JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Marc Leemans, nieuwe ACV-voorzitter (portret)

Frederik Dekeyzer26/7/2011Leestijd 2 minuten

Met de nieuwe voorzitter lijkt het ACV trouw te blijven aan zijn aloude Belgische credo. Al is niet iedereen binnen de christelijke vakbond daarvan overtuigd. De verkiezing van Marc Leemans als ACV-voorzitter was geen verrassing, zijn sterke score van meer dan 91 procent evenmin. Hij was allang de gedoodverfde opvolger van Luc Cortebeeck. En zijn cv leest dat van een trouwe syndicalist. Begin jaren 1980 ging Marc Leemans aan de slag bij het ACV als medewerker van de studie- en vormingsdienst van de Christelijke Centrale voor Mijnnijverheid, Energie, Chemie en Leder. Sedert 2002 is dat de ACV-beroepscentrale Energie en Chemie, waarvan hij in 1996 nationaal secretaris was geworden. Eind 1999 werd hij nationaal secretaris van het ACV.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Leemans trad in de loop van de jaren steeds meer op de voorgrond. Recent werd duidelijk dat hij een echte topfiguur is binnen het ACV. Onder meer wanneer de christelijke vakbond, die als enige syndicale organisatie het interprofessioneel akkoord 2011-2012 had goedgekeurd, dit voorjaar naar ontslagnemend premier Yves Leterme was gestapt om te vragen snel met een eigen voorstel te komen zodat het sociaal overleg verder zijn gang kon gaan in de sectoren. Leemans had daarvoor vooral als dossiervreter al zijn strepen verdiend, onder meer in zijn pleidooien voor een werknemersvertegenwoordiging in kmo’s en als ACV-man in de Nationale Arbeidsraad (NAR).

Wat in de vele portretten van Marc Leemans in de Vlaamse pers geen aandacht kreeg, was zijn Vlaamser profiel dan dat van Luc Cortebeeck. In Franstalige ACV-kringen was te horen dat er te weinig debat was over de mogelijke kandidaat-opvolgers van Cortebeeck. ‘Eén kandidaat die binnenskamers al snel op een grote unanimiteit kan rekenen is niet goed voor het debat binnen de vakbond’, klonk het daar. Hij zou veel ‘Vlaamser’ zijn dan Luc Cortebeeck en dat zagen sommigen bij het CSC niet zitten. Wat die sterkere Vlaamsvoelendheid in hun ogen betekent, is op het eerste gezicht niet echt duidelijk. De christelijke vakbond is een koele minnaar van een verdere regionalisering van een aantal sociaaleconomische bevoegdheden. Wanneer in het verleden een aantal takken van de gezondheidszorg en het arbeidsmarktbeleid (opleiding en bemiddeling van werklozen) werden overgeheveld naar de deelstaten, werd dat in christelijke syndicale kringen op applaus onthaald.

Maar ondertussen is het enthousiasme ver te zoeken. De redenen zijn bekend. Een verdere overheveling van bevoegdheden zou ten eerste in Vlaanderen leiden tot een wellicht rechtser sociaaleconomisch werkgelegenheidsbeleid (strengere activering, degressiviteit in de werkloosheidsuitkering, beperking van de uitkeringen in de tijd …). Ten tweede zou een verdere regionalisering van de gezondheidsbeleid de macht van de mutualiteiten aantasten.

Allemaal zaken waar een Leemans voorstander van is? Niet echt. Maar aan Franstalige kant is men bang dat de Vlaamse vleugel van de vakbond zich daar niet met hand en tand tegen zal verzetten. Confederalisme is binnen het ACV een vies woord, maar Marc Leemans zal er zijn slaap niet voor laten.

Alleen wordt niet alles hardop gezegd. Zo is men er zich bij het ACV van bewust dat een regionalisering van het arbeidsmarktbeleid ook zijn voordelen kan hebben. Er zal in Vlaanderen wellicht een rechtser beleid worden gevoerd maar een aantal zaken zal nog altijd door de sociale partners moeten worden afgehandeld. Het ACV is niet alleen federaal de sterkste vakbond. Op Vlaams niveau is de machtspositie nog groter. Leemans weet dat en zal bij een overheveling van bevoegdheden optimaal willen gebruik maken van de sterke Vlaamse ACV-verankering.

En dan is er nog het dossier Brussel-Halle-Vilvoorde. Officieel is dit voor het ACV een mineur probleem, maar wie individuele gesprekken voert met vakbondslui hoort een ander geluid. Daar beseft men de impact van de verfransing op de rand zeer goed, zowel de moeilijkheden die gezinnen hebben om door de stijgende huizenprijzen een eigen woning te kopen als de zwakke positie van Nederlandsonkundige randbewoners op de arbeidsmarkt. Leemans, inwoner van Merchtem, in vogelvlucht 15 kilometer van de Brusselse Grote Markt, weet dat ook. Dit intern Vlaams ACV-discours ergert de Franstalige vleugel maar die weegt binnen de vakbond niet zwaar door. Het ACV is en blijft voor meer dan twee derde Vlaams.

Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.

Commentaren en reacties