JavaScript is required for this website to work.
post

Nederland in het spoor van Vlaanderen

Lessen uit de Statenverkiezingen in Nederland

Wouter Roorda22/3/2019Leestijd 4 minuten
Kopman van Forum voor Democratie en grote winnaar van de verkiezingen, Thierry
Baudet.

Kopman van Forum voor Democratie en grote winnaar van de verkiezingen, Thierry Baudet.

foto © Elekes Andor (CC Atribution/Share-alike license)

Op de steden na blijkt de Nederlandse kiezer, net als de Vlaamse, vaak conservatiever dan het partijkader. Een les voor België?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Afgelopen woensdag waren er in Nederland verkiezingen voor de Provinciale Staten en daarmee indirect voor de Eerste Kamer. De uitslag laat zien dat de Nederlandse kiezer in het spoor treedt van de Vlaamse.

Grote winnaar bij deze verkiezingen was Forum voor Democratie, dat in het versplinterde partijenlandschap landelijk de grootste wist te worden. De regeringspartijen verloren weliswaar hun meerderheid in de Eerste Kamer, maar met name de VVD wist de schade beperkt te houden. Het CDA verloor forser en de ChristenUnie ging vooruit. De flinke winst van GroenLinks loopt gelijk met het flinke verlies van D66. De twee partijen met de meest uitgesproken mening op de thema’s klimaat en migratie deelden dus de winst.

Gelijkenissen met Vlaanderen

De doorbraak die FvD wist te bewerkstelligen lijkt op die van N-VA, al reikt het stemmenpercentage niet tot de monsterscore die de N-VA eerder wist te halen. De inhoudelijke overeenkomsten tussen FvD en N-VA zijn er zeker. Beide partijen hanteren een vrijzinnige koers als het gaat om de persoonlijke levenssfeer en conservatief wanneer het aankomt op tradities en normen en waarden. Ook zijn beide partijen op sociaaleconomisch gebied vrij liberaal. FvD is uitgesprokener rechts op de meest van deze terreinen, wat deels wordt verklaard doordat het nog geen compromissen heeft moeten sluiten en regeringsverantwoordelijkheid dragen. Beide partijen lijken te opteren voor dezelfde fractie in het Europese parlement.

Ook kunnen niemand de inhoudelijke parallellen ontgaan zijn tussen PVV en Vlaams Belang, zeker niet nu laatstgenoemde (net als eerder de PVV) de liberale sociaaleconomische koers laat varen. De PVV wist het goede resultaat van de Tweede Kamerverkiezingen vorig jaar, toen het de tweede partij werd, niet vast te houden en moet nu veel zetels inleveren. Het feit dat de partij niet door FvD is leeggegeten, geeft aan dat van de veronderstelde grote overlap in kiezersgroepen geen sprake is. Desondanks kreeg de partij een flinke klap, wat tot nadenken moet stemmen.

De strijd om D66

Interessant is de positie van de VVD in het Nederlandse partijenlandschap. De partij verloor wederom aanhang bij deze verkiezingen en is (nipt) niet langer de grootste. Van oudsher is de VVD een verzameling van conservatieven en liberalen, waarbij de balans nu eens naar de ene (Wiegel, Bolkestein) en dan weer naar de andere kant (Nijpels, Dijkstal) doorslaat. Sinds 2010 was de VVD bij verkiezingen steeds de grootste partij. Een herverkaveling van het politieke landschap naar Vlaamse snit zou een toekomstmogelijkheid kunnen zijn voor de partij.

In een tamelijk ver verleden bepleitte huidig premier Rutte al eens toenadering tot D66. Het probleem hiermee is dat D66 liever lijkt aan te schurken tegen GroenLinks dan de VVD, en zo ziet de kiezer dat blijkbaar ook. D66 is op sociaaleconomisch terrein weliswaar meer liberaal dan progressief, en daar liggen raakpunten met de VVD, het deelt toch op de meeste andere terreinen meer met GL. Het verkiezingsresultaat zal D66 daarom eerder aanzetten tot een nog uitgesprokener klimaatstandpunt om stemmen terug te winnen van GL. Al is ook Rutte op dit terrein naar links opgeschoven, getuige zijn uitspraak van vijf jaar geleden dat windmolens vooral draaien op subsidie. Dat zou hij nu niet meer zeggen.

