Loopstation
Een draaimolen waar geen loop in zit
foto © Mirjam Devriendt
Het Gents theatercollectief Ontroerend Goed pakt uit met een nieuwe voorstelling. De meest onbenullige, vervelende en dus overbodige productie van het seizoen.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOpen brief aan de leden van het collectief Ontroerend Goed
Een theatervoorstelling moet meer zijn dan wat de televisie via Amerikaanse soaps de huiskamer in slingert. Of is Loopstation gemaakt voor wie geen televisie heeft? Of er wel een heeft maar er niet naar kijkt? Zelfs voor die mensen is de voorstelling overbodig, want die kijken niet omdat ze zulke brol niet willen zien. Ook niet in het theater.
Een reclamespot parodiëren is leuk, als het element tot verbazing en verbazing tot een lach leidt.
Charlie Chaplin kon een grap herhalen, niet één maar meerdere malen. Telkens lacht de toeschouwer tot hij denkt ‘doet hij het nogmaals is het niet meer leuk’. Maar Chaplin doet het niet. Bij het omslagmoment geeft hij de lol een draai, bijvoorbeeld dat het slachtoffer de dader wordt. Gevolg: daverend gelach. Het is een kleine omslag, maar in het kleine schuilt het geniale. Begrijpen jullie het? Nee! Oké, geeft niet. Met plezier een tweede poging.
Anderhalf uur krijgt het publiek het leven zoals het is, de routines, voorgeschoteld in korte, snel op elkaar volgende scènes. Op een draaitoneel. Dat het leven een draaimolen is weet elke theaterganger een week nadat hij uit het ouderlijk nest is ontsnapt. Alle scènes spelen zich af óp de draaischijf. Wel, Luk Perceval heeft lang geleden in Hamburg The Truth about the Kennedy’s gemaakt. Met een draaischijf als symbool van de familiegeschiedenis. Centraal stond moeder Rose Fitzgerald Kennedy. Zoals elke Kennedykenner weet, zwaaide zij de plak. Een paar maal gaat de actrice die de matriarch speelt met één voet op en één voet naast de draaischijf staan. Zo zakt ze langzaam door de benen. Prachtige metafoor voor het ouder worden. De vondst evolueert. Wanneer ze de derde maal kleiner wordt, is er een zoon die haar ‘de stoep’ af helpt. Ook de vierde maal. De vijfde maal wordt ze opgevangen, net voor ze dreigt te vallen. Wel, zulke vondst, of eentje die langs een verrassende inval scheert, mis ik in Loopstation.
Wat ik tevens mis is dat onderstreept wordt dat voor de meeste jonge toeschouwers – en die heeft Ontroerend Goed, terecht – er een leven zoals voorgesteld in deze productie, wacht… als ze de deur van de sleur nemen. Jonge mensen moeten tegen dat gevaar beschermd, gewaarschuwd worden. Het theater, veel meer dan de film, heeft hierin een belangrijk aandeel, naast de opvoeding door de ouders en het onderwijs. Wat Loopstation levert is een potje spot, helaas niet gekruid. Dan is de smaak niet raak.
Stikvervelend, tot slot, is de muziekscore. Tachtig minuten een stemtoon met een zeldzame keer een achtste noot verschil. Steve Reich wist wanneer de slaap zou toeslaan en greep tijdig in. De minimalistische muziek van andere componisten van dat genre – John Adams, Philip Glass en Morton Feldman – balanceert ook op een gespannen koord, maar kent evenmin als bij die van Steve Reich een zwak moment. De muziekscore van Loopstation heeft een gebrek aan durf en verbeelding. Met als resultaat: verveling gaande tot de rand van de irritatie.
Op de website van Ontroerend Goed staat: ‘Het gezelschap is bekend voor het opzoeken van de grenzen van het medium theater’.
Niets van gemerkt. Ergens onderweg, sinds de oprichting anno 1994 tot nu, kwijtgeraakt? Moet wel, want geen zoekwerk of grenzen gezien. De voorstelling is hooguit het experimenteren met clichés.
Dames, heren van Ontroerend Goed… sterkte, beterschap en tot een volgende maal.
LOOPSTATION
productie: ONTROEREND GOED
regie: Alexander Devriendt
compositie: Joris Blanckaert
www.ontroerendgoed.be
[email protected]
Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.
Milo Rau vertrekt bij het NT Gent. Hij zag zijn benoeming enkel zag als een tussenstap op de weg naar zonniger bestemmingen.
In Franstalige media was er geen interesse voor het leefloon-verhaal uit Anderlecht. Opmerkelijk.