPD) gesloten had met de DDR om de betrekkingen tussen beide Duitse staten te normaliseren. De christendemocratische oppositie fulmineerde tegen de Ostpolitik van Brandt omdat ze vreesde dat de Bondsrepubliek al op voorhand teveel toegevingen deed aan het ‘Oostblok’ en zo de droom van de staatkundige eenheid van Duitsland in gevaar zou brengen. Het paradoxale aan Strauß is dat hijzelf in mei 1983 bemiddelde bij het verlenen van een miljardenkrediet van West-Duitse banken aan de noodlijdende DDR. Hij deed dit vanuit een realpolitische opstelling dat de verdragen met de DDR, nadat ze geratificeerd waren, nu eenmaal moesten worden gerespecteerd. In ruil daarvoor zou de DDR zich grootmoediger opstellen in bepaalde humane kwesties, zoals de wens van sommige van haar burgers om het land te mogen verlaten of zich te verenigen met hun naar het Westen gevluchte familieleden.
Het nieuws van het miljardenkrediet sloeg in als een bom. Onbegrijpelijk leek het dat een ‘communistenvreter’ als Strauß het op een akkoord gooide met het DDR-regime. Op het partijcongres van de CSU op 14 juli 1983 werd Strauß nog maar met 77% van de stemmen in zijn functie als voorzitter bevestigd, waar hij de vorige keer nog 95% had verkregen. Een zware klap. Enkele politici verlieten de CSU om samen met de journalist Franz Schönhuber de rechts-populistische partij ‘Die Republikaner’ te stichten. Er is veel gepiekerd over de vraag wat Strauß heeft bewogen om op de DDR toe te stappen. Had hij zich weer willen profileren binnen de Bondsrepubliek nadat hij tijdens de Bondsdagverkiezingen van 1980 als kandidaat-kanselier van de christendemocraten in het zand moest bijten tegen de zetelende kanselier Helmut Schmidt (SPD)? Volgens sommige analisten zou hij een hoger doel hebben nagestreefd door tegenover de DDR op een verrottingsstrategie in te zetten. Door het regime op korte termijn steun te verlenen zou hij de DDR op lange termijn te gronde willen doen gaan aan haar interne destabilisering. Maar tegelijk stellen de analisten dat Strauß net door dat miljardenkrediet de doodstrijd van de DDR heeft verlengd.
Omstreden
Strauß was een veelzijdig man, een omstreden politicus, die veel kritiek oogstte, zich vaak in het oog van de storm bevond. Als mensen zijn naam horen, denken ze direct aan de schandalen die aan zijn carrière kleefden, zoals de Spiegel-Affäre. Toch is hij ook de man die Beieren tot een succesvolle deelstaat heeft uitgebouwd. En er zijn ook ‘details’ die een verrassend licht werpen op zijn werken als Landesvater. Zo was Beieren de eerste deelstaat die onder zijn bestuur in 1984 de bescherming van het milieu in zijn grondwet verankerde. Een omstreden politicus, inderdaad, maar niet zo in Beieren zelf. Daar geldt hij nog altijd als wat de Duitsers een Lichtgestalt noemen.
(Dit artikel verscheen op 3 oktober 2013 op www.doorbraak.be naar aanleiding van de 25ste sterfdag van Strauß).
Foto: dpa/Heinz Wieseler
Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.
Een volledige ambtstermijn zat er niet in voor de SPD’ers Brandt, Schmidt, Schröder en nu Scholz.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.