Open VLD-scenario

Voor de VVD geldt (en ook voor het CDA) dat de achterban gemiddeld rechtser is dan het merendeel van het partijkader. Met de concurrentie van FvD, met een authentieker geluid op rechts, is het de vraag waar de partijleiding op in moet zetten. Gezien het standhouden van de partij lijkt een Open VLD scenario nu geen optie. Het hele politieke spectrum is opgeschoven naar rechts en daarbinnen is de kiezer de VVD redelijk trouw gebleven. Dat neemt niet weg dat juist daardoor de kiezer de VVD alsnog in een soort van Open VLD positie kan manoeuvreren, als het rechterdeel van de partij meer en meer overloopt naar FvD.

Ook het CDA lijkt de weg te volgen die eerder de Vlaamse christendemocraten zijn ingeslagen. Onder partijleider Buma was sprake van een conservatiever geluid, dat bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen in 2017 goed leek aan te slaan en een flinke stemmenwinst opleverde. Het mooie resultaat van vorig jaar bereikte de partij nu niet, al blijft deze op het platteland (buiten de Randstad-provincies) net als CD&V een factor van belang.

De gewijzigde houding ten aanzien van het kinderpardon zal aan het matige resultaat bij hebben gedragen. Buma lijkt deze shift richting het politieke midden vooral door het merendeels progressieve partijkader opgelegd te zijn geweest. De koerswijziging werd alvast door de helft van de kiezers die bij de Tweede Kamerverkiezingen CDA stemde niet gesteund, zo bleek uit peilingen. Net als bij de VVD speelde dus het linksere partijkader de partij parten en tastte de conservatieve geloofwaardigheid van Buma aan.

Het verhaal ter linkerzijde

Ter linkerzijde won GroenLinks fors, net als ook de Groenen in Vlaanderen in de peilingen flink op winst staan. De electorale basis van de partij is echter smal: Ze scoort met name in de grote steden. Tegelijkertijd weet de partij dat ze de reddingsboei is voor de huidige coalitie en daaraan hangt een prijskaartje, zo liet voorman Klaver opnieuw weten in reactie op de verkiezingsuitslag. De huidige regeringscoalitie heeft samen met GL een meerderheid in de Eerste Kamer.

De sociaaldemocratische PvdA krabbelde enigszins op ten opzichte van de Tweede Kamerverkiezingen, maar weet onder Asscher niets te produceren dat de kiezer aanspreekt. Ook hier is de overeenkomst met de Vlaamse sp.a treffend. Ook de SP wist niet te profiteren, omdat ze op de hoofdonderwerpen klimaat en migratie niet goed uit de verf komt. De partij verloor het meest. Een sterke profilering op sociaaleconomische onderwerpen vertaalde zich niet in een goed verkiezingsresultaat. In Vlaanderen komt de PvdA qua standpunten nog het dichtst in de buurt.

Tot slot nog iets over de rol van de media. Het na de terreuraanslag in Utrecht wel laten doorgaan van een partijbijeenkomst van FvD maandagavond in Den Haag was het startsein voor veel media voor een frontale en brede aanval op zowel PVV als FvD. Baudet en Wilders legden in het televisiedebat op dinsdagavond een verband tussen de islamitische terreurdaad en het al jaren falende migratiebeleid. Iets wat ze van de andere partijen, die hen het zwijgen wilden opleggen, niet mochten doen. De Volkskrant beeldde op de dag van de verkiezingen in een cartoon Baudet af liggend op een doodskist; een verwijzing naar de aanslag in Utrecht. Ook werd de opkomst van FvD systematisch onderschat in peilingen, tot en met de exitpolls toe op de verkiezingsavond. Op grond hiervan werd de VVD tot winnaar uitgeroepen.

Lessen voor België

De overeenkomsten in stemgedrag tussen de Nederlandse en de Vlaamse kiezer springen in het oog. Buiten de grote steden is er sprake van een stevige ruk naar rechts. Tegelijkertijd domineren in de grote steden in beide landen de linkse (groene) partijen, met uitzondering van Antwerpen, Den Haag en Rotterdam. Daarmee vormen deze statenverkiezingen ook een belangrijk leermoment voor de komende verkiezingen in België, zowel wat de inhoudelijke profilering betreft op de thema’s klimaat en migratie als de inmenging van de media en de rol van peilingen en exitpolls. Dat geldt althans voor Vlaanderen. De overeenkomst tussen de Nederlandse en de Vlaamse kiezer is er niet tussen de Nederlandse en de Waalse kiezer.

 

Wouter Roorda is econoom. Hij werkte 20 jaar bij verschillende Nederlandse ministeries, vooral op het terrein van arbeidsmarkt en sociale zekerheid. Tegenwoordig is hij actief als onafhankelijk columnist, investeerder en rentmeester.

Commentaren en reacties