Onbestuurbaarheid België in zicht
Is de MR bereid om nog eens de federale martelaar te spelen? Reporters / POLET
foto © Reporters
In België leren de recente verkiezingsresultaten alvast één ding: het land wordt onbestuurbaar. Boudewijn Bouckaert legt uit waarom.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementVergeleken met goed functionerende federale staten – bijvoorbeeld de Verenigde Staten, Bondsrepubliek Duitsland en Zwitserland – wordt het Belgisch federaal bestel geplaagd door twee structurele handicaps : het telt weinig leden (twee grote, een halfgrote en een kleintje) en de politieke verhoudingen verschillen grondig in de verschillende deelstaten.
Shifting coalitions
Leo Tindemans zei ooit dat een tweeledig federalisme niet kan werken en postuum kan hij gelijk krijgen. In een federalisme met talrijke lidstaten (bv. 50 in de VS, 26 in Zwitserland, 16 in Duitsland) zijn de partijen in conflicten niet steeds dezelfde en kan er sprake zijn van ‘shifting coalitions’. Zo staan in Duitsland nu eens de agrarische Länder tegenover de verstedelijkte, dan eens de Wessies tegenover de Ossies, of Beieren tegenover de rest. In België met zijn quasi-tweeledig federalisme zijn conflicten steeds ‘dyadisch’: ze spelen zich steeds af tussen dezelfde partijen, net zoals in een huwelijk. Dat zorgt voor een inherent gebrek aan stabiliteit.
Destabilisering
De cultureel-taalkundige verschillen tussen de Belgische deelstaten hoeven niet per se een factor van destabilisering te zijn. Kijk maar naar Zwitserland dat vier taalgebieden en bijhorende cultuurverschillen kent. Nochtans is het een droom van institutionele stabiliteit. Als er echter bovenop de taalkundig-culturele diversiteit ook nog een groot verschil in collectieve politieke voorkeuren bestaat, dan wordt het erg moeilijk de zaak samen te besturen.
De gemeenteraads- en provinciale verkiezingen van vorige zondag hebben dit laatste element van destabilisering gevoelig versterkt. De Vlaamse publieke opinie repte hierover geen woord, maar de Franstalige pers zag de bui wel hangen. La Libre vreest voor een nieuwe federale regeringsvorming-marathon van honderden dagen.
Schokbrekers
In de periode 1989-2014 werd dit probleem opgelost door het federaal beleid genoeg op links te houden zodat het acceptabel bleef voor de meerderheid in Wallonië. Dat leidde uiteraard tot bestendige frustratie in Vlaanderen. Het bestaan van een flexibele centrumpartij, namelijk eerst de CVP en later CD&V, vormde een stevige schokbreker. Deze partij kon zowel een centrumlinks als een centrumrechts beleid aan haar kiezers verkopen zonder zelfmoord te plegen. Sinds de verkiezingen van 2014 is deze formule niet meer werkbaar, want in Vlaanderen werd de centrumrechtse N-VA dominant. Deze partij zou wel zelfmoord plegen door in een centrumlinks beleid mee te gaan.
Voor het voortbestaan van het Belgisch federaal model werd echter een nieuwe schokbreker gevonden: de MR. Deze partij werd bereid gevonden om op haar eentje voor de legitimiteit van het federaal gezag in Wallonië te zorgen op voorwaarde dat het beleid niet al te rechts werd en daar ook verkoopbaar bleef. Mocht de MR hiervoor door het Franstalig kiezerspubliek beloond zijn geweest, dan zou het ultieme bewijs geleverd zijn dat de Belgische federale constructie werkt en verzoenbaar is met alternerende centrumrechtse en centrumlinkse coalities. Politicoloog Dave Sinardet, hoewel radicaal-links van inborst, was destijds uitermate verheugd met deze centrumrechtse formule, want zij bewees dat ‘België werkt’. Niet dus, als je de verkiezingsuitslagen van vorige zondag bekijkt. Vlaanderen schoof nog wat op naar rechts door de herleving van het Vlaams Belang, maar Brussel en Wallonië kleurden groen-bloedrood door het standhouden van de PS, de felle vooruitgang van Ecolo en de doorbraak van de communistische PTB. De MR kreeg voor de redding van het Belgische vaderland stank voor dank.
Een heruitgave van de huidige centrumrechtse formule lijkt zeer twijfelachtig. Vooreerst is het onzeker of zij nog een meerderheid haalt, maar zelfs als dit het geval is rijst de vraag of de MR nog eens voor federaal martelaar zal willen spelen.
De ‘Nouvelles Conquêtes’ van Di Rupo
Terug naar centrumlinks dan maar met socialisten, groenen en christendemocraten, eventueel aangevuld door ‘progressieve liberalen’ à la Bart Somers? In een dergelijke regering zal de PS, opgejaagd door de Waalse communisten, veel boter bij de vis vragen: hogere uitkeringen in de sociale zekerheid, terugdraaien van pensioenhervormingen, meer ambtenaren en hogere salarissen en sociale voordelen voor hen, meer subsidies voor NMBS en andere bedrijven in moeilijkheden. De ‘Nouvelles Conquêtes’ van Elio Di Rupo staan bol van dergelijke zaken. Het opentrekken van de overheidsbuidels kan echter maar op twee wijzen gefinancierd worden: hogere belastingen of meer leningen. Het bijdrukken van Belgische franken is er sinds 1999 niet meer bij. In het eerste geval zal de druk quasi volledig vallen op de brede Vlaamse middenklasse, die al aan een hoge belastingdruk onderworpen is. Dit is waarschijnlijk onaanvaardbaar voor het CD&V dat in een centrumlinkse formatie de rechtse viool zal willen spelen. In het tweede geval verzekert België zich definitief een plaatsje in de Club Med, naast Italië, Griekenland, Spanje en Portugal. We zitten aan 105 % staatschuld tegenover BBP. Nog 25 % te gaan en we duiken naar Italiaanse dieptes! Het is onwaarschijnlijk dat hiervoor een meerderheid gevonden wordt in België of dat Europa dit zal dulden.
Op naar het confederale licht?
La Libre heeft dus overschot van gelijk om de regeringsformatie van 2019 met zorg tegemoet te zien. Het dierbare vaderland kan inderdaad in troebel water komen. In 2010-2011 ging het over de BHV-splitsing waartegen de Franstaligen zich op een domme wijze koppig hebben verzet. Nu zal het echter gaan over de centen, over de uitkeringen, over de pensioenen, over de belastingen, over de staatsschuld, enz. In die kwesties staat de geloofwaardigheid van de belangrijkste Belgische politieke formaties op het spel. Tenzij alsnog het confederale licht zou schijnen, schiet de verbeelding tekort hoe politiek België zich hieruit zal kunnen redden.
Categorieën |
---|
Boudewijn Bouckaert (1947) is emeritus hoogleraar rechten en 'law and economics' aan de Ugent. Hij was Vlaams Parlementslid voor LDD en voorzitter van de klassiek-liberale club Nova Civitas en van het Overlegcentrum voor Vlaamse Verenigingen. Vandaag is hij voorzitter van de klassiek-liberale denktank Libera!
Een groots opgezette studie in de Verenigde Staten toont aan dat de ‘hillbilly-tragedie’ van J.D. Vance reëel is: de Amerikaanse blanken boeren achteruit.
De laatste Amerikapodcast voor de presidentsverkiezingen: over een eekhoorn, vuilnis en slechte grappen.