Karl Vanlouwe: ‘Vlamingen in Brussel moeten opkomen voor hun rechten’
Karl Vanlouwe (N-VA)
foto © Belga
Karl Vanlouwe, Vlaams Parlementslid en gemeenteraadslid in Ganshoren voor de N-VA, wilt meer respect voor de taalwetgeving en het Nederlands in Brussel.
Is hij nu Vlaamse Brusselaar, Brusselse Vlaming of Nederlandstalige Brusselaar? Karl Vanlouwe van N-VA noemt zichzelf steevast een Brusselse Vlaming. Maar hij vindt het steeds meer een discussie over het geslacht der engelen. Het taalgegeven in Brussel is iets dat de laatste eeuw absoluut niet heeft stil gestaan. Er is niet alleen de verfransing van Brussel, de stad werd ook een van de hoofdrolspelers in het internationale gebeuren. In deze aflevering van Doorbraak Radio gaat Vanlouwe, Vlaams parlementslid en gemeenteraadslid in Ganshoren, dieper in op die evoluties en de problemen die hij in Brussel ziet.
Als Vlaming voelt Vanlouwe zich betrokken bij de Vlaamse Gemeenschap, maar Brussel is en blijft zijn stad en thuis. ‘Daarom de term Brusselse Vlaming.’ Om die verbintenis met beiden goed te kunnen aantonen, zegt Vanlouwe. Maar de discussie verschuift en almaar meer mensen gaan zich een Nederlandstalige Brusselaar noemen. ‘Om op die manier aan te tonen dat zij niet meer wensen te behoren tot die Vlaamse Gemeenschap maar tot een Brusselse Gemeenschap.’ Dit wordt ook wel door de media en bepaalde politici stevig opgedrongen, vindt Vanlouwe. ‘Daar wil ik mij vooral tegen afzetten!’
Meertaligheid in plaats van tweetaligheid
Er zijn enkele van die evoluties te merken binnen Brussel. Zo zei Sven Gatz dat Brussel eigenlijk een aparte gemeenschap is geworden die van meertaligheid uitgaat in plaats van de Belgische tweetaligheid. ‘Brussel is nog altijd de hoofdstad van het federale België maar ook die van de Vlaamse Gemeenschap.’ We kunnen wel bepaalde evoluties niet ontkennen, zegt Vanlouwe, Brussel is veranderd net zoals alle andere steden.
‘We zijn inderdaad een internationale stad geworden.’ Onder meer de EU, de NAVO en de Benelux hebben daar een groot deel van hun administratie gevestigd. ‘Er zijn dus heel veel internationale expats aanwezig in die talrijke internationale instellingen.’ Brussel is geëvolueerd van de hoofdstad van België naar de hoofdstad van de deelstaten en tegelijk heeft ze nog een internationale dimensie gekregen. ‘Dat zie je natuurlijk in het straatbeeld van de stad.’ Daarbovenop heb je de migratie die in een stad zoals Brussel nog vele malen groter is dan in andere steden, aldus Vanlouwe.
Respect voor het Nederlands
Voor Vanlouwe is vooral de verhouding van het Nederlands ten aanzien van het Frans heel belangrijk. ‘Ik vraag respect voor dat Nederlands.’ Dat Nederlands heeft wel zijn plaats gevonden in Brussel, maar iedereen die dagelijks in Brussel komt zal ook wel zien dat er vooral tekortkomingen zijn. ‘Het meest recente was de problematiek om in bepaalde vaccinatiecentra geholpen te worden in je eigen taal.’ Dan stel je vast dat die zorgverleners u tot de dag van vandaag niet kunnen helpen in het Nederlands, zegt Vanlouwe.
Dus naast die internationale dimensie, de meertaligheid, is er dus ook nog de algemene tweetaligheid van het Brusselse Gewest. ‘Maar we stellen vast dat in de functionele dienstverlening die er moet zijn, de stad en het gewest falen.’ Normaliter moeten zij de burgers in de twee officiële talen die er zijn in de stad kunnen helpen, stelt Vanlouwe. Wanneer Sven Gatz als minister in het Brussels Gewest dan zegt dat we leven in een internationale stad, maar er niet in slaagt die tweetaligheid te doen respecteren, dan faalt hij natuurlijk in zijn beleid.
Nederlands ondergeschikt
Op die evoluties spelen de Franstaligen in Brussel in, zegt Vanlouwe. ‘Het Frans is uiteraard een taal die ook veel bij expats beter gekend is dan het Nederlands.’ Op die manier willen ze de indruk geven dat Brussel een Franstalige stad waar andere talen gedoogd worden. ‘Het Nederlands wordt daar gedoogd en gesproken maar het Engels ook.’ Zo ga je eigenlijk die twee dimensies over meertaligheid en tweetaligheid door elkaar mengen, zegt Vanlouwe, en zelfs die tweetaligheid proberen wegduwen. ‘Het is bijzonder jammer dat politici daar aan meedoen.’ Vanlouwe ziet dat nu bij Sven Gatz maar al ruim daarvoor bij Pascal Smet en Guy Vanhengel. Zij willen de positie van het Nederlands verengen en ridiculiseren ze op deze manier.
Franstaligen vinden het prima dat Nederlands in een ondergeschikte positie verkeert, zegt Vanlouwe. ‘Meertaligheid bij Franstaligen is natuurlijk meestal ondermaats.’ Officieel kan je bijna zeggen dat er politici zijn in Brussel die het Nederlands als een faciliteit zien in Brussel. ‘Daar zal ik mij altijd tegen blijven verzetten.’ Als ik in een winkel niet bediend kan worden in het Nederlands, verliest men mij als klant, zegt Vanlouwe. Hetzelfde geldt voor de overheid en de dienstverlening. Ook al domineren de Franstaligen die overheid. Dat zou volgens hem de houding moeten zijn in Brussel. ‘Als Vlamingen in Brussel moeten wij op onze strepen staan en opkomen voor onze rechten en de taalwetten.’
Redacteur: Pieter-Jan Volkaert
Categorieën |
---|
David Geens is IT-engineer en bestuurder en investeerder in verschillende vennootschappen. Bij Doorbraak focust hij zich op de audiovisuele activiteiten zoals de podcast en video interviews.
Neyskens en Asselman brengen informatie over de rechtszaken tegen Trump, de actie van de migranten in de VS en voorspellen de senaatsverkiezingen.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.