JavaScript is required for this website to work.
Religie

Mindfulness en meditatie zijn de nieuwe opiaten voor het volk

In onze maatschappij zijn boeddhistische maatstaven pseudospiritualiteit

Sid Lukkassen30/4/2022Leestijd 4 minuten
Thich Nhat Hanh (1926-2022).

Thich Nhat Hanh (1926-2022).

foto © Flickr

Als hedendaagse Europeanen kunnen wij de maatstaven van het ware boeddhisme niet leven: zij zijn voor ons pseudospiritualiteit en opiaten.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Thich Nhat Hanh (1926–2022) was een Vietnamese boeddhistische monnik die begin dit jaar overleed. Hij is ook wel ’s werelds meest invloedrijke boeddhist genoemd en wordt gezien als de persoon die ‘mindfulness’ naar het Westen bracht. In één van zijn lezingen spreekt hij over eenzaamheid en de illusie van verbinding:

‘Waarom zeg je niet tegen jezelf: “Bij elke stap die ik zet, ben ik op weg naar huis”? Dan zul je leven als een vrij man, zoals Boeddha zei, toevlucht nemen tot het eiland in het zelf.’

Oftewel: je gaat naar huis, omdat je jezelf daar veilig wilt voelen. Zodra je het kantoor verlaat, je je op de parkeerplaats begeeft, ben je eigenlijk niet bij jezelf, maar ben je in een tussenstaat. De mensen moeten dichterbij zichzelf komen: in jezelf. Dat is waar je wilt zijn, waar je vrij bent, waar je altijd naar op weg dient te zijn. Technologie schept de illusie van verbinding. Die blijft echter altijd onbevredigend omdat die techniek de aandacht wegzuigt bij dat waarmee we écht verbonden dienen te zijn: onszelf.

Morgenland en Avondland

Hiermee heb ik de boeddhistische positie gekenschetst die ik hier wil behandelen. In eerste opzicht is dit al typisch een denkwijze van het Morgenland, het boeddhisme: het idee dat je de zon inloopt en dan ophoudt te streven — just be. Het loutere zijn, het samenvallen met jezelf, zou volstaan om in het leven gelukkig te zijn, of tenminste niet ongelukkig en onbevredigd.

Maar wij, Europeanen, zijn niet zo. Als kinderen van het Avondland ligt dat niet in onze aard. Wij zijn faustisch, voortdurend rusteloos strevend — wij moeten zaken in de wereld teweegbrengen, dingen buiten onszelf realiseren om inwendig onszelf te kunnen zijn. De ziel van de scheppende kunstenaar drukt zich af op het materiaal van de wereld.

Verklaringen liggen in de biologie, het klimaat en het milieu. Veel Aziatische landen hebben een klimaat waar het hele jaar door de zon schijnt — het is klam en dat maakt enerzijds moe, maar anderzijds kun je het hele jaar door vruchten plukken. In zo’n warm vruchtbaar klimaat hoef je jezelf niet bijzonder druk te maken: de omgeving voorziet voortdurend. Europa is anders qua omgeving: wie niet op tijd zaait, verhongert in de winter. Als je in de zomer je huis niet op orde maakt voor de winter, vries je letterlijk dood. Het klimaat — zeker het Noord-Europees klimaat — dwingt tot een voortdurend vooruitdenken en vooruitplannen.

Subjectieve vrijheid

‘Met elke stap die je zet, ben je een stap dichterbij thuis, want thuis is in jezelf — met elke stap die je zet, ben je een vrijer mens’, aldus Thich Nhat Hanh die met deze woorden pleitbezorger is van de subjectieve vrijheid. Dit wil zeggen: wie zijn of haar wensenlijstje van het leven steeds kleiner maakt, zal er vrede mee hebben dat de machthebbers zijn of haar keuzemogelijkheden en bewegingsvrijheid toenemend inperken. De subjectieve vrijheid tref je in jezelf, maar als je kijkt naar de vrijheid die je objectief hebt, ben je nu een slaaf van het lot.

Wie de boeddhistische leer van Thich Nhat Hanh consequent navolgt, komt uit op een soort epicurisme — kleinschaligheid, rust, overzicht en geborgenheid scheppen. Binnen je eigen ziel en dan hooguit in je eigen huishouden. Aanvaarden dat je de turbulente wereld niet kunt bijsturen en jezelf terugplooien op je eigen kiem. Zoek het dichtbij, zoek het in jezelf.

