Wij leven vandaag in het tijdperk van ‘trans-’. Transnationaal en transgender zijn binnen het politiek taalgebruik veelgebruikte woorden. Pessimistisch uitgedrukt leven we in een tijdperk dat geen maat wil houden en geen grenzen erkent — het is een tijdvak dat alle grenzen doorbreekt en rebelleert tegen de natuurlijke verhoudingen en de natuurlijke geografische inbedding van een staat. Faustisch element Optimistisch gesteld straalt hierin een vitalistische levenskracht door: het faustische element van de westerse ziel. Dit is de drang om zich…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Wij leven vandaag in het tijdperk van ‘trans-’. Transnationaal en transgender zijn binnen het politiek taalgebruik veelgebruikte woorden. Pessimistisch uitgedrukt leven we in een tijdperk dat geen maat wil houden en geen grenzen erkent — het is een tijdvak dat alle grenzen doorbreekt en rebelleert tegen de natuurlijke verhoudingen en de natuurlijke geografische inbedding van een staat.
Faustisch element
Optimistisch gesteld straalt hierin een vitalistische levenskracht door: het faustische element van de westerse ziel. Dit is de drang om zich uit te strekken tot in alle windrichtingen en een oneindige ruimte te verkennen. Deze wispelturige levensdrang beproeft alle limieten: vanuit deze faustische energie trotseert het transhumanisme de menselijke maat, in een drang om de limieten van de menselijkheid te overstijgen.
Maar zal dit uiteindelijk een ‘pact met de duivel’ blijken? Dit is zowel een ethisch als een politiek vraagstuk. Hier gaat het immers om technologische krachten die onze manier van samenleven, als menselijke soort, blijvend zullen veranderen, en om de ruimte die wij als mensheid aan deze krachten willen toestaan.
Ooit omschreef ik mezelf als ‘laatste der humanisten’. Hiermee bedoel ik dat ik ben opgevoed met klassieke leerinstrumenten: boeken lenen in de bibliotheek, feiten uit je hoofd leren en tekenen op papier met potloden en stiften. Pas op mijn dertiende kreeg ik toegang tot het internet en op mijn vijfentwintigste kocht ik mijn eerste smartphone. Hierdoor kan ik goed overweg met papieren bronnen én met digitale: ik sta op de breuklijn tussen twee kennisculturen. Naast het beschikken over verinnerlijkte kennis kan ik eveneens goed navigeren binnen de digitale kennisstructuren van cyberspace.
Klassiek humanisme
Als we het hebben over het transhumanisme, moeten we eerst iets zeggen over de voorganger ervan: het klassieke humanisme. Dit is een stroming die uitgaat van de mens als scheppende kracht: de mens die schoonheid en waarheid zoekt. Humanisten gaan niet uit van een heilige tekst met onwankelbare dogma’s die aan een profeet is geopenbaard. Zij gaan uit van inzichten die voortvloeien uit de natuur van de mens zelf. Bovendien kunnen deze inzichten aan de kritische rede worden getoetst.
Het klassiek humanisme heeft daarnaast een dimensie van bildung. Dit wil zeggen dat mensen vorm geven aan hun ervaringen, ideeën en gevoelens via verhalen, kunst, muziek en verbeelding. De mens is een wezen dat leert van zijn voorgangers en behoefte heeft aan een canon van cultuurgoed om zich aan op te trekken, zich aan te spiegelen en op te bezinnen. We bereiden ons momenteel voor op een wereld waar dit cultuurgoed toenemend digitaal van aard zal zijn. De cultuur- en identiteitsvormende processen voltrekken zich steeds meer en steeds vollediger binnen een digitale omgeving.
Bij het omschrijven van het humanisme kunnen we niet om een zeker oppositioneel standpunt ten aanzien van religieuze openbaring heen. Van oudsher definieert het humanisme zich als alternatief op orthodox religieuze wereldbeschouwingen. Met de digitalisering van de kenniscultuur verschuift deze as: dit noopt ons om het humanisme nu te positioneren tegenover het transhumanisme, zodat de aard van het transhumanisme beter uit de verf kan komen. Dit maakt ook de politieke kansen en bedreigingen van het transhumanisme kenbaar.
Dante
‘Denk aan jullie afkomst: jullie zijn niet geboren om als beesten te leven, maar om de deugd te beoefenen en kennis te verwerven.’ (Inf. 26.119-20)
Bovenstaande zin komt uit de De goddelijke komedie (1321) en is geschreven door de Italiaanse dichter en theoloog Dante Alighieri (1265 – 1321). Deze energieke uitspraak, vol menselijke zelfbevestiging, spoort ons aan om alle vermogens die eigen zijn aan de menselijke natuur, ten volle te ontplooien. De zin voorafbeeldt het ontluiken van de renaissance en kenmerkt de westerse cultuur tot aan vandaag.
De opkomst van kunstmatige intelligentie, maakt de uitspraak echter problematisch. Wij mensen willen de kunstmatige intelligentie graag inzetten om praktische problemen op te lossen. Dit is omdat mensen lichamelijke wezens zijn, gericht op praktisch verder komen in het leven. Een kunstmatige intelligentie, echter, is veel minder lichamelijk — de cognitie van de kunstmatige intelligentie zal uiteindelijk samenvallen met datapunten in de cloud.
Zelfoverstijging
Dit laatste brengt met zich mee dat een kunstmatige intelligentie, die de kenniscultuur van de mensheid toenemend beïnvloedt, eerder gericht zal zijn op a priori-waarheden. Dit zijn waarheden zoals de wiskundige, die geen empirische realiteit behoeven, noch nauw zijn verbonden met de lichamelijke sfeer van het bestaan — de dimensie die voor ons mensen het voornaamste oriëntatiepunt is. De filosoof Plato (427 – 347 v.C.) stelde het element van de menselijke zelfoverstijging gelijk aan juist dit cognitieve denkvermogen, ons vermogen om abstracte waarheden te vatten die louter inzichtelijk zijn voor het logisch verstand. Denk aan de fascinatie van wiskundigen met ‘pi’. Waarschijnlijk zullen kunstmatige intelligenties de menselijke prestaties op dit vlak nog in deze eeuw overschaduwen.
Het voorgaande werpt ons terug op de zin uit de De goddelijke komedie, namelijk op wat het is dat ons menselijk maakt. Als wij dit identificeren met ons vermogen om te werken met abstracte waarheden en het logisch verstand, dan zullen kunstmatige intelligenties mettertijd menselijker zijn dan de mens zelf. Het ligt voor de hand dat de mens dus vooral de toevlucht zal zoeken tot het spelen, het scheppen, het creatieve en kunstzinnige element — wat Johan Huizinga (1872 – 1945) benoemde als de homo ludens. Juist deze artistieke aspecten doen ons onze menselijkheid bij uitstek beleven, vervuld van scheppingskracht en levensfelheid.
Vergeefse toewijding
Toch is het ook hier zo dat de kunstmatige intelligentie op dit terrein reeds inhammen begint te maken, en bijvoorbeeld aan mensen leert hoe zij fictieboeken kunnen schrijven waarvan de verhalen ook voor mensen boeiend zijn om te lezen. Neem bijvoorbeeld schaakgrootmeesters, die spelen nu tegen kunstmatige intelligentie om beter te worden. Voelt het op een existentieel niveau dan niet leeg en vergeefs om als mens je leven te wijden aan het bekwamen in een vaardigheid die een machine reeds met superieure kunde beheerst?
Cybernetische augmentatie
Dantes citaat verwoordt een zelfbevestigende energie en vitaliteit: een drang tot zelfontplooiing en tot de zelfverwerkelijking van de menselijke soort. Daarom kan het citaat ook in een meer politieke zin worden geduid, namelijk als de ethische opdracht om als mensheid vast te houden aan onze menselijkheid in een tijdperk van kunstmatige intelligentie, grootschalige datamining, massasurveillance, de veruitwendiging van het geheugen en de opkomst van cybernetic augmentation.
Politieke implicaties
Wat zijn de politieke implicatie van transhumanisme? Minstens drie zijn er aanwijsbaar.
Ten eerste, de machtsongelijkheid die kan volgen uit het ontwikkelen van onsterfelijkheid, zoals becommentarieerd in de Amerikaanse televisieserie Altered Carbon (2018). Het is vergelijkbaar met de katholieke Kerk, die als instituut veel kapitaal kon vergaren door de eeuwen heen. Net zo zullen de eerste mensen die onsterfelijk worden een wezenlijke voorsprong hebben op de generaties na hen, die pas later onsterfelijk worden. Dit leidt tot allerhande politieke machtsconcentraties en politieke spanningen.
Amish en andere parallelle samenlevingen
Ten tweede is er de vestiging van nieuwe parallelle leefcommunes. Zo zijn de amish een protestantse sekte die het gebruik van moderne techniek afwijst, en daardoor bevroren lijkt in een eerder moment van de menselijke geschiedenis. Zulks kan ook gebeuren onder druk van het transhumanisme. Hetzij omdat een deel van de mensheid het transhumanisme afwijst en wil blijven vasthouden aan het klassiek humanisme, hetzij omdat de transhumanisten voorbij de rest van de mensheid evolueren en zich tot een welonderscheiden bevolkingsgroep ontwikkelen. Kunnen deze niet-synchroon lopende ‘mensheden’ nog gevangen worden binnen een en dezelfde politieke orde?
Hier komt nog bij — dit is toegelicht in de film The Machine (2013) — dat vormen van technologie met een dubieuze uitwerking op de menselijke zelfbeschikking, zoals kunstmatige intelligentie en zelfs kunstmatig zelfbewustzijn, worden aangevuurd door een technologische wapenwedloop tussen het Westen en China.
Perspectief op de toekomst
Dit laatste heeft betrekking op de ontwikkeling van intelligente wapensystemen, drones en autonome robots. Met deze ontwikkelingen zal oorlogsvoering door-evolueren van een humanistische aangelegenheid tot een transhumanistische, wat filosoof Ernst Jünger (1895 – 1998) al aanvoelde in zijn reflecties op de Eerste Wereldoorlog. Dit wil zeggen dat de krachtsverhoudingen niet meer door menselijke kwaliteiten worden gesteld maar door technologische. Niet duidelijk is of de mens nog aan het stuur staat, of ‘mee moet’ in een ontwikkeling om niet door de tegenpartij te worden geplet.
Religieuze stromingen zijn in staat gebleken om een blijvende invloed uit te oefenen op de menselijke condities van samenleven. Wij concluderen dat een maatschappelijke stroming of beweging die een vergelijkbare invloed nastreeft, zich maar beter kan openstellen en voorbereiden op alle machtsvraagstukken van de toekomst, waaronder transhumanisme, kunstmatige intelligentie en alle ethische vragen die zich daaruit aandienen.