JavaScript is required for this website to work.
post

‘Om het systeem naar de kloten te helpen’

Arrogant, flamboyant, briljant, amoreel, steenrijk en dan weer straatarm: alles behalve de Vlaamse underdog

ColumnJohan Sanctorum14/12/2018Leestijd 2 minuten

foto © Reporters

Jean-Pierre Van Rossem (1945-2018) is naar de eeuwige moneytronvelden vertrokken. We hebben misschien iets te weinig van dit soort figuren: excentrieke schelmen die de term politiek-incorrect een aparte betekenis geven. Het soort mensen waarvoor je een zekere sympathie koestert omdat ze altijd in de weg lopen en nooit een blad voor de mond nemen, wat voor stommiteiten er voor de rest …

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Jean-Pierre Van Rossem (1945-2018) is naar de eeuwige moneytronvelden vertrokken. We hebben misschien iets te weinig van dit soort figuren: excentrieke schelmen die de term politiek-incorrect een aparte betekenis geven. Het soort mensen waarvoor je een zekere sympathie koestert omdat ze altijd in de weg lopen en nooit een blad voor de mond nemen, wat voor stommiteiten er voor de rest ook uitkomen.

De legendarische roep ‘Vive la république’, die in het parlement weerklonk tijdens de eedaflegging van Albert II in 1993 (senaatsvoorzitter Frank Swaelen: ‘Mijnheer, uw gedrag is onwaardig en schandalig, en het hele land zal u veroordelen!’) zal wel een echte afkeer van de monarchie verraden hebben. Maar hij had even goed kunnen roepen ‘Voor mij nr 93: kip met curry’. Als het maar choqueerde. In dezelfde zin was de libertaire ééndagspartij ROSSEM, die hem in 1991 drie kamerzitjes en eentje in de senaat opleverde (waardoor absolute kwibussen zoals Jan Decorte tot hun eigen verbazing tot volksvertegenwoordiger werden gebombardeerd), geen ideologisch vehikel maar een uit de hand gelopen grap die hem en passant ook de parlementaire onschendbaarheid opleverde.

Want Van Rossem had het regelmatig aan de stok met het gerecht: valsheid in geschrifte en uitschrijven van ongedekte cheques, witwassen, belastingfraude en oplichting, noem een witteboordvergrijp en Jean-Pierre wist er alles van. Neen, een model van deugdzaamheid was hij niet, de Vlaamse kleinburger koesterde hem dan ook niet als een held. Een Uilenspiegel? Neen, daarvoor was hij te slinks. Een Robin Hood? Neen, want bij mijn weten deed hij ook in zijn rijkste periode niet aan liefdadigheid. Een rebel? Ja, maar dan een zonder zaak, behalve de zijne. Misschien een Reinaert, dat wel, ja, dat archetype benadert hij nog het dichtst. Zelfs fysiek had hij iets van ‘den fellen metten grijsen baerde’zoals de mythische vos in het middeleeuwse epos wordt genoemd. Een schurk met anarchistische anti-establishment trekjes, waardoor ook heel het frauduleuze hoofdstuk onder de categorie van stoute spelletjes viel ‘om het systeem naar de kloten te helpen’.

Van Rossem heeft het tegendeel van de Vlaamse underdog willen zijn, en dat maakte ook zijn eenzaamheid uit: arrogant, flamboyant, briljant, amoreel, steenrijk en dan weer straatarm. Alles behalve middelmatig. Het oplichten van de Vlaamse kruidenier met vazen vol zwart geld vond hij dan ook een nuttige oefening, onder het motto dat geld zijn weg zoekt naar boven, en dat rijkdom slim maakt en omgekeerd. De Moneytron, begeleid door een karavaan van sportwagens, vormde de triomfantelijke bezegeling van een omgekeerde herverdeling volgens hetwelk de domheid zichzelf afstraft en de mensheid dus alsmaar slimmer wordt. Was het maar waar.

Het verwoestende leven van de kettingroker en zijn euthanasieplannen, het floppen van zijn toneelstuk ‘God is dood, ’t is godgeklaagd’, naast natuurlijk het faliekant aflopen van heel de Moneytronzwendel, geeft iets tragikomisch’ aan zijn levenswandel, en daarom had ik hem graag. Daar moet een filmmaker iets mee doen. Of wat vindt u van deze: toen Van Rossems vrouw overleed, vermoedde hij kwaad opzet en liet hij haar invriezen met het oog op een latere lijkschouwing. Hij belandde echter in de gevangenis en de diepvriezer raakte defect, waarna zijn ontbindende echtgenote wegens geurhinder toch alras onder de grond werd gestopt. Shit happens, Murphy grinnikt genoeglijk. Tot nooit meer, gij schurk, moge ook jouw geurhinder nog een tijdje over de Vlaamse steden en gemeenten hangen.

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties