JavaScript is required for this website to work.
Multicultuur & samenleven

Oorlogsmisdaden in België

Oorlogsherinnering WOI verdeelt het land

Pieter Bauwens4/8/2013Leestijd 5 minuten

4 augustus 2013 ging zonder zorgen voorbij. Een komkommerdag zoals een ander, begin augustus. Dat zal in 2014 wel even anders zijn. dan is het 100 jaar geleden dat de Duitse troepen België binnenvielen en in ons land de eerste wereldoorlog begon.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

In Vlaanderen staat ‘Eerste wereldoorlog’ zowat gelijk aan vier jaar achter de Ijzer. Maar dat doet de waarheid geweld aan. Tussen het moment dat de Duitse troepen de grens oversteken bij Gemmenich op dinsdag 4 augustus even na 8 uur en de eerste slag bij de IJzer die begint op 18 oktober, liggen meer dan twee maanden. In Vlaanderen zijn er de martelaarsteden, Aarschot, Leuven en Dendermonde, maar ook Andenne, Dinant, Sambreville-Tamines, Wezet (Visé) en vele andere kleinere plaatsen hebben hun deel gehad. Die augustusdagen 1914, de eerste maand van de Grote Oorlog, staan over de taalgrens in menig geheugen gegrift wegens de agressie tegenover burgers en (vaak vermeende) spionnen en burgerschutters of ‘franc-tireurs’.

Visé

Zijn Téodore Pauchenne in Thimistier en Mercel Kerf in Moelingen nog vrij individuele gevallen van doodslag en marteling, dan volgen weldra hele martelaarssteden. In Visé deden genietroepen de brug over de Maas springen en wordt de opmars van de Duitsers richting Parijs al op 4 augustus gestuit. Na een schermutseling en drie mislukte pogingen worden 26 burgers aangehouden als gijzelaar. In een bombardement kan een deel ontsnappen, een ander deel sterft onder Duitse kogels of Belgische bommen.

Maar Visé had nog niet alles gehad. Wanneer op 15 augustus een schot klinkt panikeren enkele (dronken) soldaten. Ze denken dat er door burgers op hen geschoten is. Na plunderingen en executies wordt de hele stad in brand gestoken. 575 van 840 gebouwen gaan in vlammen op en meer dan zeshonderd inwoners worden gedeporteerd naar Duitsland.

Luik

Voor een tweede vertraging van de Duitse opmars zorgen de forten rond Luik. Iedereen kent de afloop van die belegering. Enkele rake inslagen door de ‘Dikke Bertha’, zware Duitse artillerie leggen het Fort van Loncin in puin. Maar de Duitsers hadden gedacht die niet nodig te hebben, snelheid was alles. Pas toen bleek dat de infanterie die forten toch niet zonder slag of stoot zou innemen en de verliezen opliepen, werden de kanonnen op treinen aangevoerd. De frustratie over het stokken van de opmars en de (grote) verliezen zorgen voor represailles in het omliggende Saint-Hadelin. Net als in Visé worden burgers opgepakt, mishandeld en gefusilleerd en wordt het dorp in brand gestoken.

Dinant

Al op 7 augustus staan de Duitsers in Dinant. De fortenslag rond Luik is nog volop bezig, maar verkenners en andere delen van het leger rukken verder op naar Parijs. De Duitse verkenners waren de eerste Franse troepen net voor. Pas op 15 augustus raken de Duitsers en de Fransen slaags. De Duitse troepen worden verjaagd uit de citadel onder luide toejuichingen van de plaatselijke bevolking.

Op 21 augustus komen de Duitsers terug, ze schieten wild in het rond, slaan deuren, ramen en huizen stuk en stichten brand. De volgende ochtend slaan de burgers op de vlucht, maar ze mogen van de Franse soldaten de brug over de Maas niet gebruiken. Ze steken over met bootjes totdat ook dat verboden wordt door de Franse troepen. Een groot deel van de inwoners zit gevangen in Dinant.

Vanaf 23 augustus trekken de Duitsers in groten getale verder op. In Leffe verzamelen ze alle inwoners in de abdij en schieten na enkele uren alle mannen dood. Hetzelfde lot staat de mannen te wachten die de Duitsers aantreffen in de fabriek ‘La manifacture de Tissue de Leffe’. In Leffe verliezen 227 burgers in die dagen het leven.

In verschillende wijken van Dinant spelen zich soortgelijke scenario’s af. Burgers worden opgepakt en willekeurige selecties doodgeschoten, mannen gescheiden en gefusilleerd, driehonderd anderen worden door een paniekgolf bij de Duitse soldaten op weg naar de fusillade gered en gedeporteerd naar Duitsland. Burgers die ’s nachts Dinant proberen te verlaten via de bossen worden als wild opgejaagd en gedood. Op enkele dagen tijd sterven in Dinant 674 burgers en twee derde van de stad ligt in de as. Het wrede gedrag van de Duitse troepen in Dinant is wereldnieuws in augustus 1914. De Duitsers zien zich gedwongen hun daden te verantwoorden in een ‘witboek’ waarin ze de bevolking beschuldigen te hebben geschoten op de troepen.

