In kogelvrijvest voor de klas?
#PasDeVague
Het filmje dat viraal ging in Frankrijk.
foto © Youtube
Onder #PasDeVague komen de mistoestanden in het Franse onderwijs naar boven, een aanklacht voor het wegkijken van de hiërarchie.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHet wordt al de #MeToo van het onderwijs genoemd in Frankrijk, de kersverse hashtag #PasDeVague, geen golf. Dat staat voor ‘geen ophef’, laat maar gaan. Een wanhoopskreet van Franse leraren, omdat er maar niets gebeurt aan het al tientallen jaren bestaande en steeds grovere geweld van leerlingen dat ze over zich heen krijgen. Pas de vague is een standaard antwoord als ze bij de directie van hun school aankloppen om de daders te laten bestraffen: rustig maar.
Filmpje
De beweging begon door een filmpje, dat door leerlingen online werd gezet, en viral ging. Op een Franse school voor lager beroepsonderwijs zien we hoe een zwarte leerling van 16 jaar met gestrekte arm een pistool op het hoofd van een lerares houdt, die achter een bureau zit. Hij schreeuwt dat ze hem ‘present’ moet melden. Een andere gekleurde leerling maakt op de achtergrond jolige danspasjes en steekt zijn middelvinger omhoog, en iemand filmt. Het pistool bleek niet echt te zijn, de vraag is of de lerares dat wist.
Het meest verontrustende is dat ze kalm blijft, en kennelijk de jongen zijn zin geeft. Je zou verwachten dat ze in doodsangst verkeerde, maar ze wekt de indruk aan dit soort geweld gewend te zijn. De school bevindt zich in Créteil, een Parijse voorstad met probleemwijken.
‘Om in zo’n banlieue voor de klas te gaan staan, moet je de mentaliteit hebben van iemand in een arrestatieteam van de nationale gendarmerie, maar dan zonder het kogelvrije vest.’ (#PasDeVague)
#PasDeVague
Waar leraren er al jaren niet in slaagden dit probleem onder de aandacht te brengen, lijkt het door dit filmpje wel gelukt. De media berichtten erover, wat ze voordien nauwelijks deden, en de ministers van onderwijs en binnenlandse zaken gaven persconferenties en beloofden actie te ondernemen. De omerta waar leraren over spreken, lijkt doorbroken. Al wist men op de publiekszender France 2 alweer te melden dat die jongen met dat pistool ‘best een aardige knul’ was, althans volgens zijn vrienden, en komen de ministers tot nu toe niet veel verder dan het benoemen van een ‘strategisch comité’. Toch is het al heel wat dat er überhaupt over wordt gesproken.
De grote vraag is waarom er eerder niets gebeurde.
‘Een leerling zei ‘je nique ta mere’ – ik neuk je moeder, toen ik naar een absentiebriefje vroeg. Hij schold me uit voor trut, omdat ik wilde dat hij zijn kauwgum uit zijn mond haalde. Later ging hij me fysiek bedreigen. Het schoolhoofd zei dat ik hem had gestigmatiseerd, dat het verbieden van kauwgom in de klas toch ook wel erg streng was, dat hij geen straf kreeg, en dat ík me maar aan die leerling moest aanpassen. (#PasDeVague)
Zones de non droit
Geweld tegen leraren komt vooral voor op scholen in of bij zones de non droit: rechteloze gebieden zoals die hier worden genoemd. Officieel spreekt men liever over ZUS: Zone Urbaine Sensible, een gevoelige stadswijk. Daarvan zijn er zo’n honderd in Frankrijk, met concentraties rond de grote steden. De gewelddadige leerlingen zijn meestal van uitheemse oorsprong, vaak uit de ‘kleine Maghreb’: Tunesië, Marokko en Algerije, of uit zwart, Franstalig Afrika.
De overheid is uiterst behoedzaam als het gaat om feiten die deze wijken of groepen in kwaad daglicht stellen, uit angst voor maatschappelijke onrust. Vergeet niet dat Gérard Collomb, Macron’s vorige minister van binnenlandse zaken, onder meer is opgestapt omdat hij de president te laks vond als het om deze wijken ging. Hij was zelf 10 jaar burgemeester van Lyon, de derde stad van Frankrijk. Collomb vreest dat het in de ergste probleemwijken binnenkort wel eens uit de hand kan lopen tussen verschillende bevolkingsgroepen, als er niks gebeurt.
‘Ik stuurde een Maghrebijnse-leerling de klas uit, omdat hij de deur had opengetrapt toen hij binnenkwam en me had beledigd omdat hij geen berisping van een vrouw wilde accepteren. Het schoolhoofd bracht hem weer terug en fluisterde: ik heb hem gekalmeerd, provoceer hem maar niet meer.’ (#PasDeVague)
Verboden te verbieden
Maar er zijn meer problemen. Leraren deden massaal mee aan het grote volksoproer van 1968, dat begon als protest van studenten tegen autoritair onderwijs op scholen en universiteiten. ‘Het is verboden te verbieden,’ was een bekende strijdkreet. Die beweging en de nasleep hebben het onderwijs blijvend beïnvloed met links-alternatief idealisme. De leerling heeft het nooit gedaan, leraren worden erop aangekeken als een leerling in de fout gaat, straffen zijn uit den boze, en als ze echt niet te vermijden zijn, is de oorzaak slecht onderwijs. Ook nu nog verschijnen op #PasDeVague sporadisch reacties van leraren die op dat spoor zitten, en het niet met de actie eens zijn. Zo zei iemand dat zijn klagende collega’s in feite hun eigen leerlingen ‘haten’.
Er bestaat een openbaar klassement voor scholen, dat het aantal strafprocedures tegen leerlingen meeweegt. Het hoofd van een school krijgt een soort premie als in een jaar geen enkel incident met leerlingen werd gemeld. Wie leest wat leraren op sociale media delen, ziet al snel wat ze het meeste dwars zit: dat bij een strafprocedure het woord van een leerling even zwaar weegt als het hunne.
Of zo’n onderwijssysteem wel of niet werkt, is een gepasseerd station. Zeker nu het Franse onderwijs uit zijn voegen barst door geïmporteerde culturen, waarin veelal het recht van de sterkste geldt. Dat recht kan nu eenmaal niet door één deur met anti-autoritaire idealen.
‘Ik geef les met de deur open, een leerling liep door de gang en riep naar binnen: hé mevrouw M., sale putain -smerige hoer! De reactie van het schoolhoofd was: misschien heeft u het niet goed gehoord, hij had zelf een ander verhaal over wat er is gebeurd. Gelukkig had ik 16 getuigen in de klas…’ (#PasDeVague)
Oplossingen?
Wat moet er gebeuren? De mogelijkheden zijn beperkt. De overheid spaart via zogeheten prioritair onderwijs al sinds 1981 kosten noch moeite om het onderwijs in achterstandswijken aan te passen aan de omstandigheden.
Volgens bureaucratische prietpraat van het ministerie van onderwijs werkt dat zo: ‘De invloed van sociale en economische ongelijkheid moet gecorrigeerd worden door versterking van de pedagogische en educatieve taken van de scholen in wijken met de grootste concentratie van sociale problemen.’ Punt is dat je het probleem niet op school kunt oplossen.
‘Ik gaf een 1 voor een proefwerk aan een Maghrebijnse -een meisje van Noord Afrikaanse komaf, die alleen een blanco vel had ingeleverd. Ze gooide een tafel door de klas en dreigde dat haar broers me bij de uitgang van de school zouden opwachten. Haar ouders beklaagden zich bij het schoolhoofd, en eisten dat ik hun dochter een beter cijfer zou geven. Hij steunde me niet, maar probeerde de zaak te sussen, en stelde me voor een tijdje met ziekteverlof te gaan.’ (#PasDeVague)
Strafrecht voor kinderen?
De discussie laait weer op over de mate waarin kinderen die het echt te bont maken zelf strafrechtelijk kunnen worden aangepakt. De Franse wet kent mogelijkheden minderjarigen in extreme gevallen vast te zetten voor langer dan een dagje op het bureau, maar politiek links en rechts zitten elkaar daarover altijd al in de haren. Links heeft de speciale jeugdgevangenissen van rechts weer afgeschaft, waarin jongeren niet alleen werden opgesloten, maar ook begeleid en onderwezen. Ze vinden dat de jeugd helemaal niet in een gevangenis hoort. Zit wat in. Maar bijna niemand wil dat minderjarigen in gewone gevangenissen belanden. De Catch 22 is dat het geweld op school steeds heftiger wordt, omdat leerlingen weten dat ze weinig te vrezen hebben.
‘Ik had een meisje weggestuurd omdat ze nooit iets bij zich had, zelfs geen schrift. De volgende ochtend om 8 uur wachtte haar vader me op voor de school. Hij pakte me bij m’n kraag, tilde me van de grond en bedreigde me. Het schoolhoofd zei: hou je maar een beetje gedeisd voor die man.’ (#PasDeVague)
Ouders
Tegen de politiek correcte stroom in, begint men nu ook de rol van ouders tegen het licht te houden, zelfs als die niet van Franse oorsprong zijn. Er wordt over hún verantwoordelijkheid gesproken, en over strafkortingen op kinderbijslag en andere uitkeringen, bij ernstig wangedrag van het kroost.
Wat nog wel even taboe zal blijven, is de totale minachting die veel probleemkinderen van huis uit hebben meegekregen voor de Franse cultuur en haar normen en waarden, en meer in het algemeen voor een ieder die niet de islam aanhangt.
‘Na een rampzalig verlopen schooltraject van 3 jaar, moeten we een beroepskeuze adviseren. Hoe kunnen we een 15-jarige voorstellen zich op een studie medicijnen te richten, als hij nog steeds niet de moeite heeft genomen te leren rekenen, of zelfs maar behoorlijk Frans te spreken? Je moest eens weten hoeveel weerstand ze hebben om Frans te leren… Voor hen is het een ‘buitenlandse taal’, de taal van de ‘ongelovigen’, dat wrijven ze me continu onder mijn neus.’ (#PasDeVague)
Leerlingen die letterlijk nog niet tot tien kunnen tellen, weten wel te melden dat het in Frankrijk wettelijk verankerde verbod om in het openbaar je geloof te belijden, in feite een islamofobe schandvlek op de maatschappij is.
Als dat allemaal verleden tijd zou zijn, zou de situatie in het Franse onderwijs meteen opklaren, en zouden varkens kunnen vliegen. We wachten het af.
Mathematicus, documentairemaker (oa VPRO, KRO, NCRV, AVRO), schrijver van één roman ('De Knapste Man van Nederland', Augustus), laatstelijk chroniqueur.
Dat Gisèle Pelicot het proces tegen haar verkrachters openbaar wilde hebben heeft grote gevolgen. De Franse wet over verkrachting staat op de helling.
Frédéric De Gucht ziet de Brusselse onderhandelingen afspringen en de federale doodbloeden. ‘Ze lijken een ander verkiezingsresultaat te willen.’