Alles is verknoopt

Echter, deze vorm van epicurisme kan praktisch niet meer bestaan. Daarmee bedoel ik: bestaan binnen deze wereld waarin alles met alles is verbonden. We leven in kleine appartementjes en zijn voor ons voedsel afhankelijk van supermarkten. Voeren we een gesprek of bekijken we een video, dan houden mobiele telefoons, cookies, sensoren en zoekmachines dat bij. Die informatie gaat naar bedrijven en overheden: zij schotelen ons vervolgens bijpassende reclames en nieuwe zoeksuggesties voor.

Onze interactie met anderen — of we dat nu leuk vinden of niet — is toenemend digitaal. Dat idee van ‘het zelf als een eiland’ is een illusie. Je trekt jezelf terug en het enige gevolg is dat de kongsi’s van bedrijven en overheden verder op weg gaan naar dat ‘metaversum’. Terwijl jij mediteert, brengen zij die alomvattende digitalisering van het sociale en economische verkeer dichterbij. Je trekt jezelf terug en koopt daarvoor tijdelijk wat rust en ademruimte, maar op termijn verlies je de mensheid.

Ook aan de zelfbeschikking over onze lichamen wordt geknaagd. Via QR-codes blijkt het nemen van vaccinaties ongeveer verplicht; in sommige landen worden boetes uitgedeeld als je niet komt opdagen voor de injectie. Verdragen en grondwetten zijn aangepast om vaccinaties te kunnen opleggen. Via het brein is de geest deel van het lichaam, dus ook de spirituele soevereiniteit zal mettertijd verdwijnen. Misschien zal dit niet via vaccinaties gaan, maar nu de fysieke integriteit van het lichaam is opengebroken, is de vormelijke invulling slechts een bijkomstigheid.

Mensen laten zich nu eenmaal gek maken door alle onzin die rondgaat in de mainstreammedia en op de sociale media. Hun innerlijke wereld wordt daardoor bepaald. De boeddhistische filosofie kan helpen om daar afstand van te bewaren en als individu meer solide te zijn: soeverein in denken. Niettemin blijft die verknoping van mens en data doorgaan, en spoedig komen ook de cybernetica, de geestverruimende drugs, de hersenimplantaten. Dan is die innerlijke wereld niet soeverein meer.

Handelend scheppen

Dit toont aan dat het faustische boven het boeddhistische staat: we zullen moeten handelen en streven om de wereld actief te beïnvloeden, anders overkomt het ons. Dan veegt die ontwikkeling ons van de kaart. Dus stop met mediteren en ga in plaats daarvan handelend scheppen.

Meditatie en mindfulness zijn de nieuwe opiaten voor het volk. De voorstelling van het individu als eiland dat aan zichzelf genoeg heeft, stemt overeen met wat dames uitdragen op datingapps. Daar is hun frame: ‘Ik ben niet op zoek, mijn leven is in balans en ik heb genoeg aan mijzelf, een partner is hooguit een aanvulling.’ Hieruit spreekt een narcistische pseudospiritualiteit. Want natúúrlijk zijn ze zoekende — anders zaten ze niet op die app. Precies dát is de kern, want de mens is een maatschappelijk wezen. Wij hunkeren naar verbinding met anderen, omdat dit deel is van onze aard.

Hier stuiten we opnieuw op de tekortkoming van de boeddhistische denkwijze. Want het feit dat je partner voor het werk naar het buitenland verhuizen moet, dat je elkaar wegens coronareisrestricties niet meer ziet — dit alles hangt samen met de geglobaliseerde wijze waarop onze economische en interactieve betrekkingen zijn georganiseerd. Op elke stap van de weg worden we met onze neus op dit feit gedrukt: doen alsof je daarbij op weg bent naar huis, is zelfbedrog.

Sid Lukkassen (1987) studeerde geschiedenis en filosofie. Hij is onafhankelijk denker, vrijwillig bestuurslid van de Vlaamse Club Brussel en inspirator van De Nieuwe Zuil. Hij schreef onder andere 'Avondland en identiteit' en 'Levenslust en Doodsdrift'. Hij promoveerde op 'De Democratie en haar Media'.

Commentaren en reacties