Aarschot

Het geweld komt ook tot in Vlaanderen op 19 augustus 1914 in Aarschot. Volgens ooggetuigen startte het allemaal toen Duitsers willekeurig begonnen te schieten op burgers op straat. Kort daarop ontstond er tumult toen op de markt huizen in brand werden gestoken omdat er, volgens de Duitsers, geschoten was door burgers. De Duitse kolonel die op het balkon van het huis van de burgemeester kwam kijken, werd dodelijk getroffen door een kogel. Daarop werden burgers uit hun huizen gehaald. Vrouwen en kinderen en mannen werden van elkaar gescheiden. De Duitsers escorteerden 83 mannen naar de Leuvensesteenweg om ze te executeren.

Kort nadien werd een tweede groep gijzelaars naar het marktplein gebracht. Rond elf uur ’s avonds werd burgemeester Tielemans, zijn zoon en zijn broer ook naar het marktplein gebracht en samen met de grote groep weggebracht naar een veld langs de Leuvensesteenweg. De burgemeester, zijn zoon en broer werden voor een Duits standrecht haastig ter dood veroordeeld en doodgeschoten. Omdat de verantwoordelijkheid van de Aarschottenaars op één op drie was ingeschat executeerden de Duisters van de tweede groep 25 man, door ze op één lijn te plaatsen en elke derde man een nekschot te geven.

Leuven

Op 19 augustus trokken de Duitsers Leuven binnen. De eerste dagen verliep dat relatief rustig. Waarschijnlijk zagen de Duitsers in het donker andere Duitsers aan voor Belgische soldaten wat een vuurgevecht onder Duitsers veroorzaakte. Volgens de Duitsers werd er door burgers op de troepen geschoten. De chaos was groot want ondertussen deed het Belgische Leger een uitval, bedoeld om spoorlijnen die de Duitsers gebruikten te vernietigen. Wat ten dele lukte.

De woede en frustraties in het Duitse leger bereikten het kookpunt en de legerleiding gaf het bevel om represailles te nemen. De soldaten drongen huizen binnen, schoten wild rond en staken woningen in brand. De onrust duurde enkele dagen, totdat de inwoners uit Leuven moesten vertrekken. Op 29 augustus werd de stad in brand gestoken. 1081 huizen zouden helemaal vernield worden en 209 burgers kwamen om. Ook een groot deel van de Leuvense universiteitsbibliotheek gaat in de vlammen op. Leuven is in augustus 1914 wereldnieuws.

En verder

In de Waalse dorpen en steden is de gruwel nog niet gedaan. Op 20 augustus voeren de Duitsers represailles uit onder het mom van een aanval door burgers. In de dorpjes Somme-Leuze en Erezée vallen 11 doden. In Andenne-Seilles worden maar liefst 262 mensen brutaal afgemaakt met kogels en bijlen. Op 22 augustus wordt in de buitenwijken van Charleroi met scherp geschoten op burgers, in Monceau-sur-Sambre schieten ulanen 63 mensen dood. Montignies-sur-Sambre, aan de andere kant van Charleroi, telt 35 doden. De buitenwijk Farciennes betreurt 20 doden, Bouffioulx 10 dodelijke slachtoffers. In Tamines aan de oevers van de Samber plunderen de Duitsers een hele dag alvorens te besluiten een willekeurig uitgekozen groep inwoners op het centrale plein bijeen te drijven. Tussen hen staan kinderen en ouderlingen, maar de Duitsers openen vuur. 384 burgers overleven de slachting niet. In het dorpje Tintigny schiet de bezetter 93 burgers, verdacht van verzetsdaden, dood. Elders in provincie Luxemburg vallen nog meer burgerdoden: Mussy-la-ville (13) en Neufchateau (20).

Op 24 augustus gaat het moorden in Wallonië bloedig verder: Latour (71 doden), Izel (20), Hermeton-sur-Meuse (20), Offagne (13) Bertrix (11), Houdemont (11). De volgende dag, als Leuven kennis maakt met de Duitse terreur, vinden 56 mensen in Surice en 13 burgers van Anthée de dood. In Vlaanderen is Zemst het slachtoffer van de Duitse brutaliteit: 7 mensen worden bij represailles afgemaakt en 8 anderen geëxecuteerd nadat ze als menselijk schild tegen het Belgische leger gebruikt waren. Op 26 augustus, worden aan het station van Aarlen 126 burgers uit Rossignol en omgeving doorgeschoten. In September volgde nog de vernieling van Dendermonde waar het centrum grotendeels werd verwoest.

Herdenking

In Vlaanderen vergeten we vaak dat er die eerste maanden in 1914 ook al hard gevochten werd. Niet in modderige loopgraven van de Ijzer maar in donkere forten, in bossen en dorpen. De herinnering aan de eerste wereld oorlog is altijd verdeeld geweest. In het Franstalige landsgedeelte ging de aandacht van de herdenkingen vooral naar die eerste maanden en de gruwel die de oorlog toen heeft aangericht, terwijl in Vlaanderen het verhaal van de martelaarssteden langzaam werd weggedrukt door de focus op ‘de IJzertragedie’. Of hoe zelfs het herdenken van een wereldoorlog communautair kan zijn.

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties